Operation Manual

78
4
Opnamen maken
Rq< I B i\C E >zDJ
Bij deze functie worden opnamen gemaakt zolang u de ontspanknop ingedrukt
houdt.
1 Druk in de stand A op de vierwegbesturing (2).
2 Selecteer 1 (Continuopname) of c
(Continuopname snel) met de
vierwegbesturing (453) en druk op
de knop 4.
De camera is klaar om een serie opnamen te
maken.
3 Druk de ontspanknop tot halverwege in.
Het scherpstelkader wordt groen wanneer
de camera heeft scherpgesteld op het onderwerp.
4 Druk de ontspanknop helemaal in.
Er worden continu opnamen gemaakt zolang u de ontspanknop ingedrukt
houdt.
Een serie opnamen maken
(Continuopname/Continuopname snel)
1
Elke keer dat er een opname wordt gemaakt, wordt de opname opgeslagen in het geheugen
voordat de volgende opname wordt gemaakt. Hoe hoger de opnamekwaliteit, des te langer
de tussenpozen tussen de opnamen.
c
Er worden continu opnamen gemaakt met een snelheid van 3 opnamen per seconde tot
het buffergeheugen vol is.
Bij de functies Continuopname en Continuopname snel werkt de flitser niet.
De functie Continuopname is niet beschikbaar voor A, C, F, x, X of y.
U kunt continuopnamen blijven maken totdat de SD-geheugenkaart of het interne
geheugen vol is.
Het interval voor continuopnamen hangt af van de instelling van de opnamepixels
en het kwaliteitsniveau.
Bij de functie Continuopname snel is het aantal opnamepixels vast ingesteld op
1280×960.
Bij het maken van de eerste opname worden de scherpstelling, belichting en
witbalans vastgehouden in het geheugen.
3, 4
1, 2
2
Transportstand
Transportstand
Continue opname
Continue opname
Transportstand
Continue opname
OK
OK
OK
OK
HS