Operation Manual

49
3
Veel voorkomende handelingen
Bediening van het functiepalet
Druk op de vierwegbesturing (
3
) om het functiepalet op de LCD-monitor weer te geven.
Er zijn twee functiepaletten, het “opnamepalet” en het “weergavepalet.” U kunt de
opnamestand activeren die het beste past bij de opnameomstandigheden, of de
gemaakte opnamen bewerken door eenvoudigweg pictogrammen te selecteren.
De instructies voor knoppenbediening verschijnen onder in de LCD-monitor
als u instellingen opgeeft in het opnamepalet werkt.
1 Druk op de vierwegbesturing (3).
Als de opnamestand actief is, verschijnt het “opnamepalet”.
Als de weergavestand actief is, verschijnt het “weergavepalet”.
2 Selecteer met de vierwegbesturing (2345) een pictogram.
3 Druk op de knop OK.
Het scherm van de geselecteerde stand verschijnt.
Bediening van het functiepalet
e
_
kb448
.
book
Page
49
Thursday
,
August
2
,
2007
11:40
AM