Operation Manual
9. Meerdere apparaten bedienen
79
9.4 Intercom tussen handsets
Interne gesprekken kunnen worden gevoerd tussen
handsets binnen dezelfde radiocel, maar niet in
verschillende radiocellen.
L
Sla de uitvouwpagina open voor de positie van de
toetsen.
Voorbeeld: Als met handset 1 handset 2 wordt
gebeld
1. Handset 1:
Druk op
{
INT
}
en
{
2
}
(het gewenste
handsetnummer).
L
De handset 2 gaat over.
2. Handset 2:
Neem op met
{C}
of
{s}
.
3.
Als het gesprek beëindigd is, drukt u op
{ih}
.
9.5 Gesprekken
doorverbinden tussen
handsets/vergaderen
U kunt externe gesprekken van de ene naar de andere
handset doorgeven.
2 mensen kunnen vergaderen met een externe partij.
L
Sla de uitvouwpagina open voor de positie van de
toetsen.
Voorbeeld: Als u met handset 1 een gesprek
doorverbindt naar handset 2
1. Handset 1:
Druk tijdens een extern gesprek op
{
INT
}
en
{
2
}
(het
gewenste handsetnummer).
L
Het externe gesprek komt in de wacht te staan.
L
Druk als er geen antwoord is op
{
INT
}
of
{C}
om terug te keren naar het externe gesprek.
2. Handset 2:
Neem op met
{
INT
}
,
{C}
of
{s}
.
L
Handset 2 kan met handset 1 praten.
3. Handset 1:
Druk op
{ih}
als u het doorschakelen wilt
voltooien.
Voor het opzetten van een vergadering drukt u op
{
3
}
.
Een gesprek doorverbinden zonder met degene
bij handset 2 te spreken
Druk na stap 1 op
{ih}
op handset 1.
L
k
knippert om aan te geven dat het externe gesprek
in de wacht staat.
L
Handset 2 gaat over, als deze in bereik van het
basisstation is en aanstaat.
L
Als het doorverbonden gesprek niet binnen 60
seconden wordt opgenomen, gaat handset 1 weer
over. Druk op
{
INT
}
of
{C}
om terug te keren naar
het externe gesprek.
FC235BL-PFQX2259ZA_nl.book Page 79 Monday, June 6, 2005 10:29 AM










