Operation Manual
139
5
Opnamen bewerken en afdrukken
Afbeeldingen worden tijdens het fotograferen verwerkt om de grootte
van gezichten die zijn gedetecteerd met de functie Gezichtsdetectie
(p.67) te verkleinen, zodat de gezichten kleiner lijken.
1
Gebruik in de stand Q de vierwegbesturing (45) om
de afbeelding te kiezen die u wilt bewerken.
2
Druk op de vierwegbesturing (3).
Het weergavepalet verschijnt.
3
Druk op de vierwegbesturing
(2345) om N (Klein-
gezichtfilter) te kiezen.
4
Druk op de 4-knop.
Gezichtsdetectiekaders worden getoond voor gezichten die kunnen
worden gecorrigeerd.
Ga verder met Stap 6 als er slechts één detectiekader is.
5
Druk op de vierwegbesturing
(2345) om een gezicht te
kiezen om te worden verwerkt.
Een groen kader geeft het gezicht aan dat
wordt verwerkt.
6
Druk op de 4-knop.
Afbeeldingen verwerken om gezichten te
verkleinen
OK
OK
MENU
S t o p
Stop
Verkleint gezichten in
opnamen, voor goed ge-
proportioneerde portretten
K l e i n - g e z i c h t f i l t e r
Klein-gezichtfilter
1 / 2
1/2
OK
OK
OK
OK










