Operating Instructions

16 VQT3E26 (DUT) (DUT) VQT3E26 17
De opnamemodus selecteren
Fotos nemen met automatische instellingen
Modus [Intelligent auto]
Opnamemodus:
Druk op de aan/uit-knop ( )
De camera wordt ingeschakeld.
Druk op de [MODE]-knop ( )
Druk op ▲▼◄► om de
opnamemodus te selecteren
Druk op [MENU/SET] ( )
Modus [Intelligent auto]
Foto’s nemen met automatische instellingen
Modus [Normale foto]
Fotograferen met uw eigen instellingen.
[Scènemode]
Fotograferen afhankelijk van de scène.
Modus [Bewegend beeld]
Filmen van bewegende beelden.
Er wordt automatisch voor de optimale instellingen gekozen op basis van
informatie zoals "gezicht", "beweging", "helderheid" en "afstand" door de
camera op het onderwerp te richten. Dit betekent dat u duidelijke foto’s
kunt maken zonder dat u handmatig iets hoeft in te stellen.
Druk op de aan/uit-knop ( )
De camera wordt ingeschakeld.
Druk op de [MODE]-knop ( )
Druk op ▲▼◄► om de modus
[Intelligent auto] te selecteren
Druk op [MENU/SET] ( )
Maak foto’s
Druk half in
(druk licht in en stel
scherp)
Druk volledig in
(druk de knop helemaal in
om een foto te maken)
Als de beweging merkbaar wordt, houd de
camera dan met beide handen vast, houd
uw armen tegen uw lichaam aan en ga
staan met uw voeten op schouderbreedte.
Scherpstelindicator ( )
(Scherp: brandt/Onscherp: knippert)
Het AF-gebied ( ) wordt rond het gezicht
van het onderwerp weergegeven door de
gezichtsdetectiefunctie. In andere gevallen
wordt het weergegeven op het punt op het
onderwerp dat scherp is gesteld.
• Scherpstelling: max. W: 5 cm/
max. T: 1 m en hoger
Standaardbediening