Operation Manual

94
3
Opnamen maken
1
Druk in de stand A op de
vierwegbesturing (5).
Bij elke druk op de knop verandert de
scherpstelstand. U kunt de instelling ook
wijzigen met de vierwegbesturing (23).
2
Druk op de 4-knop.
De instelling wordt opgeslagen en de camera gaat terug naar de
opnamestand.
De scherpstelstand selecteren
=
Standaard
Gebruik deze instelling wanneer de afstand tot het
onderwerp 40 cm of meer is. Wanneer de ontspan-knop
tot halverwege wordt ingedrukt, stelt de camera scherp op
het onderwerp in het autofocusgebied.
q
Macro
Deze instelling wordt gebruikt wanneer de afstand tot het
onderwerp circa 15 cm tot 50 cm is. De camera stelt
scherp op het onderwerp in het autofocusveld wanneer
de ontspan-knop tot halverwege wordt ingedrukt.
r
Super Macro
Deze modus wordt gebruikt als de afstand tot het object
ongeveer 8 cm tot 25 cm is.De camera wordt
scherpgesteld op het object in het autofocusgebied als de
ontspan-knop half wordt ingedrukt.
3
Pan-focus
Deze instelling wordt gebruikt wanneer u iemand anders
vraagt om opnamen voor u te maken, of wanneer u
landschapsopnamen maakt vanuit een rijdende auto of
trein. De opnamen worden van voor tot achter scherp.
s
Oneindig
Met deze functie kunt u opnamen maken van voorwerpen
in de verte. De flitser staat ingesteld op a (Flitser uit).
F o c u s i n s t .
Focusinst.
S t a n d a a r d
Standaard
OK
OK
MENU
S t o p
Stop
SS