Operation Manual
2:5
D
E
F
G
C
B
A
C
B
A
Voorbereidingen
De machine inrijgen
Zorg ervoor dat de naaivoet en de naald zich in de
hoogste stand bevinden.
1. Schuif het garen op de garenpen en zet deze
vast met een passende garenschijf.
Let op: Houd de draad met beide handen vast om te
voorkomen dat de draad slap hangt tijdens het inrijgen.
Zo bent u ervan verzekerd dat de draad in de juiste
positie ligt voor de inrijgbaan.
2. Trek de draad van voren naar achteren door de
draadgeleider (A). Zorg ervoor dat de draad
op zijn plaats klikt. Trek de draad dan onder
de spoelgeleider voor het opspoelen (B) op de
voorspanningsschijf (C).
3. Rijg de draad omlaag door de rechter inrijggleuf
en dan omhoog door de linker inrijggleuf.
4. Breng de draad vanaf de rechterkant in de
draadhefboom (D) en omlaag in de linker
inrijggleuf naar de bovendraadgeleider (E).
5. Rijg de bovendraad in.
Draadinsteker
Met de draadinsteker kunt u de draad automatisch
in de naald steken. Wanneer u de draadinsteker
wilt gebruiken, moet de naald zich in de bovenste
stand bevinden. Bovendien raden wij u aan om de
naaivoet te laten zakken.
1. Gebruik de hendel om de draadinsteker
helemaal omlaag te trekken. De inrijghaak (G)
zwenkt door het oog van de naald.
2. Leg de draad vanaf de achterkant over de
haak (F) en onder de inrijghaak (G).
3. Laat de draadinsteker voorzichtig terugdraaien.
Het haakje trekt de draad door het oog van de
naald en vormt een lus achter de naald. Trek de
lus er achter de naald uit.
Let op: De draadinsteker is ontworpen voor naalden
nr. 70-120. U kunt de draadinsteker niet gebruiken
bij naalden van maat 60 of kleiner, de zwaardnaald,
tweelingnaald of drielingnaald. Er zijn ook enkele
optionele accessoires waarbij u de draad met de hand
moet insteken.
Zorg ervoor wanneer u de draad handmatig in de naald
steekt dat de draad van voren naar achteren door de naald
wordt gestoken. Het spoelhuisdeksel kan worden gebruikt
als vergrootglas.