Operation Manual
52
4
Opnamen maken
a
Bij deze functie stelt u de sluitertijd en diafragma handmatig in. Zo kunt u verschillende
creatieve effecten bereiken in uw opnamen.
1 Zet de functiekiezer op a.
2 Wijzig het diafragma met
de vierwegbesturing (23).
Druk op 2 voor een hogere diafragmawaarde
of op 3 voor een lagere diafragmawaarde.
3 Wijzig de sluitertijd met
de vierwegbesturing (45).
Druk op 5 voor een kortere sluitertijd of op 4
voor een langere sluitertijd.
Als de belichting onjuist is, verschijnt de afwijking op de belichtingsbalk.
4 Druk de ontspanknop tot halverwege in.
Het scherpstelkader licht groen op wanneer de camera heeft scherpgesteld
op het onderwerp.
5 Druk de ontspanknop helemaal in.
De opname wordt gemaakt.
Volledig handmatig
• Bij het maken van opnamen met een lange sluitertijd wordt de totale
opnametijd langer, omdat de ruisreductiefunctie wordt geactiveerd ter
vermindering van beeldruis.
•In de a functie kunnen automatisch flitsen en d (automatisch flitsen
+ rode-ogenreductie) niet worden geselecteerd.
•In de a functie kan de knop aan de voorzijde niet worden gebruikt
om de belichting af te stellen.
4, 5
1
2, 3
38
3 8
38
14
1 4
:25
: 2 5
14:25
F5.6
F 5 . 6
F5.6
1/250
1 / 2 5 0
1/250
09/25/2004
0 9 / 2 5 / 2 0 0 4
09/25/2004










