Operation Manual
3:3
Naaien
Achteruitnaaien
Als u tijdens het naaien op deze toets drukt, naait de
naaimachine achteruit zolang u de toets ingedrukt houdt.
Als u de achteruitnaaitoets indrukt terwijl de machine stilstaat,
wordt achteruit genaaid totdat u nogmaals op de knop drukt.
Bij het naaien van een knoopsgat wordt de knop voor
achteruitnaaien gebruikt voor het overstappen van het ene naar
het andere element van het knoopsgat.
Balans
Het materiaal (bijv. wol of zijde) bepaalt het resultaat van het
genaaide motief. Uw expression heeft een correctiesysteem
zodat u uw motieven optimaal kunt naaien: de balans.
Om motieven in elkaar te kunnen schuiven of uit elkaar te
kunnen trekken, wordt de balans bij het achteruit naaien
ingeschakeld. Zodra u een motief heeft geselecteerd, waarbij
rechtsonder op het scherm een symbool met daar achter een
nummer verschijnt, kunt u de balans veranderen.
De standaardinstelling van de balans is ”0”.
Met het toetsenpaar C kunt u het achterwaarts transport van
de machine van -9 tot (+)9 verande ren, de ingestelde waarde
wordt door een getal (met of zonder voorteken) weergegeven.
In het min-bereik worden de motieven of steken korter genaaid
en daardoor in elkaar geschoven.
In het plus-bereik worden de motieven langer genaaid en
daardoor uit elkaar getrokken.
Toets ”spiegelen”: (30)
Bij alle motieven, die in spiegelbeeld kunnen worden genaaid,
verschijnt het symbool spiegelen op het scherm. Na het
intoetsen van toets ”spiegelen” verschijnt onder het symbool
een punt. Daarmee is het motief gespiegeld.