Operation Manual
6
7
8
9
Bewerkingsweergave
1
2
3
4
5
Borduurweergave
A
B
C
Borduren
Borduren
In de borduurmodus kunt u motieven aanpassen en borduren. De borduureenheid hoeft niet op uw
machine te zijn aangesloten om uw motieven te kunnen bewerken.
Om een motief te borduren, opent u de borduurmodus door de borduureenheid te bevestigen. Het menu
Laden wordt automatisch geopend. Na het laden van een motief zijn er twee weergaven beschikbaar in
de borduurmodus - borduren en bewerken.
Borduurweergave
1. Borduurgebied
2. Resterende steken in het kleurblok
(totaal aantal resterende steken van het motief)
3. Huidige kleur
(totaal aantal kleuren)
4. De exacte positie bepalen
5. Borduurringopties
Weergave borduurmotief bewerken
Druk op de toets Alternatieven om naar
borduurmotief bewerken te gaan.
6. Breedte van het motief
7. Hoogte van het motief
8. Roteren
9. Monochroom
Let op: Waarden die van de standaardwaarde zijn
veranderd, worden gemarkeerd.
De borduurweergave verschijnt automatisch wanneer u
uw motief begint te borduren.
Motiefinformatie
Druk op de infotoets om informatie te bekijken
over het geladen motief.
Motiefnaam (A)
Motiefpositie (B)
Laat zien hoeveel millimeter het motief
is verplaatst van de middenpositie in de
borduurring.
Kleurenlijst (C)
Alle kleuren in de geladen motieven worden
weergegeven in de volgorde waarin ze worden
geborduurd. Iedere kleur in de lijst laat volgorde,
naam en garentype zien. Gebruik de pijltoetsen
omhoog en omlaag om alle kleuren van de lijst te
bekijken.
6:1