Operation Manual
13
Instellingen voor Bestandsbeheer ............................................... 214
Een SD-geheugenkaart formatteren ................................................ 214
Beveiliging van opnamen tegen wissen (Beveiligen) ....................... 215
De regel voor naamgeving van mappen wijzigen ............................ 216
Nieuwe mappen aanmaken ............................................................. 217
IFotograafgegevens instellen........................................................... 217
De DPOF-instellingen instellen ........................................................ 219
Aansluiten op een computer 221
Gemaakte opnamen bewerken op een computer........................ 222
Opnamen opslaan op een computer ........................................... 224
De instelling voor USB-aansluiting opgeven.................................... 224
De camera aansluiten op een computer .......................................... 225
De meegeleverde software gebruiken......................................... 226
De software installeren .................................................................... 226
Werken met de flitser 229
Werken met de ingebouwde flitser .............................................. 230
Flitseigenschappen bij elke belichtingsfunctie ................................. 230
De lange-sluitertijdsynchronisatie gebruiken ................................... 230
De 2e sluitergordijnsynchronisatie gebruiken .................................. 231
Afstand en diafragma bij gebruik van de ingebouwde flitser............ 231
Compatibiliteit objectief met de ingebouwde flitser .......................... 233
Een externe flitser gebruiken (Optioneel) .................................... 235
De automatische P-DDL flitser gebruiken ........................................ 236
De korte-sluitertijdsynchronisatie gebruiken .................................... 236
Een externe flitser aansluiten met het verlengsnoer........................ 237
Bijlage 239
Standaardinstellingen .................................................................. 240
Beschikbare functies bij verschillende objectiefcombinaties ....... 248
De brandpuntafstand instellen ......................................................... 250
De diafragmaring gebruiken............................................................. 252
De CMOS-sensor reinigen........................................................... 254
Stof verwijderen door de CMOS-sensor
te schudden (Stof verwijderen) ........................................................ 254
Stof verwijderen met een blaaskwastje............................................ 255
Optionele accessoires ................................................................. 257
De GPS gebruiken ........................................................................... 261
K-01_DUT.book Page 13 Wednesday, February 22, 2012 10:19 AM










