Telefaxtoestel UF-885/895 Gebruiksaanwijzing
BELANGRIJKE INFORMATIE Bij elk verzoek om inlichtingen, benodigdheden of serviceverlening dient u het model- en serienummer van uw toestel op te geven. Het model- en serienummer vindt u op het kenplaatje dat op de hieronder getoonde plaats op het toestel is aangebracht. Gemakshalve is hieronder ook ruimte voorzien waarin u alle informatie kunt optekenen die u in de toekomst nodig zou kunnen hebben.
INHOUD 1 EERSTE KENNISMAKING MET UW FAXTOESTEL Veiligheidsinformatie .......................................................................................... 6 Inleiding................................................................................................................ 9 Functietoets ....................................................................................................... 10 Buitenaanzicht .........................................................................................
Documenten verzenden.....................................................................................42 Vanuit het geheugen ................................................................................................. 42 Manuele nummerkeuze 44 Snelkiezen 45 Verkorte nummers 46 Kiezen vanuit de index 47 Verzending naar meer dan één nummer ................................................................. 48 Rechtstreekse verzending ......................................................................
Werken met bestanden ..................................................................................... 75 Een bestandenlijst afdrukken De inhoud van een bestandenlijst bekijken Begintijdstip of bestemming van een bestand wijzigen Bestanden wissen Bestanden afdrukken Documenten toevoegen aan een bestand Een onvolledig bestand opnieuw proberen 75 76 77 79 80 81 82 Toegangscode ...................................................................................................
MOGELIJKHEDEN IN EEN NETWERK Selectieve ontvangst .......................................................................................107 Selectieve ontvangst instellen 107 Communicatie via wachtwoord ......................................................................
8 PROBLEMEN VERHELPEN Moeilijkheden oplossen .................................................................................. 149 Als u met een van de volgende problemen zit Informatiecodes Vastgelopen afdrukpapier Vastgelopen documenten Reiniging van de optische aftastzone Reiniging van de drukrol Afstelling van de automatische documenttoevoer (ADT) Controlestempel Vervangen van de lithiumbatterij Controle van de telefoonlijn 9 149 151 154 155 156 157 158 159 160 161 AANHANGSEL Technische gegevens ..
EERSTE KENNISMAKING MET UW FAXTOESTEL Veiligheidsinformatie Dit produkt is in overeenstemming met de EG-richtlijnen 73/23/EEC gewijzigd in 93/68/EEC en 89/336/EEC gewijzigd in 92/31/EEC en 98/13/EC. De apparatuur is goedgekeurd in overeenkomst met Raadsbesluit 98/482/EC voor pan-europese aansluiting op een openbaar geschakeld telefoonnetwerk (PSTN).
Veiligheidsinformatie 1 Verklaring van compatibiliteit van de fabrikant voor de gebruiker De producten, model UF-885/895-** (** duidt op een landcode uit onderstaande tabel), zijn ontworpen om te voldoen aan de vereisten TBR21:1998 en EG201121 (V1.1.2):1998 en zijn ontworpen om te functioneren met het analoge openbaar geschakeld telefoonnetwerk binnen het bestek van bovengenoemde vereisten. Neem contact op met de verkoper als de apparatuur op een ander netwerk moet worden gebruikt.
Veiligheidsinformatie ! OPGEPAST Dit teken wijst op gevaren die lichte verwondingen of schade aan het toestel tot gevolg kunnen hebben. Plaats het toestel niet in de buurt van verwarming of airconditioning. Vermijd blootstelling aan rechtstreeks zonlicht. Plaats het toestel op een horizontaal vlak en laat ten minste 10 cm vrij tussen het toestel en ander voorwerpen. Blokkeer de verluchtingsopeningen niet. Plaats geen zware voorwerpen op het toestel en mors er geen vloeistoffen op.
Inleiding 1 Hartelijk dank voor de aankoop van de Panafax UF-885/895. De UF-885/895 zijn één van de meest geavanceerde modellen binnen de Panafax-familie van G3-compatibele tafelfaxtoestellen. Hier hebt u een greep uit zijn talrijke eigenschappen: 1. Afdruk op gewoon Afdrukken op gewoon papier houdt in dat u vlot met een pen of potlood op papier ontvangen documenten kunt schrijven. Ze krullen niet en zijn dus makkelijker op te bergen.
Functietoets Elke functie kan worden gestart door eerst op FUNCTION te drukken en vervolgens het functienummer in te tikken of door op de overlooptoetsen of te drukken tot de gewenste functie op het display verschijnt.
Buitenaanzicht 1 ADT-deur Documentgeleiders Bedieningspaneel Document Veriengstuk Printerdeksel Documentplaten Afdrukpapierplaat Papiercassette (meegeleverd) Papiercassette voor 500 vellen afdrukpapier [Optioneel beschikbaar. Zie pagina 167] Papiercassette voor 250 vellen afdrukpapier [Optioneel beschikbaar.
Bedieningspaneel Display LCD-schermpje dat datum/uur of de lopende verrichting weergeeft. ON LINE TONER ALARM Knippert wanneer het toestel een document verzendt of Knippert wanneer de resterende tonervoorraad laag is en licht op wanneer er geen toner meer is. (Zie blz. 16) Licht op als zich een probleem voordoet. (Zie blz. 149) Snelkiestoetsen (01-32) Voor snelle nummerkeuze. (Zie blz.
Bedieningspaneel 1 Dient om Normaal, Lichter of Donkerder in te stellen. (Zie blz. 39) CONTRAST + VOLUME RESOLUTION Dient om te kiezen tussen Standaard, Fijn of Superfijn. (Zie blz. 39) HALFTONE Dient om UIT (OFF), KWALITEIT (QUALITY) of SNEL (FAST) in te stellen voor documenten met halftonen. (Zie blz. 40) Om te kiezen tussen verzending vanuit het geheugen of rechtstreeks vanop de documententoevoer (zie blz. 42 tot 52).
INSTALLATIE VAN HET TOESTEL Het toestel en zijn toebehoren Maak de doos leeg en controleer of alle hieronder afgebeelde onderdelen aanwezig zijn.
Toebehoren installeren Installeren van de lithiumbatterij (Deze batterij wordt gebruikt voor back-up van de klokgegevens in geval van een stroomonderbreking, zie blz. 160) 2 (1) Open de ADT-deur. (2) Installeer de batterijhouder, schuif hem naar links tot hij vergrendelt en sluit de ADT-deur. ADT-deur Uitzicht na volledige installatie Documentopvangplaat en afdrukpapierplaat Haak de uitsteeksels vast in de vierkante gaatjes op het toestel.
Tonerpatroon installeren 1 Pak het tonerpatroon uit en schud het 5 of 6 keer heen en weer (zoals afgebeeld) om de toner gelijkmatig te verdelen in het patroon. Tonerpatroon 2 Verwijder de beschermstrip. 3 Druk op de ontgrendelingstoets om het printerdeksel te openen. Printerdeksel Ontgrendelingstoets Vervolg op volgende blz.
Tonerpatroon installeren 4 Aligneer het pijltje en de pin aan beide zijden, 2 zoals aangegeven, en schuif het tonerpatroon in het toestel. 5 Sluit het printerdeksel degelijk af. Printerdeksel 6 Bij het vervangen van de tonerpatroon is het aangeraden de afdrukrol te reinigen om de afdrukkwaliteit optimaal te houden. Om de afdrukrol te reinigen, volgt u de instructies op blz. 157.
Afdrukpapier aanbrengen Papiersoort In het algemeen geven de meeste soorten schrijfpapier goede resultaten. Ook de meeste soorten fotokopieerpapier zijn geschikt. Er zijn uiteraard veel «merk» soorten papier beschikbaar. Wij raden u aan verscheidene soorten papier uit te proberen tot u echt het resultaat haalt dat u beoogt. Voor meer details over de aanbevolen papiersoort(en), zie blz. 166. Hoe afdrukpapier aanbrengen 1 Schuif de papiercassette uit het toestel.
Afdrukpapier aanbrengen 4 (1) Maak het haakje los en verwijder de keuzeschakelaar voor de papiergrootte. (2) Draai de keuzeschakelaar voor de 1 2 2 papiergrootte rond totdat de juiste instelling 3 erop bovenaan staat. (3) Installeer de keuzeschakelaar voor de papiergrootte opnieuw. 5 Klem Klem 1 (1) Duw op de aandrukplaat tot deze vastklikt. (2) Vul de papiercassette met papier. Opgelet: Zorg ervoor dat het papier onder de klemmetjes van de papiercassette blijft.
Aansluiten van telefoonsnoer en netsnoer Netsnoer Steek het stekkergedeelte van het netsnoer in een gewoon stopcontact en het andere uiteinde in de voedingsaansluiting op de achterzijde van het toestel. Waarschuwing : het stopcontact moet van die aard zijn dat het toestel correct geaard is. (zie opmerking 1).
Aansluiten van telefoonsnoer en netsnoer power S 2 Stroomschakelaar Zet deze schakelaar op ON zodra alle snoeren en het netsnoer aangesloten zijn. Opmerking: Maak de kabel vast aan de haak om te voorkomen dat het afdrukpapier vastloopt.
Volumeregeling U kunt het monitor- en het beltoonvolume op uw toestel regelen. Door de ingebouwde luidspreker kunt u de kiestoon, de kiessignalen en de bezettoon horen. Het toestel gaat rinkelen als het een oproep ontvangt. Luidsprekervolume (zie opmerking 1) 1 * MONITOR * ❚ MONITOR U hoort de kiestoon via de luidspreker. 2 + VOLUME om het volume te verhogen (meermaals indien nodig). MONITOR VOLUME LOW [❚❚❚❚❚❚❚❚] HIGH - of + VOLUME om het volume te verlagen (meermaals indien nodig).
Gebruikerparameters Uw faxtoestel beschikt over een aantal basis-instelwaarden (gebruikerparameters) waarmee u kunt bijhouden welke documenten u hebt verzonden of ontvangen. Zo houdt de ingebouwde klok de datum en het juiste uur bij, terwijl uw LOGO en ID-nummer aan andere partijen vertelt wie u bent. Datum en uur instellen Wanneer het toestel in standby staat, geeft het display de datum en het uur weer. Zodra u die hebt opgegeven, loopt de klok en hebt u er geen omzien meer naar.
Gebruikerparameters Uw LOGO opgeven Wanneer u een document verzendt, verschijnt uw LOGO bovenaan op de afdruk die uit het faxtoestel van de bestemmeling komt. Aan de hand van uw LOGO weet iemand die uw document ontvangt onmiddellijk vanwaar het komt. 1 2 3 FUNCTION 7 SET MODE (1-6) ENTER NO. OR ∨ ∧ 1:USER PARAMETERS? PRESS SET TO SELECT 1 LOGO ❚ SET tot op het display verschijnt: 4 Tik uw LOGO in (max. 25 letters/cijfers/symbolen) m.b.v. de letter/tekentoetsen (zie blz. 12).
User Parameters Uw letter-ID opgeven Wanneer u verzendt of ontvangt, zal, indien het toestel van de andere partij is toegerust voor een letter-ID, uw letterID op het display van dat toestel verschijnen, terwijl de letter-ID van de andere partij op uw display te zien is. 1 2 3 FUNCTION 7 SET MODE (1-6) ENTER NO. OR ∨ ∧ 1:USER PARAMETERS? PRESS SET TO SELECT 1 SET CHARACTER ID ❚ tot op het display verschijnt: 4 Tik uw letter-ID in (max. 16 letters/symbolen) m.b.v. de letter/tekentoetsen (zie blz.
User Parameters Uw ID-nummer (nummer van uw faxlijn) opgeven Wanneer u verzendt of ontvangt zal, als het toestel van de andere partij niet is toegerust voor een letter-ID maar wel voor een ID-nummer, uw ID-nummer op het display van dat toestel verschijnen, terwijl het ID-nummer van de andere partij op uw display te zien is. We geven u de raad als ID-nummer het nummer van uw faxlijn te gebruiken, maar ook om het even welk ander nummer (van max. 20 cijfers) voldoet.
PROGRAMMERING VAN HET TOESTEL Snelkiesnummers/verkorte nummers Snelkiesnummers/verkorte nummers invoeren Snelkiesnummers en verkorte nummers maken het mogelijk volledige telefoonnummers in een minimum van tijd te vormen. Om deze kiesfuncties te gebruiken moet u eerst de volledige nummers invoeren, wat als volgt gaat. Ga als volgt te werk om een snelkiesnummer in te voeren 1 FUNCTION 7 2 3 4 Vb: 5 Tik het telefoonnummer in (max. 36 cijfers, spaties en pauzes inbegrepen).
Snelkiesnummers/verkorte nummers Ga als volgt te werk om een verkort nummer in te voeren 1 FUNCTION 2 2 3 2 4 5 6 7 8 Vb: (zie opmerking 1) (zie opmerking 2) (zie opmerking 3) 7 SET 0 2 2 (001-160) [022] ENTER TEL. NO. [022] 9-555 2345❚ 9 PAUSE 5 5 5 SPACE 2 3 4 5 [022] ENTER NAME 9-555 2345 SET Tik de naam van de bestemming in m.b.v. letter/tekentoetsen (max. 15 tekens). Vb: 1:ONE-TOUCH 2:ABBR NO. ABBR [❚ ] ENTER NO. OR ∨ ∧ Tik het telefoonnummer in (max.
Snelkiesnummers/verkorte nummers Snelkiesnummers/verkorte nummers wijzigen of schrappen Als u een snelkiesnummer of verkort nummer moet wijzigen of wissen, ga dan als volgt te werk. De inhoud van een snelkiesnummer/verkort nummer wijzigen 1 2 FUNCTION 2 Kies 1 voor een snelkiesnummer Kies 2 voor een verkort nummer Vb: 3 4 7 ONE-TOUCH< > PRESS ONE-TCH OR ∨ ∧ 1 Tik het nummer in waarvan u de inhoud wil wijzigen.
Snelkiesnummers/verkorte nummers De inhoud van een snelkiesnummer/verkort nummer wissen (zie opmerking 1) 1 2 FUNCTION 5 1:ONE-TOUCH 2:ABBR NO. SET Kies 2 voor een snelkiesnummer ONE-TOUCH< > PRESS ONE-TCH OR ∨ ∧ 1 Voer het nummer in dat u wilt wissen Vb: 4 2 Kies 1 voor een verkort nummer Vb: 3 7 <01> SALES DEPT 9-555 1234 01 CLEAR <01> PANAFAX ENTER TEL. NO. ONE-TOUCH< > PRESS ONE-TCH OR ∨ ∧ SET Om terug te keren naar standby drukt u op STOP . Opmerking: 1.
Snelkiesnummers/verkorte nummers Een indexblad afdrukken Na het programmeren van een snelkiesnummer kunt u het indexblad afdrukken waarop de 10 eerste tekens van elke naam staan. Als u de lijst uitknipt langs de stippellijn, past ze precies onder het doorzichtige afdekblad boven de snelkiestoetsen. Ga als volgt te werk om een indexblad af te drukken. 1 6 FUNCTION 2 7 PRINT OUT (1-7) ENTER NO. OR ∨ ∧ * PRINTING * DIRECTORY SHEET SET Het toestel drukt het indexblad af.
Individuele aanpassingen Uw faxtoestel beschikt over tal van instelbare faxparameters. Deze faxparameters staan vermeld in de parametertabel, werden voor u vooraf ingesteld en hoeven niet te worden gewijzigd. Als u toch een wijziging wilt aanbrengen, leest u de tabel eerst aandachtig door. Bepaalde parameters, waaronder die voor resolutie, contrast en controlestempel, kunnen tijdelijk gewijzigd worden door op een bepaalde toets te drukken net voor de verzending.
Individuele aanpassingen Tabel met faxparameters Nr. Parameter Nr. instelling instelling 01 CONTRAST 1 Normaal 2 Lichter 02 04 05 07 08 09 10 12 RESOLUTION STAMP MEMORY HEADER PRINT HEADER FORMAT RCV'D TIME PRINT KEY/BUZZER VOLUME COMM.JOURNAL 13 AUTO JOURNAL PRINT 14 FILE ACCEPTANCE REPORT 17 22 RECEIVE MODE SUBSTITUTE RCV 3 Donkerder 1 Standaard 2 Fijn 3 Superfijn 1 Uit 2 Aan 1 Désactivée 2 Activée 1 Binnen 2 Buiten 3 Geen afdrukt 1 Logo, ID-nr.
Individuele aanpassingen Nr. Parameter 24 PRINT REDUCTION 25 REDUCTION RATIO 26 POLLING PASSWORD 27 POLLED FILE SAVE 28 31 32 33 34 STAMP AT MEM. XMT INCOMPLETE FILE SAVE Nr.
Individuele aanpassingen Nr. Parameter 37 RCV TO MEMORY 38 40 41 42 43 44 46 48 Nr. instelling ACCESS CODE (TOEGANGSCODE) RELAY XMT REQUEST CONF. FAX PARAMETER CONF. POLLED FILE SAVE PASSWORD-XMT PASSWORD-RCV SELECT RCV TELEPHONE LINE instelling Commentaar (----) Voer een 4-cijferig wachtwoord in om het in het geheugen ontvangen document af te drukken met F8-5 (RCV TO MEMORY). Wanneer F8-5 actief is, wordt deze parameter niet op het LCD-display weergegeven. (Zie blz.
Individuele aanpassingen Nr. Parameter Nr. instelling instelling 58 LANGUAGE 1 Engels 2 Nederlands 1 0MB 2 2MB 3 3MB 4 4MB 1 Niet actief 2 Actief 1 Niet actief 2 Multiple LOGO’s 3 Afd. Code 1 Niet actief 60 65 77 82 88 99 OPTION PAGE MEMORY PRINT COLLATION LOGO/DEPT.
BELANGRIJKSTE BEDIENINGSVERRICHTINGEN Documenten inbrengen Verzendbare documenten In principe kan uw toestel elk document verzenden dat op A4 formaat staat.
Documenten inbrengen Het inbrengen van de documenten 1. Zorg ervoor dat de documenten ontdaan zijn van nietjes of clips en dat ze niet gekruld, vettig of bedekt zijn met vreemde deeltjes. 2. Plaats de documenten met de bedrukte zijde NAAR BENEDEN op de automatische documententoevoer (ADT) tot de benedenhoek in het toestel vastklikt. Als u meer dan 1 pagina verzendt, moet u eerst het onderste vel invoeren. U kunt tot 50 VELLEN tegelijk op de ADT stapelen (zie opmerking 1 en 2).
Basisinstellingen voor verzending U kunt de verzendingsinstellingen tijdelijk wijzigen voor of na u het document op de ADT heeft gelegd. De instellingen die u tijdelijk kunt wijzigen zijn de volgende: • Contrast • Resolutie • Halftoon • Stempel • Communicatieverslag Als uw document verzonden is, zal het toestel automatisch terugkeren naar de voorgeprogrammeerde instellingen. Contrast (zie opmerking 1) Uw toestel werd vooraf ingesteld op Normaal contrast.
Basisinstellingen voor verzending Grijswaarden De Halftooninstelling is nuttig wanneer u foto’s of afbeeldingen met verschillende grijswaarden verzendt. De standaardinstelling van het toestel is HALFTONE = Off (grijswaarden uitgeschakeld). U hebt daarnaast de keus tussen de standen Snel en Kwaliteit.
Basisinstellingen voor verzending Verzendingsverslag (COMM.JOURNAL) Aan de hand van een verzendingsverslag kunt u nagaan of de verzending naar behoren is verlopen. Wat het afdrukken van verzendingsverslagen betreft, beschikt u over volgende keuzemogelijkheden: Staat COMM.JOURNAL op OFF (uitgeschakeld): dan wordt er nooit een communicatieverslag afgedrukt. Staat COMM.JOURNAL op ON (ingeschakeld): dan wordt na elke communicatie automatisch een verslag afgedrukt. Staat COMM.JOURNAL op INC.
Documenten verzenden U heeft de keuze tussen verzending uit het geheugen en rechtstreekse verzending. Gebruik verzending uit het geheugen als: • U het document wilt verzenden naar verscheidene toestellen. • U het document onmiddellijk moet recupereren. • U wil gebruik maken van de dubbele werking. • U wil gebruik maken van gegroepeerde verzending. Gebruik rechtstreekse verzending als: • Het geheugen vol is. • U wil het document onmiddellijk verzenden.
Documenten verzenden (zie opmerking 1)Å@Å@ (zie opmerking 2)Å@Å@ (zie opmerking 3)Å@Å@ (zie opmerking 4)@Å@ (zie opmerking 5) Opmerking: 1. Het bestandsnummer van het document dat wordt opgeslagen, is tijdens het opslaan te zien in de rechter bovenhoek van het display. Het wordt ook afgedrukt op het communicatieverslag, het verslag na verrichtingen en de bestandenlijst. In de rechter benedenhoek staat na het opslaan van elke blz. hoeveel procent van het geheugen reeds ingenomen is. 2.
Documenten verzenden Manuele nummerkeuze Om het nummer volledig te vormen vanop het cijferklavier van het faxtoestel, gaat u als volgt te werk: 1 ENTER STATION(S) THEN PRESS START 00% Leg het document met de te verzenden zijde naar onder. 2 MEMORY Zorg ervoor dat de MEMORY-verklikker brandt. Zoniet, druk dan op MEMORY om de geheugenverzending in te schakelen. 3 Vorm een telefoonnummer op het cijferklavier. Vb: 5 5 TEL. NO. 5551234❚ 5 1 2 3 4 4 * STORE * NO.
Documenten verzenden Snelkiezen Dank zij de snelkiesnummers kunt u een volledig telefoonnummer vormen door op slechts één toets te drukken. Om zo’n snelkiestoets te programmeren: zie blz. 27. 1 ENTER STATION(S) THEN PRESS START 00% 4 Leg het document met de te verzenden zijde naar onder. 2 MEMORY Zorg ervoor dat de MEMORY-verklikker brandt. Zoniet, druk dan op MEMORY om de geheugenverzending in te schakelen. 3 Druk op een snelkiestoets. Vb: 01 4 <01>(Station name) 5551234 * STORE * NO.
Documenten verzenden Verkorte nummers Met de verkorte kiesfunctie kunt u snel een veelvuldig gekozen telefoonnummer vormen door dat nummer vooraf te programmeren in de ingebouwde automatische nummerkiezer, waar het een 3-cijferige verkorte code meekrijgt. Om zo’n verkort nummer te programmeren, zie blz. 28. (zie opmerking 1) 1 ENTER STATION(S) THEN PRESS START 00% Leg het document met de te verzenden zijde naar onder. 2 MEMORY Zorg ervoor dat de MEMORY-verklikker brandt.
Documenten verzenden Kiezen vanuit de index Met nummervorming vanuit de index kunt u een volledig telefoonnummer vormen door de naam van de bestemmeling (zoals ingevoerd onder snelkiesnummers of verkorte nummers) op te zoeken. (zie opmerking 1) 1 ENTER STATION(S) THEN PRESS START 00% 4 Leg het document met de te verzenden zijde naar onder. 2 MEMORY Zorg ervoor dat de MEMORY-verklikker brandt. Zoniet, druk dan op MEMORY om de geheugenverzending in te schakelen.
Documenten verzenden Verzending naar meer dan één nummer Als u hetzelfde document naar meer dan één bestemming moet faxen, kunt u wat het invoeren van het document betreft tijd sparen door gebruik te maken van geheugenverzending. U kunt nl. het document in het geheugen opslaan en het vervolgens vandaaruit automatisch naar een aantal bestemmingen versturen. 1 2 Leg het document met de te verzenden zijde naar onder. ENTER STATION(S) THEN PRESS START 00% MEMORY Zorg ervoor dat de MEMORY-verklikker brandt.
Documenten verzenden Rechtstreekse verzending Als het geheugen van uw toestel vol is of u het document onmiddellijk wil verzenden, gebruikt u rechtstreekse verzending. (zie opmerking 1) (zie opmerking 2) Manuele nummerkeuze (Rechtstreekse verzending) 4 Om het nummer volledig te vormen vanop het cijferklavier van het faxtoestel, gaat u als volgt te werk: 1 ENTER STATION(S) THEN PRESS START 00% Leg het document met de te verzenden zijde naar onder.
Documenten verzenden Snelkiezen (Rechtstreekse verzending) Dank zij de snelkiesnummers knnt u een volledig telefoonnummer vormen door op slechts een toets te drukken. Om zo’n snelkiestoets te programmeren: zie blz. 27. 1 ENTER STATION(S) THEN PRESS START 00% Leg het document met de te verzenden zijde naar onder. 2 MEMORY ENTER STATION 00% Zorg ervoor dat de MEMORY-verklikker gedoofd is. 3 Druk op een snelkiestoets. Vb: 01 Op het display verschijnt het snelkiesnummer en de daarbij horende naam.
Documenten verzenden Verkorte nummers (Rechtstreekse verzending) Dankzij de verkorte kiesfunctie kunt u op een snelle manier een veelvuldig gekozen telefoonnummer vormen door dat nummer vooraf te programmeren in de ingebouwde automatische nummerkiezer, waar het een 3cijferige verkorte code meekrijgt. Om zo’n verkort nummer te programmeren, zie blz. 28. 1 4 ENTER STATION(S) THEN PRESS START 00% Leg het document met de te verzenden zijde naar onder.
Documenten verzenden Kiezen vanuit de index (Rechtstreekse verzending) Met nummervorming vanuit de index kunt u een volledig telefoonnummer vormen door de naam van de bestemmeling (zoals ingevoerd onder snelkiesnummers of verkorte nummers) op te zoeken. 1 ENTER STATION(S) THEN PRESS START 00% Leg het document met de te verzenden zijde naar onder. 2 ENTER STATION MEMORY 00% Zorg ervoor dat de MEMORY-verklikker gedoofd is.
Documenten verzenden Verzending in vocale modus Als u een document wilt verzenden nadat u met uw correspondent gepraat heeft, gebruikt u verzending in vocale modus. Uw toestel heeft een optionele hoorn of een externe telefoon nodig. Nummerkeuze vanop het telefoontoestel 4 Om nummers te vormen vanop het telefoongedeelte van uw toestel, gaat u als volgt te werk: 1 ENTER STATION(S) THEN PRESS START 00% Leg het document met de te verzenden zijde naar onder.
Documenten verzenden Nummerkeuze vanop het faxtoestel Om nummers te vormen vanop het faxtoestel zelf, gaat u als volgt te werk: 1 ENTER STATION(S) THEN PRESS START 00% Leg het document met de te verzenden zijde naar onder. 2 * MONITOR * ❚ MONITOR U hoort de kiestoon via de luidspreker. 3 4 Vorm het telefoonnummer vanop het cijferklavier. Vb: 5 5 5 1 2 * DIALLING * 5551234❚ 3 4 Als u een bieptoon hoort, ON LINE * XMT * 5551234 START (zie opmerking 1) Opmerking: 1.
Documenten verzenden Reserveren voor verzending Terwijl u een document ontvangt of vanuit het geheugen verzendt, kunt u nog het volgende doen. • De volgende verzending in het geheugen reserveren voor 70* verschillende bestanden. (* UF-885: 30 verschillende bestanden) • Verzending met voorrang reserveren.
Documenten verzenden Reserveren voor onmiddellijke verzending (prioritaire verzending) Als u zeer dringend een document moet verzenden, maar er zitten nog heel wat bestanden te wachten in het geheugen, gebruik dan reservering voor onmiddellijke verzending om dat dringende document te versturen. Het wordt dan verzonden zodra de lopende communicatie beëindigd is. U kunt het document wel niet naar meer dan één bestemming faxen.
Documenten verzenden Nummerkeuze herhalen Automatische herhaling Als de lijn bezet is, zal het toestel tot 3 maal toe het nummer opnieuw kiezen met één interval van 3 minuten. Als de lijn echter niet bezet is, kiest het toestel het nummer slechts één maal. Ondertussen verschijnt een bericht op het display, zoals rechts afgebeeld. In de rechter bovenhoek van het display verschijnt een bestandsnummer als het om een verzending vanuit het geheugen gaat. WAIT TO DIAL NO.
Documenten ontvangen Uw toestel beschikt over een automatische en een manuele ontvangstmodus. Een van beide modi selecteren doet u met behulp van faxparameter nr. 17 (RCV MODE). Automatische ontvangst Uw toestel ontvangt automatisch inkomende documenten als faxparameter nr. 17 (RECEIVE MODE) is ingesteld op "Auto" (zie blz. 33).
Documenten ontvangen Verkleind afdrukken Met dit toestel kunt u af drukken op de gebruikelijke schrijfpapierformaten. Soms kan het dan ook gebeuren dat grotere documenten die men naar u faxt, niet op één pagina kunnen worden afgedrukt. Wanneer dat voorkomt, zal het document worden verdeeld over meer dan een pagina. Om dat probleem te verhelpen is dit toestel echter uitgerust met een verkleiningsfunctie. Uit de hieronder beschreven verkleiningsmogelijkheden kunt u de meest aangewezen kiezen. 1.
Documenten ontvangen Te grote documenten ontvangen Als het ontvangen document uitermate lang is (meer dan 39% langer dan het afdrukpapier), zal het over meer dan een pagina worden verdeeld. Bij het afdrukken op meer dan een pagina overlapt de onderste cm van de eerste pagina met de bovenste cm van de volgende. (zie opmerking 1) Verzonden document Ontvangen document Overlappingszone 10mm Het ontvangen document wordt over twee vellen verdeeld met een overlappingszone. Opmerking: 1.
Documenten ontvangen Tijdelijke ontvangst via het geheugen Als tijdens de ontvangst het afdrukpapier of de toner op geraakt of het afdrukpapier vastloopt, begint het toestel het document automatisch te ontvangen in zijn beelddatageheugen. De aldus opgeslagen documenten worden automatisch afgedrukt na vervanging van het tonerpatroon of aanvulling van het papier.
Kopiëren Uw toestel heeft een kopieerfunctie waarmee u één of meer kopieën kunt maken. Het toestel kiest dan automatisch voor een fijne resolutie. 1 ENTER STATION(S) THEN PRESS START 00% Leg het document met de te verzenden zijde naar onder. 2 3 COPY NO. OF COPY=1 COPY Tik het aantal kopieën in. Vb: COPY NO. OF COPY=10 1 0 4 * STORE * NO.005 PAGES=001 01% START Het toestel slaat het document op en drukt vervolgens de kopieën af. * COPY * NO.
BIJZONDERE MOGELIJKHEDEN Gegroepeerde verzending Deze functie stelt u in staat tijd en geld te besparen door verschillende documenten voor dezelfde bestemming(en) te groeperen en samen te verzenden met één telefoonoproep. Gegroepeerde verzending in real-time Bij verzending vanuit het geheugen zoekt uw toestel in het geheugen naar gereserveerde bestanden (tot 4 bestanden) voor verzending naar dezelfde bestemming, groepeert ze en verzendt ze automatisch met één telefoonoproep.
Vooraf geprogrammeerde communicatie U kunt op een vooraf ingesteld tijdstip binnen de volgende 24 uur een document naar een of meer toestellen verzenden. Er kunnen tot 70* ingebouwde timers ingesteld worden voor uitgestelde verzending of uitgestelde polling. (* UF-885 : 30 ingebouwde timers.) Uitgestelde verzending (zie opmerking 1) (zie opmerking 2) (zie opmerking 3) 1 Leg het document met de te verzenden zijde naar onder. 2 FUNCTION 3 1 4 DEFERRED COMM. NO.
Vooraf geprogrammeerde communicatie Uitgestelde opvraging 1 2 3 FUNCTION 2 5 5 DEFERRED POLLING ❚ : START TIME SET Tik het begintijdstip in met behulp van het cijferklavier. (gebruik altijd 4 cijfers en deel het etmaal in 24 uur in) Vb: 4 DEFERRED COMM. (1-2) ENTER NO. OR ∨ ∧ 1 0 3 3 0 (3.30 uur’s nachts) en DEFERRED POLLING PASSWORD=❚❚❚❚ SET Tik een 4-cijferig opvraagwachtwoord in.
Polling (opvraging van documenten) Polling betekent dat u andere faxtoestellen opbelt om er een document op te vragen dat daar klaar ligt. Uw correspondent moet uiteraard vooraf weten dat u gaat opbellen en moet op zijn ADT of in het geheugen een document klaar hebben. Voor meer veiligheid zult u misschien met uw correspondent een opvraagwachtwoord moeten overeenkomen.
Polling (opvraging van documenten) Opvraging door anderen voorbereiden Voordat andere toestellen uw toestel kunnen pollen, moet u eerst een document in uw toestelgeheugen opslaan. Zorg ervoor dat u het opvraagwachtwoord invoert voordat u het document in het geheugen opslaat. Nadat ze zijn opgevraagd, worden de in het toestelgeheugen opgeslagen documenten automatisch gewist. Wilt u de documenten in uw toestelgeheugen behouden, zodat ze meermaals kunnen worden opgevraagd, wijzig dan faxparameter nr.
Polling (opvraging van documenten) Zelf documenten opvragen Dank zij volgende werkwijze kunt u een document opvragen bij een of meer andere toestellen. Zorg ervoor dat het polling-wachtwoord vooraf is ingesteld (zie blz. 66). 1 FUNCTION 2 3 Tik een 4-cijferig polling-wachtwoord in (zie opmerking 2). Vb: POLLING NO.
Programmeertoetsen Uw faxtoestel is uitgerust met speciale programmeertoetsen. Die komen van pas als u vaak moet verzenden naar of opvragen bij dezelfde groep van bestemmingen. U kunt deze toetsen gebruiken om een volgorde van op te vragen bestemmingen of een volgorde voor uitgestelde verzending of opvraging op te slaan, of als bijkomende snelkiestoets of gegroepeerde snelkiestoets.
Programmeertoetsen Instellen voor uitgestelde verzending Een programmeertoets programmeren voor uitgestelde verzending 1 2 3 4 7 FUNCTION 2 Vb: 6 PROGRAM[P ] PRESS PROGRAM KEY PROGRAM[P1] ENTER NAME P1 Geef de «snelkiestoets» een naam (maximum 15 tekens) met behulp van de letter/tekentoetsen (zie blz. 12). 1 FUNCTION PROGRAM[P ] PRESS PROGRAM KEY SET 1 PROGRAM[P1] START TIME SET 2 3 3 0 (11.
Programmeertoetsen Instellen voor uitgestelde polling Een programmeertoets programmeren voor uitgestelde polling 1 2 3 4 FUNCTION 2 7 PROGRAM ENTER NO. OR ∨ ∧ SET PROGRAM[P ] PRESS PROGRAM KEY SET PROGRAM[P1] ENTER NAME P1 Vb: Geef de «snelkiestoets» een naam (maximum 15 tekens) met behulp van de letter/tekentoetsen (zie blz. 12). Vb: PROG.A en 5 3 FUNCTION 1 NAME PROGRAM[P ] PRESS FUNCTION KEY SET 2 PROGRAM[P1] START TIME SET 6 7 Tik het begintijdstip in.
Programmeertoetsen Instellen voor normale polling Een programmeertoets programmeren voor normale polling 1 2 3 4 FUNCTION 2 7 6 SET PROGRAM[P1] ENTER NAME P1 Vb: Geef de «snelkiestoets» een naam (maximum 15 tekens) met behulp van de letter/tekentoetsen (zie blz. 12). FUNCTION PROGRAM[P ] PRESS FUNCTION KEY POLLING PASSWORD=❚❚❚❚ 3 Tik een 4-cijferig polling-wachtwoord in.
Programmeertoetsen Als snelkiestoetsen programmeren Een programmatoets instellen als een-druktoets. 1 FUNCTION 7 3 SET PROGRAM (1-4) ENTER NO. OR ∨ ∧ 5 2 3 PROGRAM[P ] PRESS PROGRAM KEY SET 3 Vb: 4 Geef de «snelkiestoets» een naam (maximum 15 tekens) met behulp van de letter/tekentoetsen (zie blz. 12). Vb: PROG.A en 5 PROGRAM[P1] ENTER NAME P1 [P1] PROG.A ENTER TEL. NO. SET Tik een telefoonnummer in (maximaal 36 cijfers met inbegrip van pauzes en spaties).
Programmeertoetsen Instellingen van programmeertoetsen wijzigen of wissen Om de instellingen van een programmeertoets te wijzigen volgt u de werkwijze voor het instellen van programmeertoetsen op blz. 69 - 73.
Werken met bestanden Uw toestel heeft een beeldgeheugen voor documenten, waarmee u verzending vanuit dat geheugen kunt reserveren, documenten met uitstel kunt verzenden, opvragen met behulp van het geheugen enz. Na het reserveren van de communicatie in het geheugen kan het zijn dat u de instellingen ervoor moet wijzigen terwijl ze zich nog in het geheugen bevindt. In dit hoofdstukje wordt beschreven hoe u bestanden kunt wijzigen.
Werken met bestanden De inhoud van een bestandenlijst bekijken Volg onderstaande stappen om de inhoud van een bestandslijst te bekijken op het display zonder de lijst af te drukken. 1 2 3 4 FUNCTION EDIT FILE MODE (1-6) ENTER NO. OR ∨ ∧ 9 1:FILE LIST? PRESS SET TO SELECT 1 SET FILE LIST 1:PRINT 2:VIEW USE THE ∨ ∧ KEYS TO SCROLL EACH FILE 2 5 Druk herhaaldelijk op of tot op het display het bestand - verschijnt dat u wilt bekijken.
Werken met bestanden Begintijdstip of bestemming van een bestand wijzigen Ga als volgt te werk om het begintijdstip en/of de bestemming(en) in een communicatiebestand te wijzigen. 1 FUNCTION EDIT FILE MODE (1-6) ENTER NO. OR ∨ ∧ 9 5 2 3 2 Voer het bestandsnummer in of gebruik bestand te selecteren dat u wilt wijzigen. Vb: 4 5 6 ENTER FILE NO.OR ∨ ∧ FILE NO.=❚❚❚ SET of om het 0 0 1 SET ENTER FILE NO.OR ∨ ∧ FILE NO.
Werken met bestanden 7 Wis het telefoonnummer (de telefoonnummers), druk op of tot het gewenste nummer verschijnt. Druk dan op CLEAR . ENTER STATION(S) THEN PRESS START of Voer het telefoonnummer in dat u wilt toevoegen. Vb: 01 SET 8 1 STN(S) ARE SET ADD MORE OR START START (zie opmerking 1) (zie opmerking 2) (zie opmerking 3) Opmerking: 1. Uw toestel kan de starttijd en/of nummers in het bestand niet wijzigen tijdens de verzending of terwijl het aan het wachten is om opnieuw te kiezen. 2.
Werken met bestanden Bestanden wissen Ga als volgt te werk om een bestand uit het geheugen te wissen. 1 FUNCTION EDIT FILE MODE (1-6) ENTER NO. OR ∨ ∧ 9 5 2 3 3 Voer het bestandsnummer in of gebruik bestand te selecteren dat u wilt wissen. Vb: 4 ENTER FILE NO.OR ∨ ∧ FILE NO.=❚❚❚ SET of om het ENTER FILE NO.OR ∨ ∧ FILE NO.=001 0 0 1 (zie opmerking 2) SET 5 DELETE FILE 1:YES 2:NO NO.001? * DELETING * FILE NO.
Werken met bestanden Bestanden afdrukken Ga als volgt te werk om de inhoud van het communicatiebestand af te drukken. 1 FUNCTION 2 3 4 4 ENTER FILE NO.OR ∨ ∧ FILE NO.=❚❚❚ SET Voer het bestandsnummer in of gebruik of bestand te selecteren dat u wilt afdrukken. Vb: EDIT FILE MODE (1-6) ENTER NO. OR ∨ ∧ 9 om het 0 0 1 ENTER FILE NO.OR ∨ ∧ FILE NO.=001 SET Uw toestel drukt het bestand af. Het document(en) blijft in het geheugen nadat het bestand is afgedrukt.
Werken met bestanden Documenten toevoegen aan een bestand Ga als volgt te werk om documenten aan een bestand toe te voegen. 1 ENTER STATION(S) THEN PRESS START 00% Leg het document met de te verzenden zijde naar onder. 2 FUNCTION 3 5 Vb: 4 EDIT FILE MODE (1-6) ENTER NO. OR ∨ ∧ 9 ENTER FILE NO.OR ∨ ∧ FILE NO.=❚❚❚ SET Voer het bestandsnummer in of gebruik of bestand te selecteren dat u wilt toevoegen. 5 om het 0 0 1 ENTER FILE NO.OR ∨ ∧ FILE NO.
Werken met bestanden Een onvolledig bestand opnieuw proberen Indien een communicatie vanuit het geheugen niet met succes kon worden afgesloten omdat de lijn bezet was, wordt het opgeslagen document na de laatste herhaling van het telefoonnummer automatisch uit het geheugen gewist. Als u het document ook na het mislukken van de communicatie wil behouden, moet u de instelling van faxparameter nr. 31 (INC.FILE SAVE) op voorhand wijzigen in «actief» (zie blz. 34).
Toegangscode De toegangscode voorkomt dat een onbevoegde gebruik maakt van de fax. Zodra een 4-cijferige toegangscode werd geregistreerd, kan niemand met het faxtoestel werken zonder vooraf de juiste toegangscode te hebben ingetikt. Automatische ontvangst daarentegen is altijd mogelijk. Na uitvoering van een verrichting, zoals instellingen wijzigen of iets verzenden, keert het display terug naar stand-by en moet u opnieuw de toegangscode intikken om het toestel nogmaals te gebruiken.
Toegangscode Gebruik van uw toestel met toegangscode (beperkt toegangsniveau voor alle verrichtingen) 1 Tik de toegangscode in. Vb: 08-MAR-1999 15:00 ACCESS CODE=❚ 1 2 3 4 08-MAR-1999 15:00 ACCESS CODE=❚❚❚❚ 2 SET 08-MAR-1999 15:00 00% U kunt het toestel nu gewoon gebruiken. Gebruik van uw toestel met toegangscode (alleen beperkt toegangsniveau voor faxparameters) U kunt de UF-885/895 instellen zodat enkel het toegangsniveau voor het invoeren en afdrukken van de faxparameters wordt beperkt.
Ontvangst in het geheugen Deze mogelijkheid wordt om alle ontvangen documenten te beveiligen door ze in het geheugen op te slaan. Om de documenten vanuit het geheugen af te drukken, moet men eerst het correcte wachtwoord kunnen intikken. Het wachtwoord voor geheugenontvangst vastleggen 1 FUNCTION 2 4 SET 3 3 7 4 5 SET MODE (1-6) ENTER NO. OR ∨ ∧ 7 5 FAX PARAMETER(01-99) NO.=❚ SET 37 RCV TO MEMORY ❚❚❚❚ Tik een 4-cijferig wachtwoord voor geheugenontvangst in.
Ontvangst in het geheugen Documenten afdrukken Na het ontvangen van een document via de functie geheugenontvangst, verschijnt volgende boodschap op het display. MESSAGE IN MEMORY < RCV TO MEMORY > Om het document af te drukken gaat u als volgt te werk. 1 FUNCTION 8 SELECT MODE (1-5) ENTER NO. OR ∨ ∧ 2 5 3 3 RCV TO MEMORY=PRINT 1:OFF 2:ON 3:PRINT SET INPUT PASSWORD 4 5 SET RCV TO MEMORY=ON 1:OFF 2:ON 3:PRINT ❚❚❚❚ Tik het wachtwoord in om de documenten af te drukken (zie opmerking 1).
Faxvoorblad Algemene beschrijving Aan uw te verzenden documenten kan automatisch een faxvoorblad toegevoegd worden waarop de naam van de ontvanger, de naam van de afzender en het aantal aangehechte pagina’s vermeld worden. Verzonden als: Pagina 1 Ontvangen als: Pagina 2 Hoofding P.01 Hoofding P.02 Pagina 1 Pagina 2 Faxvoorblad 5 Totaal P.
Faxvoorblad Voorbeeld van een faxvoorblad ***** FACSIMILE COVER SHEET ***** (1) 08-MAR-1999 15:00 (2) Message To: SALES DEPT. (3) Message From: PANASONIC 201 555 1212 (4) 02 Page(s) Following This Cover Page Verklaring van de inhoud (1) Starttijd communicatie (2) Opgeslagen naam in snelkiesnummer, verkort kiesnummer of gekozen telefoonnummer. (3) Uw LOGO (max. 25 lettertekens) en ID-nummer (max. 20 cijfers). (4) Het aantal volgende pagina’s.
De faxdoorzendfunctie De faxdoorzendfunctie instellen Met behulp van deze functie kunnen alle inkomende faxdocumenten doorgezonden worden naar het toestel dat geregistreerd staat in het snelkiesnummer of verkort kiesnummer. Zodra de faxen in het geheugen ontvangen worden, zal het toestel de faxdocumenten doorzenden naar het in het snelkiesnummer of verkorte kiesnummer opgeslagen telefoonnummer. Deze functie is vooral nuttig als u faxdocumenten elders wenst te ontvangen (bv.
Bestandsverzending Met behulp van deze functie kan uw toestel één of meer documenten opslaan in een speciaal bestand voor herhaaldelijke verzending naar verscheidene toestellen. De documenten in dit bestand blijven bewaard tot ze gewist worden. Eén of meer documenten opslaan Om één of meer documenten op te slaan gaat u als volgt te werk. 1 ENTER STATION(S) THEN PRESS START 00% Leg het document met de te verzenden zijde naar onder. 2 FUNCTION 3 2 3 SET 1 4 FILE XMT MODE (1-4) ENTER NO.
Bestandsverzending De opgeslagen documenten verzenden Om de opgeslagen documenten te verzenden gaat u als volgt te werk. 1 FUNCTION 2 3 SET FILE XMT MODE (1-4) ENTER NO.
Bestandsverzending De opgeslagen documenten wissen Om de opgeslagen documenten te wissen gaat u als volgt te werk. 1 2 3 92 FUNCTION 2 3 SET FILE XMT MODE (1-4) ENTER NO.
Bestandsverzending De opgeslagen documenten afdrukken Om de opgeslagen documenten af te drukken gaat u als volgt te werk. 1 FUNCTION 2 3 SET FILE XMT MODE (1-4) ENTER NO. OR ∨ ∧ 5 2 3 4 SET 4:PRINT FILE? PRESS SET TO SELECT * PRINTING * FILE XMT DOC Uw toestel drukt het bestand af. De documenten blijven in het geheugen, zelfs nadat het bestand afgedrukt werd.
Afdelingscode Algemene beschrijving Voor deze functie moet de gebruiker vóór de verzending vooraf een afdelingscode van 4 cijfers invoeren. De afdelingsnaam van de gekozen afdelingscode wordt afgedrukt in de koptekst van elke verstuurde pagina, op het titelblad, op het verzendingsverslag en op het afzonderlijk overseiningsrapport. Zodra de afdelingscode werd ingesteld, wordt de afdruk van het transactieverslag geordend volgens het nummer van de afdelingscode (01-24).
Afdelingscode 7 Voer uw afdelingsnaam in (max. 25 tekens en cijfers) met de tekentoetsen. (zie pagina 12) Vb: LOGO/DEPT. NAME 12 PANASONIC SALES❚ P A N A S O N I C SPACE S A L E S (Zie Opmerking 1) 5 8 9 SET INPUT DEPT. CODE ❚❚❚❚ Voer een afdelingscode in (4 cijfers). Vb: 10 INPUT DEPT. CODE 1234 1 2 3 4 SET LOGO/DEPT. NAME 13 ❚ Herhaal stappen 6 tot 10 als u nog een afdelingscode wilt invoeren. Druk op STOP om naar stand-by terug te keren. (zie opmerking 1) (zie opmerking 2) Opmerking: 1.
Afdelingscode Afdelingscode wijzigen of wissen Volg onderstaande werkwijze als u een afdelingscode moet wijzigen of wissen. 1 2 3 4 5 6 4 INPUT ACCESS CODE ❚❚❚❚ SET Als u de toegang tot de faxparameters beperkt met de toegangscode, zal het toestel u vragen om de toegangscode in te voeren. Voer de toegangscode in en druk op SET . 7 7 SET SET FAX PARAMETER(01-99) NO.=❚ 77 LOGO/DEPT. CODE 3:DEPT. CODE DEPT. CODE (01-24) ENTER NO.
Afdelingscode 7 CLEAR LOGO/DEPT. NAME 12 ❚ Voer daarna een nieuw LOGO in. (Zie Opmerking 1 en 2) Vb: P A N A F A X SPACE S A L E S of ga naar stap 10 en wis de afdelingscode. 8 9 LOGO/DEPT. NAME 12 PANAFAX SALES❚ SET INPUT DEPT. CODE 1234 CLEAR INPUT DEPT. CODE 5678 5 Voer daarna een nieuwe afdelingscode in. Vb: 10 5 6 7 8 SET LOGO/DEPT. NAME 13 ❚ Herhaal stappen 6 tot 10 als u nog een afdelingscode wilt wijzigen of wissen. Druk op STOP om naar stand-by terug te keren.
Afdelingscode Document met afdelingscode versturen 1 ENTER STATION(S) THEN PRESS START 00% Leg het document met de te verzenden zijde naar onder. 2 Kies op één van de volgende manieren: • ÉÉN-DRUK-toetsen • verkorte nummers • manueel kiezen. Druk op SET na elk ingevoerd telefoonnummer (UF-895: max. 70 bestemmingen, UF-885: max. 32 bestemmingen) • zoeken faxnummerbestand. Druk op SET na elk ingevoerd telefoonnummer (meer informatie op pagina’s 44 tot 47).
Afdelingscode Document met afdelingscode verzenden (manueel verzenden) 1 ENTER STATION(S) THEN PRESS START 00% Leg het document met de te verzenden zijde naar onder. 5 2 Neem de optionele hoorn van het faxtoestel of van de externe telefoon op en druk op MONITOR . INPUT DEPT. CODE ❚❚❚❚ Vb: Druk op MONITOR 3 4 5 6 Voer een afdelingscode in (4 cijfers). Vb: 1 2 3 4 SET * MONITOR * ❚ Vorm het telefoonnummer vanop het cijferklavier. Vb: INPUT DEPT.
Afdelingscode Lijst met afdelingscodes afdrukken U kunt de lijst met afdelingscodes afdrukken zoals deze geprogrammeerd staan in de lijst met faxinstellingen. 1 2 4 PRINT OUT (1-7) ENTER NO. OR ∨ ∧ 6 FUNCTION * PRINTING * FAX PARAMETER LIST SET Voorbeeld lijst met afdelingscodes (worden afgedrukt zoals deze geprogrammeerd staan in de lijst met faxinstellingen) *************** -FAX PARAMETER LIST- ************** DATE 08-MAR-1999 ***** TIME 15:00 *** P.
Afdelingscode Activiteitsverslag afdelingscode afdrukken Zodra de afdelingscode werd ingesteld, wordt de afdruk van het transactieverslag geordend volgens het nummer van de afdelingscode. De volledige inhoud van het activiteitenverslag wordt automatisch gewist nadat het werd gedrukt. 1 PRINT OUT (1-7) ENTER NO.
Afdelingscode Voorbeeld activiteitsverslag afdelingscode / ontvangen oproepen *************** -JOURNAL- ************************* DATE 08-MAR-1999 ***** TIME 15:00 *** P.02 RECEIVED CALLS 06-MAR TO 08-MAR (1) (2) TOTAL PAGES = 000011 NO.
Multiple LOGO’s Algemene beschrijving Met deze functie kan de gebruiker vóór de verzending één van de 25 vooraf ingestelde LOGO’s kiezen. Het gekozen LOGO wordt afgedrukt in de koptekst van elke verstuurde pagina, op het titelblad, op het verzendingsverslag en op het afzonderlijk overseiningsrapport. Multiple LOGO’s instellen (zie opmerking 1) 1 2 4 SET 3 7 7 4 2 5 SET MODE (1-6) ENTER NO. OR ∨ ∧ 7 FUNCTION FAX PARAMETER(01-99) NO.=❚ SET MULTI-LOGO (01-24) ENTER NO.
Multiple LOGO’s Multiple LOGO’s wijzigen of wissen Volg deze procedure als u een van de Multiple LOGO’s moet wijzigen of wissen. 1 2 4 SET 3 7 7 4 5 6 SET MODE (1-6) ENTER NO. OR ∨ ∧ 7 FUNCTION FAX PARAMETER(01-99) NO.=❚ 77 LOGO/DEPT. CODE 2:MULTI-LOGO SET SET MULTI-LOGO (01-24) ENTER NO. OR ∨ ∧ Voer het LOGO-nummer in dat u wilt wijzigen of wissen. Vb: LOGO/DEPT. NAME 12 PANASONIC SALES 1 2 (01-24) CLEAR LOGO/DEPT. NAME 12 Voer daarna het nieuwe LOGO in (zie Opmerking 1 en 2).
Multiple LOGO’s Document met Multiple LOGO’s versturen 1 ENTER STATION(S) THEN PRESS START 00% Leg het document met de te verzenden zijde naar onder. 2 5 Kies op één van de volgende manieren: • ÉÉN-DRUK-toetsen • verkorte nummers • manueel kiezen. Druk op SET na elk ingevoerd telefoonnummer (UF-895: max. 70 bestemmingen, UF-885: max. 32 bestemmingen) • zoeken faxnummerbestand. Druk op SET na elk ingevoerd telefoonnummer (meer informatie op pagina’s 44 tot 47).
Multiple LOGO’s Lijst met Multiple LOGO’s afdrukken U kunt de lijst met Multiple LOGO’s afdrukken zoals deze geprogrammeerd staan in de lijst met faxinstellingen. 1 2 4 PRINT OUT (1-7) ENTER NO. OR ∨ ∧ 6 FUNCTION * PRINTING * FAX PARAMETER LIST SET Voorbeeld lijst Multiple LOGO’s (worden afgedrukt zoals deze geprogrammeerd staan in de lijst met faxinstellingen) *************** -FAX PARAMETER LIST- ************** DATE 08-MAR-1999 ***** TIME 15:00 *** P.
MOGELIJKHEDEN IN EEN NETWERK Selectieve ontvangst Uw toestel is uitgerust met een bijzondere functie, nl. selectieve ontvangst. Die kan beletten dat u overbodige documenten ontvangt, zoals reclameboodschappen, mailings enz. Voor u het document ontvangt worden de 4 laatste cijfers van het ID-nummer dat het toestel van uw correspondent uitstuurt, vergeleken met de 4 laatste cijfers van de telefoonnummers die onder snelkiesnummers en verkorte nummers geprogrammeerd zijn.
Communicatie via wachtwoord Algemene beschrijving Wachtwoordcommunicatie, zoals wachtwoordverzending en wachtwoordontvangst, voorkomt dat uw toestel een fax stuurt naar een verkeerde bestemming of een fax ontvangt van correspondenten van wie u niets hoeft te ontvangen. U kunt wachtwoordverzending en -ontvangst onafhankelijk van elkaar instellen of samen. Voor wachtwoordverzending moet u vooraf een 4-cijferig verzendingswachtwoord instellen.
Communicatie via wachtwoord Verzending met wachtwoord instellen Om het verzendingswachtwoord en de parameter in te stellen: 1 2 4 SET 3 4 3 4 5 SET MODE (1-6) ENTER NO. OR ∨ ∧ 7 FUNCTION FAX PARAMETER(01-99) NO.=❚ 6 43 PASSWORD-XMT SET ❚❚❚❚ Tik een 4-cijferig verzendingswachtwoord in.
Communicatie via wachtwoord Ontvangst met wachtwoord instellen Om het ontvangstwachtwoord en de parameter in te stellen: 1 2 4 SET 3 4 4 4 SET MODE (1-6) ENTER NO. OR ∨ ∧ 7 FUNCTION FAX PARAMETER(01-99) NO.=❚ 44 PASSWORD-RCV SET ❚❚❚❚ Tik een 4-cijferig ontvangstwachtwoord in.
Communicatie via wachtwoord Verzending met wachtwoord gebruiken Om met wachtwoordverzending te werken kunt u PASSWORD-XMT voor elke verzending aan of uit zetten; dat gaat als volgt: 1 2 Leg het document met de te verzenden zijde naar onder. FUNCTION 3 4 4 1 8 SET ENTER STATION(S) THEN PRESS START 00% SELECT MODE (1-5) ENTER NO.
Communicatie via wachtwoord 7 START Als het verzendingswachtwoord van uw toestel overeenstemt met het verzendingswachtwoord van het andere toestel, begint uw toestel het document te verzenden. Zodra de verzending afgelopen is, keert PASSWORD-XMT terug naar zijn standaardinstelling (uit of aan). Ontvangst met wachtwoord gebruiken Zodra u de werkwijze voor het instellen van de parameter (zie vorige blz.) hebt gevolgd, hoeft u verder niets meer te doen.
Vertrouwelijke mailbox en vertrouwelijke netwerkcommunicatie Uw toestel is uitgerust met twee functies voor vertrouwelijke communicatie, die ervoor zorgen dat de vertrouwelijke informatie die u verzendt alleen wordt ontvangen door de persoon met de juiste vertrouwelijke code.
Vertrouwelijke mailbox en vertrouwelijke netwerkcommunicatie Een vertrouwelijk document verzenden naar de mailbox van een ander toestel 1 ENTER STATION(S) THEN PRESS START 00% Leg het document met de te verzenden zijde naar onder. 2 FUNCTION 3 4 1 2 SET SET CONF. COMM. (1-5) ENTER NO. OR ∨ ∧ CONFIDENTIAL XMT CONF.CODE=❚❚❚❚ Tik een 4-cijferige vertrouwelijke code in. Vb: 5 6 2 2 2 3 3 SET CONFIDENTIAL XMT CONF.
Vertrouwelijke mailbox en vertrouwelijke netwerkcommunicatie Een vertrouwelijk document opvragen vanuit de mailbox van een ander toestel Nadat u aan de weet bent gekomen dat iemand een vertrouwelijk document heeft verzonden naar de mailbox van een ander toestel, kunt u dat vertrouwelijk document als volgt opvragen. 1 FUNCTION 2 3 2 2 SET SET CONF. COMM. (1-5) ENTER NO. OR ∨ ∧ CONFIDENTIAL POLL CONF.CODE=❚❚❚❚ 6 Tik een 4-cijferige vertrouwelijke code in.
Vertrouwelijke mailbox en vertrouwelijke netwerkcommunicatie Een vertrouwelijk document ontvangen in de mailbox van uw toestel U hoeft hiervoor niets speciaals te doen: bij levering van uw faxtoestel is deze functie gebruiksklaar. Uw toestel ontvangt een vertrouwelijke fax overigens op dezelfde manier als een normale faxboodschap. Bij ontvangst van een vertrouwelijke fax verschijnt op het display de volgende boodschap (CONF. RCV REPORT) en wordt een verslag van vertrouwelijke ontvangst afgedrukt.
Vertrouwelijke mailbox en vertrouwelijke netwerkcommunicatie Een vertrouwelijk document opslaan in de mailbox van uw toestel Ga als volgt te werk om een document op te slaan in een vertrouwelijk mailbox van uw toestel. Zodra het vertrouwelijke document daar is opgeborgen, kan het worden opgevraagd door een ander toestel. 1 ENTER STATION(S) THEN PRESS START 00% Leg het document met de te verzenden zijde naar onder. 6 2 FUNCTION 3 4 3 2 2 SET SET CONF. COMM. (1-5) ENTER NO.
Vertrouwelijke mailbox en vertrouwelijke netwerkcommunicatie Een vertrouwelijk document uit de mailbox van uw toestel afdrukken Nadat u aan de weet bent gekomen dat iemand een vertrouwelijk document heeft gestuurd naar de mailbox van uw toestel, gaat u als volgt te werk om het vertrouwelijk document af te drukken. 1 FUNCTION 2 3 4 2 2 SET SET Tik de vertrouwelijke code in van het document dat u wil afdrukken. Vb: 4 CONF. COMM. (1-5) ENTER NO. OR ∨ ∧ PRINT CONF. FILE CONF.CODE=❚❚❚❚ PRINT CONF.
Vertrouwelijke mailbox en vertrouwelijke netwerkcommunicatie Een in de mailbox van uw toestel opgeslagen vertrouwelijk document wissen Als het geheugen van uw toestel vol geraakt of als u gewoon wat wil opruimen in uw vertrouwelijke documenten, dan kunt u een of meer vertrouwelijke faxen uit het geheugen wissen door als volgt te werk te gaan. Er zijn twee manieren om vertrouwelijke bestanden te wissen: wissen m.b.v. de vertrouwelijke code of alle vertrouwelijke bestanden in een keer uit het geheugen wissen.
Vertrouwelijke mailbox en vertrouwelijke netwerkcommunicatie Vertrouwelijke netwerkcommunicatie (via centrale) Voor vertrouwelijke netwerkcommunicatie is een «centraal toestel» nodig, b.v. een UF-650, om te communiceren met andere Panafaxmodellen die dezelfde mogelijkheden inzake vertrouwelijke communicatie hebben. Eerst stuurt het toestel van herkomst een vertrouwelijk document naar de centrale, samen met een vertrouwelijke code.
Vertrouwelijke mailbox en vertrouwelijke netwerkcommunicatie Compatibiliteit met andere toestellen Tabel 1 toont u waar uw toestel inzake compatibiliteitsvereisten inpasbaar is binnen vertrouwelijke netwerken met verschillende soorten toestellen. U leest er ook uit af of er al dan niet bijzondere instellingen nodig zijn.
Vertrouwelijke mailbox en vertrouwelijke netwerkcommunicatie De faxparameter instellen voor vertrouwelijke netwerkcommunicatie: 1 122 SET MODE (1-6) ENTER NO. OR ∨ ∧ 7 FUNCTION 2 4 SET 3 4 1 4 2 5 SET FAX PARAMETER(01-99) NO.=❚ SET 41 CONF. FAX PARA. 1:INVALID 41 CONF. FAX PARA.
Vertrouwelijke mailbox en vertrouwelijke netwerkcommunicatie Uw eigen telefoonnummer en netwerkwachtwoord opgeven: 1 2 3 FUNCTION 5 7 SET Tik uw telefoonnummer in (max. 36 cijfers) Vb: SET MODE (1-6) ENTER NO. OR ∨ ∧ OWN TELEPHONE NO. ❚ 6 OWN TELEPHONE NO. 1 212 111 1234❚ 1 SPACE 2 1 2 SPACE 1 1 1 SPACE 1 2 3 4 4 5 6 7 SET NETWORK PASSWORD ❚❚❚❚ Tik een 4-cijferig wachtwoord in.
Gerelayeerde verzending Algemene beschrijving Gerelayeerde verzending is een functie waarmee u tijd en verzendingskosten kunt uitsparen als u hetzelfde document tegelijk naar verschillende G3-faxtoestellen moet sturen. Dit is vooral het geval voor verzendingen in internationaal telefoonverkeer. Om gerelayeerde verzending te kunnen gebruiken, moet u deel uitmaken van een "relais-netwerk", opgebouwd rond een "relais-toestel". M.a.w.
Gerelayeerde verzending Relais-netwerk Een relais-netwerk is in wezen een groep faxtoestellen die geprogrammeerd zijn om met elkaar te communiceren via een relais-toestel. In dit geval betekent «geprogrammeerd» dat in het geheugen van elk toestel bepaalde nummers opgeslagen zijn. Die nummers, ook parameters genoemd, zijn nodig om de toestellen binnen het netwerk te benoemen.
Gerelayeerde verzending Tabel 2, 3 en 4 zijn voorbeeld-instellingen voor een fictief netwerk. Tabel 2 : Voorbeeldtabel met parameters en verkorte nummers voor New York Telefoonnummer Netwerk-adres: Relais-adres Snelkiestoets /verkort nr.
Gerelayeerde verzending Gerelayeerde verzending Uw toestel instellen voor gerelayeerde verzending Om uw toestel in te stellen voor gerelayeerde verzending moet u te werk gaan zoals uiteengezet op de hierna volgende bladzijden om de onderstaande parameters in te stellen. Sommige parameters (bv. faxparameter nr. 40 (RELAY XMT REQUEST) worden slechts één keer ingesteld, andere moeten telkens opnieuw worden ingesteld voor elk toestel binnen het relais-netwerk. 1.
Gerelayeerde verzending De parameter voor gerelayeerde verzending instellen 1 SET MODE (1-6) ENTER NO. OR ∨ ∧ 7 FUNCTION 2 4 SET 3 4 0 4 2 5 SET FAX PARAMETER(01-99) NO.=❚ SET 40 RELAY XMT REQUEST 1:INVALID 40 RELAY XMT REQUEST 2:VALID STOP Uw eigen telefoonnummer, netwerkadres en netwerkwachtwoord opgeven; 1 2 3 FUNCTION 5 7 SET SET MODE (1-6) ENTER NO. OR ∨ ∧ OWN TELEPHONE NO. ❚ Tik het volledige telefoonnummer van uw toestel (max. 36 cijfers) in.
Gerelayeerde verzending 5 6 Tik uw 4-cijferig netwerk-wachtwoord in. 7 Tik uw 4-cijferig netwerk-adres in. 8 Vb: 9 9 9 9 SET Vb: NETWORK PASSWORD 9999 OWN NETWORK ADDRESS ❚❚❚❚ 1 0 0 0 SET OWN NETWORK ADDRESS 1000 6 STOP Een snelkiesnummer/verkort nummer, relais-toestelparameter (ja/nee), relais-adres, netwerkadres en parameter voor verzending naar één eindbestemming (relais/rechtstreeks) instellen; 1 FUNCTION 2 2 3 1 4 5 Vb: 7 SET SET MODE (1-6) ENTER NO.
Gerelayeerde verzending 7 8 9 Tik de naam van de bestemming in. Vb: 12 13 14 CAPS t o c k h o l m <01> RELAY STN? 1:YES 2:NO 2 op 1 . Zoniet, druk op 2 . 2 Tik een 2-cijferig relais-adres in waarmee wordt aangeduid welk relais-toestel uw toestel zal gebruiken.
Gerelayeerde verzending Gerelayeerd verzenden van een document Zodra u alle vereiste parameters in uw toestel hebt geprogrammeerd overeenkomstig het relais-netwerk waartoe u behoort, kunt u een document automatisch verzenden naar één of meer G3-faxtoestellen via het relais-toestel met behulp van de hierna beschreven werkwijze. Daartoe moeten alle benodigde parameters van het relaisnetwerk ingesteld zijn. 1 ENTER STATION(S) THEN PRESS START 00% 6 Leg het document met de te verzenden zijde naar onder.
Gerelayeerde verzending Afdrukken en verslagen Wanneer u gerelayeerde verzending gebruikt, zal uw toestel twee verslagen afdrukken: zo krijgt u meer controle en weet u wat er met uw faxen is gebeurd. 1. Gewoon verzendingsverslag Zodra uw toestel het document heeft verzonden naar het relais-toestel, drukt het een communicatieverslag af indien faxparameter nr. 12 (COMM. JOURNAL) is ingesteld op "2: altijd": zo weet u of de verzending gelukt is of niet. 2.
Gerelayeerde verzending Voorbeeld van eindverslag (1) 08-MAR-1999 12:10 FROM LONDON TO NEW YORK P.001/001 ******-RESULT REPORT- ************************** DATE 08-MAR-1999 ***** TIME 12:10 ***** P.1 (2) MODE = RELAYED TRANSMISSION (3) (6) (7) REQUEST REC'V TIME=08-MAR 11:40 START=08-MAR 12:00 END=08-MAR 12:10 NUMBER OF PAGE(S) = 01 (4) FILE NO. = 045 (5) 6 **** REQUESTING STATION ** (8) - NEW YORK TELEPHONE NUMBER = 212 111 1234 NETWORK ADDRESS = 1000 (9) NO.
Sub-addressing Algemene beschrijving Aan de hand van de subadresseringsfunctie kunt u documenten verder doorzenden of relayeren naar de gewenste correspondent(en), als deze functie gebruikt wordt in combinatie met de netwerkversie van HydraFax/ LaserFAX software. Deze functie is conform de ITU-TS richtlijn inzake T. Routing-Facsimile Routing aan de hand van een subadres. Voorbeeld van een netwerk Documenten met SUB Vb. Kies 2013331234 SUB=004 Nevennetwerk PSTN netwerk Telefoonlijn PBX Tel No.
Sub-addressing Om het subadres in te stellen in de snelkiesnummers of in de verkorte kiesnummers 1 FUNCTION 2 1 Kies 7 2 SET 1:ONE-TOUCH 2:ABBR NO. voor een "snelkiesnummer". 6 of 2 Kies 3 4 Vb: 1 Vb: 01 voor een "verkort nummer". ONE-TOUCH< > PRESS ONE-TCH OR ∨ ∧ <01> ENTER TEL. NO. Voer het telefoonnummer in, druk op FLASH en voer het subadres in (max. 20 cijfers). (max. 36 cijfers met inbegrip van het telefoonnummer, de pauzes, de spaties, FLASH en subadressen).
Sub-addressing Om een document met een subadres te verzenden Met behulp van snelkiesnummers of verkorte kiesnummers De verrichting is identiek aan die voor normaal kiezen. 1 Leg het document met de te verzenden zijde naar onder. 2 3 Vb: ENTER STATION(S) THEN PRESS START 00% <01> (Station name) 5551234s2762 01 * STORE * NO.
VERSLAGEN EN LIJSTEN AFDRUKKEN Verslagen en lijsten Als hulp bij het bijhouden van gegevens over verstuurde en ontvangen documenten en over bewaarde telefoonnummers, kan uw faxtoestel de volgende rapporten en lijsten afdrukken: transactieverslag, individueel verzendingsverslag, communicatieverslag, lijst met snelkiesnummers/verkorte nummers/indexnummers, programmalijst, lijst met faxparameters, indexblad en bestandenlijst.
Verslagen en lijsten Individueel verzendingsverslag (IND.XMT JOURNAL) Een individueel verzendingsverslag bevat gegevens over de laatste verzending. 1 2 3 138 FUNCTION 6 SET 6 PRINT OUT (1-7) ENTER NO. OR ∨ ∧ 6:IND. XMT JOURNAL? PRESS SET TO PRINT * PRINTING * IND.
Verslagen en lijsten Voorbeeldverslag (1) (2) ***************** -JOURNAL- ************************* DATE 08-MAR-1999 ***** TIME 15:00 ******** (3) NO. 01 (4) COMM B-OK (5) PAGES 02 03 04 05 06 07 OK OK 630 STOP OK 408 005/005 002/002 003/003 003 001 000/005 000 001/001 *003 48 49 OK OK 002/002 003/003 (6) FILE (7) DURATION (8) X/R (9) IDENTIFICATION (10) DATE (11) TIME (12) DIAGNOSTIC 00:00:22 XMT SERVICE DEPT.
Verslagen en lijsten Uitleg bij de vermeldingen (1) Datum van de afdruk (2) Tijdstip van de afdruk (3) Nummering (4) Communicatieresultaat : "OK" wijst erop dat de communicatie geslaagd is. "BUSY" wijst erop dat de communicatie mislukt is omwille van een bezette lijn. "STOP" wijst erop dat op STOP werd gedrukt tijdens de communicatie. "B-OK" geeft aan dat de gegroepeerde verzending met succes is voltooid. "M-OK" wijst erop dat de vervangende ontvangst boodschap in het geheugen niet werd afgedrukt.
Verslagen en lijsten Communicatieverslag (COMM.JOURNAL) Het communicatieverslag (COMM.JOURNAL) maakt het u mogelijk na te gaan of de verzending of opvraging al dan niet met succes is verlopen. Bij functie 8-1 (zie blz. 41) kunt u deze afdrukfaciliteit instellen (uit/ing/alleen onv.). Voorbeeld communicatieverslag ************** - COMM. JOURNAL - ***************** DATE 08-MAR-1999 **** TIME 15:00 ********* (1) MODE = MEMORY TRANSMISSION (2) START=08-MAR 14:50 (3) END=08-MAR 15:00 FILE NO.
Verslagen en lijsten Uitleg bij de vermeldingen (1) Aanduiding van de communicatiewijze (2) Begintijdstip van de communicatie (3) Eindtijdstip van de communicatie (4) Bestandnummer : 001-999 (Indien de communicatie in het geheugen werd opgeslagen, wordt een bestandnummer toegekend aan elke communicatie.) (5) Communicatienummer : Volgnummer van de toestellen. (6) Communicatieresultaat : "OK" wijst erop dat de communicatie geslaagd is.
Verslagen en lijsten Lijst met snelkiesnummers/verkorte nummers en index Om een lijst met snelkiesnummers/verkorte nummers en index van opgeslagen telefoonnummers af te drukken: 1 2 3 4 FUNCTION 6 2 SET 1 PRINT OUT (1-7) ENTER NO. OR ∨ ∧ 2:ONE-TCH/ABBR LIST? PRESS SET TO PRINT 7 1:ONE-TOUCH/ABBR NO. 2:DIR. SEARCH * PRINTING * ONE-TOUCH/ABBR LIST voor een lijst met snelkiesnummers/verkorte nummers 2 * PRINTING * DIR.
Verslagen en lijsten Voorbeeld lijst met snelkiesnummers *************** -ONE-TOUCH LIST- ****************** DATE 08-MAR-1999 ***** TIME 12:00 ********* (1) (2) ONE- STATION NAME TOUCH (3) TELEPHONE NO. (5) NETWORK ADRS (6) RELAY STN. (7) RELAY ADRS (8) ONE STN XMT <01> <02> <03> 121 555 1234 222 666 2345 313 333 3456 2000 2001 2002 YES NO NO 20 20 20 DIRECT DIRECT DIRECT SERVICE DEPT. SALES DEPT. ACCOUNTING DEPT NO. OF STATIONS = 03 (4) (zie opmerking 1) OWN TELEPHONE NO.
Verslagen en lijsten Voorbeeld index-zoeklijst *************** -DIR. SEARCH LIST- ***************** DATE 08-MAR-1999 ***** TIME 12:00 ********** (12) (2) STATION NAME (5) NETWORK ADRS 2002 (6) RELAY STN. [A] (1) (3) ABBR NO./ TELEPHONE NO. ONE-TOUCH ACCOUNTING DEPT <03> 313 333 3456 (7) RELAY ADRS 20 (8) ONE STN XMT DIRECT [E] ENG. DEPT. [001] 888 555 1234 3000 YES 30 DIRECT [P] PURCHASE DEPT.
Verslagen en lijsten Programmalijst Om een programmalijst af te drukken met de nummerkeuzeprogramma’s die u vooraf hebt geprogrammeerd onder de programmeertoetsen. 1 2 3 FUNCTION PRINT OUT (1-7) ENTER NO. OR ∨ ∧ 6 3:PROGRAM LIST? PRESS SET TO PRINT 3 SET * PRINTING * PROGRAM LIST Voorbeeld programmalijst *************** -PROGRAM (1) PROGRAM [P1] [P2] [P3] [P8] LIST- ******************** DATE 08-MAR-1999 ***** TIME 12:00 ******* (2) PROGRAM NAME (3) TYPE (4) TIMER (5) ABBR.NOS.
Verslagen en lijsten Lijst met faxparameters Om een lijst met faxparameters af te drukken: 1 FUNCTION 2 PRINT OUT (1-7) ENTER NO. OR ∨ ∧ 6 4:FAX PARA.
Blanco gelaten bladzijde.
PROBLEMEN VERHELPEN Moeilijkheden oplossen Als u met een van de volgende problemen zit Wanneer ? In stand-by Symptoom Het display knippert. Oorzaak / Wat doen? Blz. De batterij is niet geïnstalleerd of de batterij is helemaal leeg. Installeer een nieuwe batterij en stel de klok opnieuw in. 23 Document(en) geraken 1. Controleer of uw document geen nietjes of papierklemmen van de documentlade bevat en of het niet vettig of gescheurd is. af 2.
Moeilijkheden oplossen Wanneer ? Symptoom Verticale lijnen afgedrukt op ontvangen document Wazige afdruk Problemen met afdrukkwaliteit Oorzaak / Wat doen? Blz. Druk een verslag af (b.v. FUNCTION, 6, 1 en SET) en controleer de kwaliteit om na te gaan of het probleem al dan niet bij uw toestel zit. Als de verslagkwaliteit goed is, is uw toestel OK en moet u uw correspondent verwittigen dat het probleem bij hem zit.Is de kwaliteit niet goed, vervang dan het tonerpatroon. 137 1.
Moeilijkheden oplossen Informatiecodes Wanneer er iets ongewoons gebeurt, kan het display één van de onderstaande informatiecodes weergeven. Aan de hand daarvan kunt u het probleem opsporen en verhelpen. Indo. code Betekenis Wat doen ? Blz. 001 Afdrukpapier vastgelopen tijdens aanvoer vanuit 1ste cassette. Verwijder het vastgelopen papier. 154 002 Afdrukpapier vastgelopen tijdens aanvoer vanuit 2de cassette. Verwijder het vastgelopen papier.
Moeilijkheden oplossen Indo. code Betekenis Wat doen ? Blz. 402 Tijdens de oproepfase deed zich een communicatiefout voor. Breng het document opnieuw in en verzend nogmaals -- 403 Polling niet mogelijk bij uw correspondent Vraag of uw correspondent «POLLED» op «ON» wil zetten -- Breng het document opnieuw in en verzend nogmaals -- 404/405 Tijdens de oproepfase deed zich een communicatiefout voor. 406 Verzendingswachtwoord komt niet overeen.
Moeilijkheden oplossen Indo. code Betekenis Wat doen ? Blz. 501/502 Communicatiefout opgetreden bij gebruik van het ingebouwde V.34 modem. Neem contact op met de andere partij. -- 540/541 Communicatiefout deed zich voor tijdens verzending. 542 543/544 1. Breng het document opnieuw in en verzend nogmaals. -- 550 Telefoonverbinding verbroken. 552/553 Communicatiefout deed zich voor tijdens ontvangst 554/555 2. Controleer bij uw correspondent. Controleer bij uw correspondent.
Moeilijkheden oplossen Vastgelopen afdrukpapier Als het afdrukpapier vastloopt in het toestel, verschijnt op het display informatiecode 001, 002, 003, 007 of 008. (zie opmerking 1) Oplossing bij info. code 001, 002, 003, 008 (1) Open het printerdeksel. (2) Verwijder het vastgelopen papier. (3) Schuif de papiercassette uit het toestel. (4) Verwijder het vastgelopen of gekreukt 1 papier en leg opnieuw afdrukpapier in de 2 papiercassette.
Moeilijkheden oplossen Vastgelopen documenten Als een document vastloopt in het toestel, geeft het display informatiecode 030 of 031 weer. Om het probleem te verhelpen: 1 (1) Open de ADT-deur. 1 (2) Verwijder het vastgelopen document.
Moeilijkheden oplossen Reiniging van de optische aftastzone Indien uw correspondent laat weten dat de ontvangen documenten zwart waren of zwarte lijnen bevatten, maak dan eerst eens een kopie op uw toestel ter controle. Als ook die kopie zwart is of zwarte lijnen bevat, is de optische aftastzone allicht vuil. U moet ze dus reinigen. Dat gaat als volgt: 1 Open de ADT-deur. ADT-deur 2 Maak het scanoppervlak voorzichtig schoon met een zacht in ethylalcohol gedrenkt gaas.
Moeilijkheden oplossen Reiniging van de drukrol Als u toner aantreft op de achterkant van het afdrukpapier, is de drukrol in de thermische eenheid allicht vuil. Zo reinigt u de de drukrol (zie opmerking 1) 1 2 FUNCTION 7 6 SET CLEANING CHARTS 1:PRINT 2:CLEAN * PRINTING * CLEANING CHARTS 1 Het toestel drukt 3 reinigingskaarten af. Keer vervolgens terug naar stand-by. 8 HOW TO LOAD THE CLEANING CHARTS 1.
Moeilijkheden oplossen Afstelling van de automatische documenttoevoer (ADT) Als het vaak voorkomt dat de documenttoevoer verkeerd verloopt, kunt u beter de ADT bijstellen. Om de ADT bij te stellen: Til de blauwe drukregelingshendel omhoog en schuif deze in de gewenste positie.
Moeilijkheden oplossen Controlestempel De controlestempel bevat inkt. Wanneer het stempelteken vaag of amper te zien is, moet de stempel vervangen worden of opnieuw van inkt voorzien. Om de stempel te verwijderen: 1 Open de ADT-deur. ADT-deur 8 2 (1) Til het stempelgeheel op en verwijder het. 2 (2) Verwijder de stempel. Vervang de stempel door een nieuwe of vul de stempel 1 achteraan bij met enkele druppeltjes speciale inkt. (zie opmerking 1) Opmerking: 1.
Moeilijkheden oplossen Vervangen van de lithiumbatterij Tijdens de zelftest die wordt uitgevoerd wanneer de stroomschakelaar wordt aangezet, evalueert het toestel de toestand van de back-upbatterij. Als de batterij zwak is of helemaal leeg, verschijnt de volgende boodschap op het display. REPLACE BATTERY INFO. CODE=026 00% Ga voor het vervangen van de batterij als volgt te werk:: 1 (1) Zet de stroomschakelaar in de stand "0" (UIT). 2 3 (2) Open de ADT-deur.
Moeilijkheden oplossen Controle van de telefoonlijn Wanneer u geen kiestoon hoort via de het aan de fax gekoppelde telefoontoestel of wanneer de telefoon niet belt (geen automatische ontvangst): 1 Trek het telefoonsnoer uit de wandcontactdoos van de telefoonmaatschappij. 2 Stop een andere telefoonstekker in dezelfde 3 Controleer of u door de hoorn van dat andere wandcontactdoos. toestel de kiestoon hoort. Als u nog steeds niets hoort, rapporteer dit dan aan de telefoonmaatschappij.
Blanco gelaten bladzijde.
AANHANGSEL Technische gegevens (zie opmerking 1) Compatibiliteit CCITT groep 3 Coderingsschema MH, MR, MMR (Conform de ITU-T/CCITT richtlijnen) Modemtype ITU-T/CCITT V.17, V.33, V.29, V.27 ter en V.21 Modemsnelheid 33600-2400 bps Afmetingen document Max. Min. Dikte document : 280 x 2000 mm (met bijstand van de gebruiker) : 148 x 128 mm Eén vel Meer vellen : 0,06 mm (45 g/m2) tot 0,15 mm (112 g/m2) : 0,06 mm (45 g/m2) tot 0,12 mm (75 g/m2) ADT-capaciteit Ingebouwd, max.
Technische gegevens Nuttige afdrukzone Kwarto : 208 x 271 mm A4 : 202 x 289 mm Legal (US) : 208 x 348 mm Afdrukmarges (Zie opmerking 1) 4 mm 4 mm 4 mm 4 mm Capaciteit afdrukpapier Ong. 250 vellen (papier van 75 g/m2) Geheugencapaciteit voor snelkiesnummers/verkorte nummers 200 bestemmingen (waaronder 32 snelkiestoetsen en 8 programmeertoetsen) Onder elk nummer kan men max. 36 cijfers registreren voor het telefoonnummer (met inbegrip van pauzes en spaties) en max.
Technische gegevens Voeding 180-264 V wisselstroom, 47-63 Hz Stroomverbruik Standby Afmetingen 440 x 450 x 310 mm (zonder uitstekende delen en optionele papiercassette) Gewicht Ong. 16 kg (zonder verbruikbare producten en opties) Werkomgeving Temperatuur : 10 to 35°C Relatieve vochtigheid : 15 to 70% : ong. 1,3 Wh: (sluimermodus: aan) : ong. 10 Wh (Stroombesparingsmodus) : ong. 85 Wh (Stroombesparingsmodus) (kamertemperatuur: 25°C) Verzenden : ong. 23 W Ontvangenn : ong. 460 W Kopiëren : ong.
Technische gegevens voor het afdrukpapier Over het algemeen zal het resultaat met de meeste soorten kopieerpapier uitstekend zijn. Er bestaan vele "grote" en "kleine" merken. Probeer verschillende soorten papier totdat u het beoogde resultaat verkrijgt. In de volgende tabel worden de belangrijkste specificaties samengevat waaraan wit of gekleurd papier dient te voldoen.
Opties en losse onderdelen Gelieve contact op te nemen met uw Panasonic-verdeler om na te gaan wat beschikbaar is. (zie opmerking 1) A. Opties: Bestelnr.
Opties en losse onderdelen B. Onderdelen: Bestelnr.
Opties en losse onderdelen Installatie van de geheugenkaart (flash-geheugenkaart en/of D-RAM-kaart) Voor u met de installatie begint, moet u ervoor zorgen dat zich geen documentbestand in het geheugen bevindt. Ter bevestiging hiervan kunt u een bestandenlijst afdrukken (zie blz. 75). Wanneer de geheugenkaart geïnstalleerd is, initialiseert het toestel het documentgeheugen en gaat de volledige inhoud van het documentgeheugen verloren.
Verklarende woordenlijst Activiteitsverslag De lijst die uw toestel afdrukt met laatste 100* verstuurde en ontvangen transacties. ADT (Automatische documenttoevoer) Het mechanisme waarmee een stapel documentbladzijden pagina voor pagina in de scanner wordt ingebracht. Afdelingscode Voor deze functie moet de gebruiker vóór de verzending vooraf een afdelingscode van 4 cijfers invoeren.
Verklarende woordenlijst Coderingsschema De manier waarop faxtoestellen de gegevens comprimeren. Uw toestel gebruikt de codesystemen Modified Huffman (MH), Modified Read (MR), Modified Modified Read (MMR) en Joint Bi-level Experts Group (JBIG). COMM. JOURNAL Verwijst naar het communicatieverslag, het relais-verzendingsverslag of het vertrouwelijk verzendingsverslag. CONTRAST De aftastgevoeligheid (licht of donker) van uw originele te verzenden pagina’s.
Verklarende woordenlijst HALFTONE Een scanningtechniek die grijswaarden tussen zwart en wit onderscheidt. Uw toestel kan bij deze techniek maximum 64 grijswaarden onderscheiden. ID Een programmeerbaar «adres» van maximum 20 cijfers waarmee uw toestel wordt aangeduid. Indexblad Een lijst met de namen van de bestemmingen die in uw toestel geprogrammeerd zijn. Individueel verzendingsverslag Verslag dat door het verzendtoestel wordt afgedrukt en waarin gegevens staan over de laatste documentverrichting.
Verklarende woordenlijst Nummervorming met telefoongedeelte Rechtstreekse vorming van telefoonnummers vanop het telefoongedeelte, nadat men de hoorn heeft afgehaakt. Ontvangstwachtwoord 4-cijferig wachtwoord dat wordt gecontroleerd alvorens een document wordt «binnengelaten». Opgeslagen documenten Documenten die werden ingelezen en zich nu in het geheugen van uw toestel bevinden. Oproepfase Uitwisseling van een aantal controlesignalen tussen zender en ontvanger.
Verklarende woordenlijst Selectieve ontvangst Functie die zo kan worden ingesteld dat het toestel alleen kan ontvangen van de toestellen die in de nummerkiezer zijn geprogrammeerd. Sluimermodus Toestand van minimaal stroomverbruik waarin het toestel schakelt na de ingestelde tijdsduur zonder te worden uitgeschakeld.
Verklarende woordenlijst Verkort nummer Mogelijkheid om volledige telefoonnummers in de nummerkiezer op te slaan zodat men het later met een minimum aan toetsaanslagen snel opnieuw kan vormen. Vertrouwelijk verzendingsverslag Het verslag dat u informatie geeft over de verzending van een vertrouwelijk document naar een relais-toestel.
Blanco gelaten bladzijde.
INDEX A H Activiteitsverslag ................................................137 ADT-capaciteit ...................................................163 Afdelingscode ......................................................94 Afdruk Hoofding ...................................................33 Afdrukcollationering .............................................61 Afdrukmarges.....................................................164 Afmetingen .........................................................
S Selectieve ontvangst ......................................... 107 Snelkiesnummers................................................ 27 Stroomverbruik.................................................. 165 Subadres........................................................... 134 Subadreswachtwoord.......................................... 35 T Te grote documenten ontvangen ........................ 60 Technische gegevens afdrukpapier .................. 166 Toegangscodes.........................................
Fax-Stationsverzeichnis Name Rufnummer
Telefaxtoestel UF-885/895 Gebruiksaanwijzing Telefaxtoestel UF-885 UF-895 Netherlands Matsushita Graphic Communication Systems, Inc.
UF-885/895 IN EEN OOGOPSLAG Documenten klaarleggen Leg de documenten met de te verzenden kant naar onder en regel de documentgeleiders bij U kunt op ADT (Automatic Document Toevoer) maximum 50 blz.* tegelijk plaatsen. * : Uitgaand van A4-papier van 75 g/m2 (0,12 mm dik) Als het display eruitziet zoals hieronder, zijn de documenten correct geplaatst.
Verzenden vanaf de ADT (zonder gehugenopslag) 1 2 3 4 5 6 7 8 9 + START 0 Tik het volledige telefoonnummer in. MEMORY of Uw toestel vormt meteen het ingevoerde telefoonnummer. 01 Leg de documenten met de te verzenden kant naar onder. De verklikker dooft. of ABBR + 1 2 3 4 5 6 7 8 9 0 Tik een 3-cijferig nummer in (001-160). Verslagen en lijsten afdrukken Verslag na verbindingen FUNCTION 6 1 SET 1 * PRINTING * JOURNAL Lijst snelkiesnrs./ verkorte nrs.