Operation Manual
30
7 Installatievoorschrift
7.1 Waar u op moet letten
7.1.1 Veiligheidsvoorschriften installatie
• De aansluiting moet voldoen aan de nationale en lokale voorschriften.
• Het toestel moet altijd geaard zijn.
• Alleen een erkend elektrotechnisch installateur mag dit toestel aansluiten.
• Gebruik voor het aansluiten een goedgekeurde kabel (bijvoorbeeld type HO7RR)
met de juiste kabel diameters, behorend bij de aansluiting. De kabel ommanteling
moet van rubber zijn.
• De aansluitkabel moet vrij hangen en mag niet door een lade worden aangestoten.
• Wilt u een vaste aansluiting maken, zorg er dan voor dat er een omnipolaire
schakelaar met een contactafstand van minimaal 3 mm in de toevoerleiding wordt
aangebracht.
• Het werkblad waarin de kookplaat wordt ingebouwd moet vlak zijn.
• De wanden en het werkblad rondom het toestel moeten minimaal tot 85 °C
hittebestendig zijn. Ook al wordt het toestel zelf niet warm, door de warmte van een
hete pan kan de wand verkleuren of vervormen.
• Schade ontstaan door verkeerd aansluiten, verkeerd inbouwen of verkeerd gebruik
valt niet onder de garantie.
7.1.2 Benodigde vrije ruimte rondom
Voor een veilig gebruik is voldoende ruimte romdom de kookplaat noodzakelijk.
Controleer of deze ruimte aanwezig is.
* IDK674: min. 65 cm
IDK884: min. 78 cm
IDK995: min. 91 cm