Operation Manual

Opnamefuncties

Druk op de knop M in opnamemodus.

Het bedieningspaneel wordt weergegeven.

Selecteer [Autofocusstand] met de vierwegbesturing

(2345) en druk op de knop 4.

Het [Autofocusstand] scherm verschijnt.

Selecteer een autofocusmethode

met de vierwegbesturing (45) en

druk op de knop 4.

U keert terug naar het bedieningspaneel.

U kunt de positie en het bereik van het scherpstelgebied (AF area).

Selecteer [Selecteren AF (25 pnt)] of [Selecteren] in Stap 3 bij

p.98, en druk op de 4 knop.

U keert terug naar het bedieningspaneel.

Druk twee keer op de M knop.

De camera is gereed voor het maken van een opname.

• U kunt de instelling ook wijzigen in het menu [Focusinstellingen] (p.70) van

het [A Opnamemodus 1] menu.

• [Autofocusstand] is vast ingesteld op D indien de opnamestand ingesteld

is op n (Auto Picture), of R (Kinderen) van H (Scène) stand.

• [Autofocusstand] is vast ingesteld op E indien de opnamestand ingesteld

is op \ (Beweg. onderwerp)/l (Nachtsnapshot)/Z (Huisdier)/

n (Podiumbelichting) van H (Scène) stand.

• In [Selecteren AF (25 pnt)], [Selecteren] of [Spot] stand, kunt u opnamen

maken door de ontspanknop alleen volledig in te drukken als het onderwerp

scherp is. Om opnamen te maken terwijl het onderwerp niet scherp is,

stelt u [7. AF-ontspanopties] (p.73) in op [Sluitervoorkeuze] in het [A Pers.

instelling 1] menu.

Selecteren van het gewenste scherpstelgebied

Autofocusstand

Selecteren AF (25 pnt)

Annul.

PENTAX Q_DUT.book Page 98 Wednesday, August 24, 2011 10:09 AM