Operating Instructions
28
Nederlands
■ Ruis reductie
Vermindert ongewenste beeldruis.
■ Lampenergiemodus
Past de helderheid van de projectorlamp aan de
gebruiksomgeving en het gebruiksdoel aan.
[Standaard]
Selecteer deze modus als hoge helderheid
nodig is.
[ECO 1]
In deze modus wordt de helderheid van
de lamp met ongeveer 24% verminderd.
Selecteer deze modus als hoge helderheid
niet echt nodig is.
[ECO 2]
In deze modus wordt de helderheid van
de lamp met ongeveer 40% verminderd.
Selecteer deze modus als hoge helderheid
niet nodig is.
Opmerking
● Bij [ECO 1] en [ECO 2] heeft de lamp een
langere levensduur en wordt het werkgeluid
verminderd vergeleken met de [Standaard]-
modus, maar het geprojecteerde beeld wordt
donker.
■ Wandkleurcorrectie
Past de kleur van het beeld aan de kleur van
het projectie-oppervlak (scherm) aan. Selecteer
uit [Wit] / [Beige] / [Groen] / [Grijs] een kleur
die in de buurt komt van die van het projectie-
oppervlak (scherm).
Selecteer [Uit] als u de kleur niet wilt corrigeren.
■ Warmte kleur
Verandert de kleurtoon als het witte deel van het
beeld een blauwe of rode tint moet krijgen.
[Warm]
De kleurtoon heeft een blauwe tint.
[Standaard]
De kleurtoon is normaal.
[Koel]
De kleurtoon heeft een rode tint.
■ Geavanceerde instellingen
Voer de gedetailleerde kleurinstellingen in. De
instellingen kunnen alleen worden ingevoerd
wanneer [Beeld Instelling] op [Gebruiker] staat
ingesteld.
•
Gamma:
Pas de gammacorrectie aan het beeld aan.
Selecteer de juiste gammacorrectie.
•
Handmatige witbalans:
Pas de witbalans aan. Selecteer de aan te
passen kleur (rood/groen/blauw) en pas de
offset en gain aan.
•
Handmatige kleuren RGB CMY:
Pas de tint, verzadiging en gain van elke kleur
aan. Selecteer de aan te passen kleur (rood/
groen/blauw/cyaan/magenta/geel) en pas de
tint, verzadiging en gain aan.
■ Fabrieksinstellingen
Zet alle beeldinstellingen terug naar de
fabriekinstellingen.
Geluid
■ Volume
Past het volume aan. Druk op de <OK>-knop om
de volumeregelingsbalk te bekijken en pas het
volume aan met de
-knoppen.
■ Geluidsfunctie
Stel de gewenste geluidsmodus in
overeenstemming met het beeld dat u gaat
bekijken.
[Standaard]
Deze modus geeft een evenwichtig, volledig
geluidsbereik.
[Muziek]
Deze modus benadrukt de modulatie.
[Nieuws]
Deze modus zorgt dat menselijk stemgeluid
goed te horen is.
[Film]
Deze modus verbetert het geluid van een film.
[Gebruiker]
Afhankelijk van uw wensen kunt u de
frequentie op vijf niveaus instellen, die
uiteenlopen van lage tonen (200 Hz) tot hoge
tonen (13 kHz).
■ Bass boost
Druk op de <OK>-knop om deze optie op [Aan]
in te stellen en lage tonen te versterken en te
horen.
■ Interne luidspreker
Druk op de <OK>-knop om deze optie op
[Aan] in te stellen, zodat u het geluid van de
ingebouwde luidspreker kunt horen.
■ SPDIF kiezen
Voer de geluidsoutputinstellingen voor de
(optische) terminal voor de digitale geluidsoutput
of HDMI2-terminal in. Voer deze instelling
in wanneer u het geluid wilt horen van een
audioapparaat dat is aangesloten op de
(optische) terminal voor de digitale geluidsoutput
of HDMI2-terminal (ARC).
Het geluidssignaal wordt niet weergegeven
wanneer u [Uit] selecteert.










