Operation Manual

2:19
Voorbereidingen
Gegevensmanager
A. Machinegeheugen-symbool: Gebruik deze functie om toegang te
verkrijgen tot de steken of de borduurmotieven in de machine.
B. Symbool voor de voorste kaartingang, kaart geplaatst: Gebruik
deze functie om toegang te verkrijgen voor de voorste kaartingang.
C. Symbool voor de achterste kaartingang, geen kaart in de machine:
Gebruik deze functie om toegang te verkrijgen voor de achterste
kaartingang.
D. Symbool voor sorteercriterium: Gebruik deze functie om uw
gegevens alfabetisch of volgens de gegevenstypen te ordenen.
E. Begin met naaien: Als u dit symbool aanraakt wanneer u een reeks
heeft gemarkeerd, kunt u het direct naaien. Het bijbehorende
werkmenu voor de stekenreeks of borduurcombinatie verschijnt op
het scherm. Lees meer over de stekenreeks op pag. 4:4-4:5.
Als u dit symbool aanraakt wanneer een steek is gemarkeerd, ver-
schijnt het werkmenu voor de steek en is de machine klaar om te
naaien.
Als u dit symbool aanraakt wanneer een persoonlijk menu is
gemarkeerd, wordt het persoonlijke menu getoond en kunt u
een steek selecteren en deze naaien. De steek verschijnt op het
bijbehorende werkvenster.
F. Symbool voor informatie uit het geheugen: Gebruik deze functie
om de gegevens in een directory of steek die u heeft gemarkeerd te
raadplegen.
G. Pijltjes die de activiteit aanduiden: Door deze pijltjes te gebruiken,
kunt u door het scherm ”lopen”. De donkere markeerbalk geeft het
gemarkeerde gebied aan.
H. Symbool voor verwijderen: Gebruik dit symbool om een datareeks
te kunnen verwijderen (directory, steek of stekenreeks) die u heeft
gemarkeerd.
I. Symbool voor kopiëren: Dit is een functie voor kopiëren,
herbenoemen, verplaatsen van steken/motieven, reeksen of
combinaties.
Kopiëren van gegevens:
U kunt gegevens dupliceren, zoals steken en stekenreeksen, vanaf de
machine of een creative card en deze opslaan in een ander geheugen of
ze bewaren en op een creative card zetten. Om dit te doen moet u uw
doelbestand markeren, het bronbestand markeren en ”kopieer” aanraken.
Reeks: 1. Markeer bestemming / 2. Markeer bron / 3. Kopieer
Gegevens een andere naam geven:
Om gegevens een andere naam te geven, zoals steken, stekenreeksen of
persoonlijke menu’s, raak het Kopieer-symbool aan en geef een nieuwe
naam. Een venster om een nieuwe naam in te voeren (max. 8 letters)
verschijnt.
Verplaats:
U kunt steken of stekenreeksen verplaatsen van de machine of vanaf
een creative card naar een ander geheugen of op een creative card.
Om dit te doen moet u uw bronbestand markeren, het doelbestand
markeren en het kopieer-symbool aanraken.
Reeks: 1. Markeer bestemming / 2. Markeer bron / 3. Verplaats
G
A
B
D
E
F
H
I
J
C