Operating Instructions

1.10 Op een andere werkplek in het kantoor
128 Bedieningshandleiding
1.10 Op een andere werkplek in het kantoor
1.10.1 Dezelfde instellingen gebruiken van uw vorige toestel
(Meegaand Toestel)
Zelfs als u een ander toestel gaat gebruiken, kunt u dezelfde funkties blijven gebruiken die u op uw
vorige toestel had geprogrammeerd.
Naar het nieuwe toestel kunt u de oude instellingen meenemen zoals opgeslagen interne nummers
of Snelkiesnummers enz.
Deze funktie heet: Meegaand Station.
Instellen
• Van uw eigen toestel en het nieuwe toestel worden de instellingen omgewisseld.
• Deze meegaande funktie is mogelijk tussen een SLT en SLT, PT en PT of SLT en PT.
• Zie "3.1.1 Aanpassen van uw toestel (Persoonlijke programmering)" voor meer informatie.
Hoorn van
de haak.
Voer in 727.
PT/SLT
uw vorige
toestelnr.
Hoorn op de haak.
Voer uw vorige
toestelnummer in.
PIN-code
Voer het PIN-code
in (max. 10 cijfers).
2 77
K-toon
PIN: Persoonlijk Identificatie Nummer