Operation Manual

8:6
6
A
7
8
9
10
Borduurmodus - bewerken
Borduurvolgorde
De borduurmotieven worden standaard
geborduurd in de volgorde waarin ze in
Borduurmotief bewerken zijn geladen. De
cijfers tussen de pijlen (A) geven de positie aan
in de borduurvolgorde voor de geselecteerde
borduurmotieven ten opzichte van het totale aantal
borduurmotieven in het borduurgebied.
De borduurvolgorde kan worden veranderd met
de pictogrammen Borduurmotief vooruit/achteruit
verplaatsen.
Borduurmotief vooruit/achteruit
verplaatsen (6 en 7)
Om de borduurvolgorde te veranderen zonder dat
u opnieuw moet beginnen en de borduurmotieven
opnieuw moet laden in de gewenste volgorde,
kunt u de pictogrammen Borduurmotief achteruit/
vooruit verplaatsen gebruiken. Selecteer het
borduurmotief dat u wilt verplaatsen en druk
op de pictogrammen Borduurmotief vooruit/
achteruit verplaatsen om het te verplaatsen in de
borduurvolgorde.
Aanpassingen
Groeperen (8)
Wanneer u op het groeperingspictogram drukt,
worden de geselecteerde motieven op het
scherm gegroepeerd. Gemaakte aanpassingen
hebben invloed op alle motieven in de groep. De
borduurvolgorde van de borduurmotieven kan
veranderen nadat ze zijn gegroepeerd.
Deselecteer het pictogram om de groep op te heffen.
Verwijderen (9)
Wanneer u op het pictogram “verwijderen”
drukt, worden de geselecteerde motieven uit het
borduurgebied verwijderd. Als meer dan één motief
is geselecteerd, vraagt een pop-upvenster u het
verwijderen te bevestigen.
Druk lang op het pictogram “verwijderen” om alles
te verwijderen. Er verschijnt een pop-upvenster
voor bevestiging.
Kopiëren (10)
Druk op het pictogram “kopiëren” om een kopie te
maken van de geselecteerde motieven.
Als u meer dan één kopie wilt, druk dan lang op het
pictogram; er verschijnt een pop-up waarin u het
gewenste aantal kopieën kunt invoeren.