Operation Manual
9:4
8
9
7
E
G
F
4
5
6
Borduurmodus – borduren
Borduurinformatie (E, F, G)
De huidige steek in het motief of de combinatie
staat naast de afbeelding (E). Het getal na de
schuine streep laat het totale aantal steken in het
motief of de combinatie zien.
De huidige steek in het huidige kleurblok staat naast
de afbeelding (F). Het getal na de schuine streep laat
het totale aantal steken in het huidige kleurblok zien.
Naast de afbeelding (G) staat een schatting van de
borduurtijd voor het huidige kleurblok.
Huidige steeklengte (4)
Druk op + om steek voor steek vooruit te gaan en
op - op steek voor steek achteruit te gaan. Gebruik
het pictogram – om een paar stappen terug te gaan
als de bovendraad breekt of op is. Houd ingedrukt
om snel door de steken heen te gaan. Het kruisje
volgt de steken in het borduurgebied.
Ga naar steek (5)
Druk op het pictogram ‘ga naar steek’ om naar een
bepaalde steek in het motief te gaan. Er verschijnt een
pop-up waarin u het gewenste steeknummer kunt
invoeren. De huidige steek wordt dan verplaatst naar
dat steeknummer. Als het ingevoerde nummer te
groot is, wordt de huidige steek verplaatst naar de
laatste steek in het motief/de motieven.
Draadspanning (6)
Bij het borduren met speciaal garen of speciale stof
kan het nodig zijn de draadspanning aan te passen
voor het beste resultaat. De draadspanning kan om-
hoog of omlaag worden aangepast met de + en de -.