Operation Manual

Decoratief naaien
4:12
N. Dit symbool geeft de steeklengte van een geselecteerde steek weer.
U kunt de steeklengte voor de geselecteerde steek wijzigen via + /-
van het symbool. Het symbool is niet actief als meer dan één steek
is geselecteerd.
Tip: Bij selectie van een zigzagsteek wordt niet de steeklengte, maar de richting van de
transporteur weergegeven. Een negatief getal betekent dat de transporteur achteruit
beweegt tijdens het naaien.
O. Pijltoetsen: met dit symbool loopt u steek voor steek door de
stekenreeks via de selectiecursor. Stap voor stap bekijkt u de
stekenreeks van begin tot eind en weer terug.
P. Schuifbalk: via de schuifbalk tussen de pijltjes kunt u sneller door
de stekenreeks bladeren, steek voor steek.
Q. Schuifbalk: de schuifbalk is alleen actief als de stekenreeks langer
is dan het werkveld. Gebruik de schuifbalk om uw stekenreeks te
bekijken terwijl deze is ingezoomd.
Nieuwe steken creëren via het plaatsen van
afzonderlijke steken
Als u het menu ”Stitch Creator” opent, is het werkveld leeg. Een paarse
lijn geeft het midden van het werkveld aan.
1. Voor het creëren van een nieuwe steek moet u eerst het beginpunt
plaatsen. Dit betekent dat u de positie van de eerste steek moet
instellen in het werkveld.
2. Raak het Bevestigingssymbool (E) aan om het beginpunt en de
eerste steek te plaatsen. De positie van de eerste steek wordt
gemarkeerd met een rood kader.
A
B
C
D
E
F
G
H
I
J
K
L
M
N
P
Q
O
S
R
E