Operation Manual

9:2
2
3
A
6
5
4
7
8
9
10
11
12
14
1
B
C
A
13
Borduurmodus - borduren
Borduren - overzicht
1. Kruisje
2. Kleurenlijst en schuifbalk
3. Zoomen
4. Aanbeveling - naaivoet
5. Huidige steek
6. Ga naar steek
7. Rijgen
8. Draadspanning
9. Meer opties
10. Borduurringpositie
11. Snelheidsregeling
12. Precise Positioning
13. Terug naar Borduurmotief bewerken
14. Quick help
Quick help (14)
Gebruik Quick help om onmiddellijk informatie
te ontvangen over een pictogram of een gedeelte
van het scherm. Druk op het Quick help-pictogram
(14) en dan op het pictogram of het gedeelte van
het scherm waar u informatie over wilt.
Borduren openen
Om uw borduurmotieven te borduren, opent u
Borduren. Zorg ervoor dat de borduureenheid is
aangesloten en dat de geselecteerde borduurring
goed is bevestigd aan de borduurarm. Schakel over
naar Borduren door op het pictogram Borduren te
drukken recht boven het borduurmoduspictogram
(A) op de taakbalk. De functies die bij het borduren
worden gebruikt, zijn nu te zien.
In Borduren is de functie “beeld verplaatsen” altijd
actief. Gebruik de stylus om het beeld op het scherm
te verplaatsen.
Borduurmodus - bewerken
Borduurinformatie (A, B, C)
De huidige steek in het huidige kleurblok staat naast de afbeelding (A). Het getal na de schuine streep laat
het totale aantal steken in het huidige kleurblok zien.
De huidige steek in het motief of de combinatie staat naast de afbeelding (B). Het getal na de schuine streep
laat het totale aantal steken in het motief of de combinatie zien.
Een schatting van de borduurtijd voor het huidige kleurblok staat naast de afbeelding (C). Als
Monochroom is ingeschakeld, wordt de geschatte resterende borduurtijd voor het hele borduurmotief
weergegeven