Operation Manual

5. Fax
52
5.8.2 Modus TEL/FAX inschakelen
1
Zorg er vooraf voor dat functie #73 is ingesteld op
TEL/FAX
(pagina 66).
2
Druk op
{
AUTO ANSWER
}
tot het volgende wordt
weergegeven.
TEL/FAX MODE
L
De indicator
{
AUTO ANSWER
}
op het
basisstation wordt uitgeschakeld.
3
Het belvolume moet zijn ingeschakeld (pagina 22).
Hoe gesprekken en faxen worden ontvangen
1.
INCOMING CALL
wordt weergegeven, maar het
toestel gaat niet over.
2.
Het toestel wacht
2 keer overgaan
voordat de
oproep wordt aangenomen.
L
Het aantal keer overgaan stelt u in met de
instelling TEL/FAX uitgesteld overgaan
(functie #78 op pagina 66).
L
Gedurende deze periode gaat de externe
telefoon over (indien op dezelfde lijn
aangesloten).
3.
De oproep wordt door het toestel aangenomen,
waarna het een faxtoon probeert te detecteren.
Als er een faxtoon wordt gedetecteerd
De fax wordt automatisch en zonder overgaan
ontvangen.
Als er geen faxtoon wordt gedetecteerd
A
Het apparaat gaat over. U kunt de oproep
aannemen.
L
De beller hoort een andere oproeptoon dan de
toon die door de telefoonmaatschappij wordt
weergegeven.
L
Gedurende deze periode gaat de extra telefoon
(indien op dezelfde lijn aangesloten) niet over.
B
Als u de oproep niet aanneemt, wordt de
faxfunctie geactiveerd.
L
Sommige faxen geven geen faxtoon bij het
verzenden van faxen. Daarom wordt nu
geprobeerd de fax te ontvangen, ook al wordt er
geen faxtoon gedetecteerd.
Opmerking:
L
Als u de oproep op de extra telefoon opneemt, kan
afhankelijk van het type extra telefoon de faxfunctie
van de fax worden geactiveerd. Druk op de fax op
{
STOP
}
om met de beller te praten.
L
Als standaardinstelling verkleint het apparaat het
formaat van het ontvangen document tot 92% tijdens
het afdrukken (zie functie #36 op pagina 64 voor
details).
{STOP}
FC235BL-PFQX2259ZA_nl.book Page 52 Monday, June 6, 2005 10:29 AM