Operation Manual
121
5
Functiereferentie
Wanneer op het onderwerp is scherpgesteld,
verschijnt de scherpstelindicatie ] in de zoeker
(als de indicatie knippert, is er niet scherpgesteld
op het onderwerp).
1 Onderwerpen waarop moeilijk automatisch
kan worden scherpgesteld (p.46)
•Bij l (Eén opname) is de scherpstelling vergrendeld terwijl ] brandt
(scherpstelvergrendeling). Om scherp te stellen op een ander onderwerp,
haalt u eerst uw vinger van de ontspanknop.
• Als bij de instelling \ (Bewegend onderwerp) H is ingesteld op C (Kinderen) of E
(Huisdier), of als [Autofocus] in het menu [A Opname] is ingesteld op k (Continu)
(p.124), wordt continu scherpgesteld bij het volgen van het onderwerp zolang
de ontspanknop tot halverwege wordt ingedrukt.
• De sluiter kan pas ontspannen als er is scherpgesteld op het onderwerp in l
(Eén opname) (p.124). Als het onderwerp zich te dicht bij de camera bevindt, gaat u
achteruit en maakt u de opname. Stel de scherpstelling handmatig in als er moeilijk
op het onderwerp kan worden scherpgesteld (p.46). (p.127)
• Druk in de stand l (Eén opname) de ontspanknop tot halverwege in. Wanneer
de ingebouwde flitser beschikbaar is, gaat deze automatisch verschillende keren af,
zodat de autofocus makkelijker kan scherpstellen op een onderwerp in een donkere
omgeving.
• Ongeacht de instelling van de camera op l (Eén opname) of k (Continu)
volgt de camera het onderwerp automatisch als is vastgesteld dat het een bewegend
onderwerp is.
Scherpstelindicatie
e
_
kb411
.
book
Page
121
Monday
,
February
5
,
2007
2:21
PM










