Operation Manual

142
5
Opnamen bewerken en afdrukken
Met deze functie kunt u kleurtinten aanpassen en speciale bewerkingen
uitvoeren op een geselecteerde opname.
1
Activeer de stand Q en kies met de vierwegbesturing
(45) de opname die u wilt bewerken.
2
Druk op de vierwegbesturing (3).
Het weergavepalet verschijnt.
3
Selecteer P (Digitaal filter) met
de vierwegbesturing (2345).
De functie Huidtint naturel kan niet worden gebruikt in panoramafoto’s,
foto’s die gemaakt zijn met de modus I (16-beeldsopname), films of
bij foto’s waar de gezichten van personen niet kunnen worden
gedetecteerd door de camera. In Stap 4 verschijnt een foutmelding.
De functie Huidtint naturel kan alleen worden gebruikt bij foto’s die
door deze camera zijn gemaakt.
De digitale filters gebruiken
Zwart-witfilter
De opname wordt bewerkt met het zwart-witfilter.
Sepiafilter
De opname wordt bewerkt met het sepiafilter.
Speelgoed-
camerafilter
Verwerkt de afbeelding alsof de afbeelding met een
speelgoedcamera is gemaakt.
Retrofilter
Geeft de afbeelding het uiterlijk van een oude foto.
Kleurfilter
De opname wordt bewerkt met het geselecteerde kleurfilter. U kunt
kiezen uit zes filters: rood, roze, paars, blauw, groen en geel.
Sterrenfilter
Verwerkt het beeld van nachtscènes of licht dat weerspiegeld
wordt op water met een speciale sprankeling door effecten toe te
voegen aan de lichte punten van de afbeelding. U kunt kiezen uit
drie filters: Kruis, Hart en Ster.
Zacht filter Maakt van de afbeelding een afbeelding met zachte randen.
Fish-eye filter
Maakt een foto die lijkt alsof de foto gemaakt is door een
Fish-eye lens.
Helderheidsfilter
Wijzigt de helderheid van de opname.
OK
OK
MENU
S t o p
Stop
Digitale filters toepassen
op opnamen, bijv. kleuren-
of helderheidsfilter
D i g i t a a l f i l t e r
Digitaal filter
1 / 2
1/2