Operation Manual
4:12
B
C
D E
A
A
21
B
D E
A
A
Naaimodus
Naaiprogramma’s (21)
Naaiprogramma’s - overzicht
A Taperingprogramma
B Enkelmotiefprogramma
C Patchworkprogramma
D Voorbeeldgebied
E Stel het aantal steekherhalingen in een
enkelmotiefprogramma (single stitch) in
Let op: Niet alle programma’s kunnen tegelijkertijd worden
gebruikt. U kunt doorgaan met naaien zonder dit pop-up
venster te sluiten.
Taperingprogramma (A)
Bij tapering wordt de breedte van de steek tijdens het
naaien vergroot of verkleind voor (a)symmetrische
vormen.
U kunt tapering inschakelen door één van de tapering-
pictogrammen (A) te selecteren. De standaardhoek
is 45 graden. Druk lang op een tapering-pictogram
(A) om de hoek te kiezen die u voor die tapering wilt
gebruiken. Selecteer één hoek voor de begintaper en
dezelfde hoek of een andere voor de eindtaper.
Als tapering is uitgeschakeld en dan weer
ingeschakeld, wordt de eerder geselecteerde hoek
ingesteld.
Wanneer tapering is ingeschakeld aan het begin en het
einde, begint de steekbreedte op 0 wanneer u begint te
naaien. De steek wordt breder totdat de geselecteerde
steekbreedte is bereikt. Naai uw gewenste lengte
en druk op de achteruitnaaitoets. De breedte wordt
verkleind tot 0 mm en de actie-indicator op de machine
wordt verlicht totdat het tapering is voltooid.
Enkelmotiefprogramma (B)
Activeer het enkelmotiefprogramma door
op het pictogram (B) te drukken. Met het
enkelmotiefprogramma kunt u beslissen u hoeveel
herhalingen van de steek u wilt naaien.
Stel het aantal herhalingen in met de pictogrammen
aan de rechterkant (E). Het aantal gekozen herhalingen
is te zien tussen de pictogrammen + en -. De geschatte
lengte van de herhalingen staat in het voorbeeldgebied
(D). De machine stopt automatisch wanneer de
herhalingen zijn genaaid.