Operation Manual
2:14
F
B C
G H I J
A
ED
Voorbereidingen
Touch- toetsen en indicators
Achteruitnaaitoets (A)
Druk eenmaal op de toets voordat u begint te
naaien als u permanent achteruit wilt naaien. De
achteruitnaai-indicator (B) gaat branden en de
machine naait achteruit totdat u opnieuw op de toets
drukt. Als u tijdens het naaien op de toets drukt, naait
de naaimachine achteruit zolang u de toets ingedrukt
houdt. De achteruitnaai-indicator gaat branden
wanneer de achteruitnaaitoets wordt ingedrukt.
De achteruitnaaitoets wordt ook gebruikt bij
het naaien van knoopsgaten, geprogrammeerde
afhechtingen, stopsteken en tapse cordonsteken om
tussen delen van de steken heen en weer te gaan.
Indicator “achteruitnaaien” (B)
De indicator “achteruitnaaien” wordt verlicht
wanneer de achteruitnaaitoets wordt ingedrukt.
De indicator wordt ook verlicht bij het permanent
achteruitnaaien.
Actie-indicator (C)
De actie-indicator wordt verlicht om aan te geven
dat een handeling moet worden uitgevoerd, zoals
bijvoorbeeld “tapering”. Het pictogram blijft
verlicht totdat de handeling is uitgevoerd.
Afwisselen tussen naaivoet
omhoog en extra hoog (D)
Brengt de naaivoet omhoog en zet de naald in de
hoogste stand.
Druk nogmaals op de toets; de naaivoet gaat omhoog
tot de extra hoge stand. De transporteur wordt
omlaag gebracht zodat dikke stof gemakkelijker
onder de naaivoet kan worden geplaatst.
Afwisselen tussen naaivoet
omlaag en draaistand (E)
Laat de naaivoet helemaal zakken. Druk nogmaals
op de toets om de naaivoet omhoog te brengen tot
draaihoogte.
De naaivoet wordt automatisch omlaag gebracht
wanneer u met naaien begint.
Start/stop (F)
Druk op deze toets om de naaimachine te starten
en te stoppen zonder het voetpedaal te gebruiken.
Druk eenmaal op de toets om te starten en
nogmaals om te stoppen.
Draden afsnijden (G)
Druk hierop om de boven- en onderdraad
onmiddellijk af te snijden.
Als u op deze toets drukt tijdens het naaien, worden
de draden afgesneden voordat de naald naar de
startpositie van de volgende steek gaat. Uw machine
hecht de draad af, snijdt de boven- en onderdraad af
en brengt de naaivoet en de naald omhoog.
De draadafsnijfunctie kan worden
geprogrammeerd; zie hoofdstuk 4.
Let op: de draden worden automatisch afgesneden wanneer
u knoopsgaten naait met de Sensormatic-knoopsgatvoet.
De naaivoet gaat omhoog na het afsnijden van de draad
als Naaivoet automatisch omhoog is uitgeschakeld in het
instellingenmenu.
Het afsnijden van de draden door de machine kan worden
geannuleerd in het instellingenmenu.
In de borduurmodus worden de draden afgesneden en de
naaivoet omhoog gebracht. De bovendraad wordt alleen
automatisch afgesneden bij een kleurwissel. Als het
motief is voltooid worden zowel de boven- als onderdraad
automatisch afgesneden.