Operation Manual
39
NL BE
3. Sluit het laadtoestel (3) op een stop-
contact aan.
4. Nadat het laadprocédé beëindigd
werd, verbreekt u het laadtoestel (3)
van het stroomnet.
5. Trek de accu (1) uit het laadtoestel (3).
Overzicht van de LED-controle-
indicaties op de lader (3):
Groene LED (5) brandt zon-
der geplaatste accu:
lader gereed voor gebruik.
Groene LED (5) brandt:
accu is geladen.
Rode LED (4) brandt:
accu wordt opgeladen.
Verbruikte accu’s
• Een beduidend kortere werkingsduur
ondanks oplading geeft aan dat de
accu opgebruikt is en vervangen moet
worden. Gebruik uitsluitend een origi-
neel reserve accupack, dat u via de
klantenserviceafdeling kunt verkrgen.
• Neem in ieder geval de telkens gelden-
de veiligheidsinstructies en ook de be-
palingen en aanwzingen met betrek-
king tot de bescherming va het milieu in
acht (zie “Reiniging en onderhoud”).
Bewaring
• Bewaar de accu b een temperatuur
van 10 °C tot 40 °C. Vermd tdens
de opslag extreme koude of hitte op-
dat de accu niet aan vermogen inboet.
• Neem de accu vóór een langer duren-
de opslag (bvoorbeeld overwintering)
uit het apparaat.
• Kk tdens een langer durende opslag-
fase ongeveer telkens na 3 maanden
de laadtoestand van de accu na en
laad zo nodig b.
Wandmontage lader
(optioneel)
U kunt de lader ( 3) ook aan de wand
monteren.
• Breng twee schroeven met een afstand
van 54 mm met behulp van pluggen op
de gewenste positie van een wand.
• De schroefkop kan een diameter van 6 -
10 mm hebben.
• Laat de schroefkoppen met een afstand
van ca. 10 mm tot de wand uitsteken.
• U kunt de oplader ( 3) met de ope-
ningen van de muurbeugel aan de twee
schroeven bevestigen en de oplader tot
aan de aanslag naar beneden trekken.
Leterbhetborenopgeen
voorzieningsleidingen te
be-schadigden. Gebruik
geschikte detectoren om ze
op te sporen of haal er een
installatieplanalshulpb.
Contact met elek-trische lei-
dingen kan leiden tot een
elektrische schok en brand,
contact met een gasleiding
kan leiden tot een ontplof-
ng.Beschadigingvaneen
waterleiding kan leiden tot
materiële schade en een
elektrische schok.
Reiniging
Reinig de lader (3) en de accu (1) met een
droge doek of met een borsteltje.
Gebruik geen water of metalen voorwerpen.