Installation Instructions

Raadpleeg de tabellen op p. 28 tot 41 voor de functies van de verschillende knoppen
volgens de gekozen modus.
Let op: de logo’s kunnen per voertuig verschillen.
Let op: als u de UNIKA gebruikt met een Parrot MKi9000, kunt u het geheugen van de kit
wissen door 5 maal de volgende sequentie te herhalen:
.
Wanneer de UNIKA is geïnstalleerd, moet de diode van de interface groen
gaan branden. Wanneer u op een knop drukt van de stuurbediening, moet
de LED amberkleurig worden. Indien dit het geval is, is de interface klaar
voor gebruik. Als de LED niet aan gaat moet u de voeding controleren. Als
de LED rood is of rood knippert controleer dan de CAN aansluitingen.
De installatie
controleren
Als uw voertuig is gebaseerd op een protocol CAN Bus of K-BUS, gebeurt
de selectie van de modus (A, B, C of D) automatisch. De LED knippert rood
om aan te geven dat het proces gaande is. De LED wordt groen wanneer
de modus is bepaald.
Bepaling van
de modus
Let op: wanneer de installatie van de UNIKA is voltooid, verbreekt u het contact en
maakt vervolgens weer contact. Wacht totdat de LED van de UNIKA uit gaat.
Protocol CAN Bus / K-BUS
Gebruik van de bediening
Als u een probleem tegenkomt of als u de UNIKA eerst in een ander voertuig heeft geïns-
talleerd, schakelt u het contact in en houdt vervolgens de knop Reset ingedrukt tot de LED
uit gaat (als het voertuig is gebaseerd op een CAN Bus of K-BUS protocol) of rood knippert
(weerstandsprotocol), om de UNIKA op nul te zetten.
Opnieuw installeren
27