Gebruiksaanwijzing voor geavanceerde kenmerken Digitale Camera Model Nr. DMC-LZ30 Lees deze instructies zorgvuldig door voordat u dit product gebruikt en bewaar deze handleiding, zodat u deze later kunt raadplegen.
Inhoudsopgave Voordat u de camera gaat gebruiken Voordat u de camera gaat gebruiken............................................................................... 6 Standaard-accessoires..................................................................................................... 8 Namen en functies van de hoofdonderdelen.................................................................. 9 Cursortoets......................................................................................................
Inhoudsopgave Gebruik van het menu [Set-up]...................................................................................... 46 [Accu].................................................................................................................................................46 [Klokinst.]............................................................................................................................................46 [Toon]...............................................................
Inhoudsopgave Foto’s maken die zijn afgestemd op de scène [Scènemode]..................................... 73 [Panorama-opname]..........................................................................................................................74 [Nachtportret].....................................................................................................................................76 [Nachtl.schap]..............................................................................................
Inhoudsopgave Toepassing (beeldweergave) Verschillende afspeelmethoden [Afspeelfunctie]....................................................... 92 [Diashow]...........................................................................................................................................93 [Categorieselectie].............................................................................................................................94 [Kalender].......................................................
Voordat u de camera gaat gebruiken ■■Hanteren van de camera Vrijwaar de camera tegen heftige trillingen, schokken of zware druk. ●●Gebruik de camera niet onder de volgende omstandigheden, die schade aan de lens, het lcd-scherm of het camerahuis kunnen toebrengen. Dit kan ook leiden tot storingen in de camera of mislukte opnamen.
Voordat u de camera gaat gebruiken ■■Maak altijd eerst een proefopname Vóór het gebruik van de camera bij belangrijke gebeurtenissen (zoals een huwelijksvoltrekking e.d.) dient u altijd eerst een proefopname te maken, om te zien of beeld en geluid naar behoren worden opgenomen. ■■Er wordt geen compensatie geboden voor verloren opnamen Wij kunnen geen compensatie bieden voor gemiste kansen of opnamen die verloren gaan door technische problemen met de camera of de kaart.
Standaard-accessoires Controleer of alle accessoires bijgeleverd zijn alvorens het toestel in gebruik te nemen. ●●De accessoires en de vormgeving ervan kunnen verschillen, afhankelijk van het land of de regio waar de camera is aangeschaft. Raadpleeg de beknopte gebruiksaanwijzing voor meer informatie over de accessoires. ●●LR6/AA alkaline batterijen of HR6/AA oplaadbare Ni-MH (nikkel-metaal hydride) batterijen worden in de tekst aangeduid als batterij (of batterijen).
Namen en functies van de hoofdonderdelen 1 Indicator voor zelfontspanner (→62) / AF-assistlampje (→27, 88) 2 Flitser (→27, 55) 1 2 3 Lens 3 4 5 6 7 8 9 4 Lcd-scherm (→52, 113, 114) 5 [EXPOSURE]-knop (→65) Hiermee stelt u de sluitertijd of de diafragmawaarde in (alleen in de modus ). 6 Afspeelknop (→28, 37, 92) Hiermee schakelt u naar de afspeelmodus. 7 Cursortoets (→11) 8 [DISP.]-knop (→52) Hiermee kunt u de aanduidingen omschakelen. 9 [Q.
Namen en functies van de hoofdonderdelen 10 11 10 Flitser-open-knop (→55) 11 Lusje voor schouderriem (→13) 12 Lensbuis 13 Luidspreker (→46) 14 [AV OUT/DIGITAL]-aansluiting 12 13 14 [AV OUT/DIGITAL]-aansluiting (→102, 107, 109) ●●Sommige methodes van het vasthouden van de camera zouden de luidspreker kunnen blokkeren, hetgeen het horen van de pieptoon enzovoort moeilijk maakt.
Namen en functies van de hoofdonderdelen 15 16 17 18 19 20 21 22 15 Microfoon (→27, 35) 16 Modusknop (→26) Hiermee selecteert u de opnamemodus. 17 Zoomhendel (→53) Hiermee kunt u inzoomen op een veraf onderwerp om het groter in beeld te brengen. 18 Ontspanknop (→27, 29) Hiermee kunt u scherpstellen en foto’s nemen. 19 Filmknop (→27, 35) Om te filmen. 20 [ON/OFF]-knop van de camera (→24, 26) Hiermee schakelt u de camera aan en uit.
De lensdop/schouderriem bevestigen De lensdop bevestigen Als u de camera uitschakelt of de camera meeneemt, bevestigt u de lensdop (bijgeleverd) om het oppervlak van de lens te beschermen. Haal het lensdopriempje door het lusje voor schouderriem op de camera ••Bevestigt u het lensdopriempje voordat u de schouderriem bevestigt. ••Haal de kortere lus van het riempje door het lusje. Haal het lensdopriempje door het lusje voor lensdop ••Haal de lensdop door de lus van het riempje en draai het aan.
De lensdop/schouderriem bevestigen De schouderriem bevestigen We raden u aan de schouderriem (bijgeleverd) te gebruiken om te voorkomen dat de camera valt. Haal de schouderriem door het lusje van de schouderriem op het lichaam van het toestel Lusje voor schouderriem ••Bevestig de schouderriem zodat het "LUMIX"-logo aan de buitenkant staat.
De batterijen ■■Batterijen die u in dit toestel kunt gebruiken LR6/AA alkaline batterijen of optionele HR6/AA oplaadbare Ni-MH (nikkel-metaal hydride) batterijen kunnen gebruikt worden in dit toestel. ●●EVOLTA (EVOIA) batterijen (Panasonic batterijen) kunnen ook gebruikt worden. ●●De volgende batterijen zijn niet te gebruiken.
Insteken en verwijderen van batterijen Verplaats de vrijgavehendel naar de positie [OPEN] ( ) en schuif het klepje voor kaart/ batterij in de richting van ( ) om het te openen Schuif de batterijen helemaal in met de juiste richting van de en polen Sluit het klepje voor kaart/ batterij en schuif het klepje tot u een sluitklik hoort - 15 - VQT4W09
Insteken en verwijderen van batterijen Schakel de camera uit. ■■Verwijdering van de batterijen Kantel de camera en vang de batterijen in uw hand. Zorg dat u ze niet laat vallen. ●●Als u de batterijen wilt verwijderen, schakelt u de camera uit en wacht u tot de indicator LUMIX op het lcd-scherm uitgaat. (Als u niet wacht, kan de camera storingen vertonen en kunnen de kaart of opgenomen gegevens beschadigd raken.) ●●Verwijder de batterijen indien u de camera gedurende een lange periode niet gebruikt.
Insteken en verwijderen van batterijen Resterend batterijvermogen Resterend batterijvermogen (knippert rood) Als het batterijsymbool rood knippert, dient u de batterijen te vervangen door nieuwe. Wanneer u nieuwe batterijen plaatst, wordt er een van de volgende berichten weergegeven.
Insteken en verwijderen van batterijen ■■Films opnemen*1 Bijgeleverde batterijen of optionele Panasonic alkaline batterijen Volledig opgeladen Panasonic NiMH batterijen (optioneel, wanneer de batterijcapaciteit 1900 mAh is) [Opn.
Insteken en verwijderen van batterijen Let erop dat de prestaties van alkaline batterijen aanzienlijk achteruit gaan bij lage temperaturen.
Insteken en verwijderen van een (optionele) kaart Schakel de camera uit. Verplaats de vrijgavehendel naar de positie [OPEN] ( ) en schuif het klepje voor kaart/ batterij in de richting van ( ) om het te openen Schuif de kaart helemaal in de camera ••Inschuiven tot de kaart vastklikt. Kaart (controleer de richting) •• Raak de aansluitingen op de achterkant van de kaart niet aan.
Insteken en verwijderen van een (optionele) kaart Schakel de camera uit. ■■Verwijdering van de kaart Druk op het midden van de kaart. ●●Houd de geheugenkaart buiten bereik van kinderen om te voorkomen dat ze deze inslikken. ●●Als u de kaart wilt verwijderen, schakelt u de camera uit en wacht u tot de indicator LUMIX op het lcd-scherm uitgaat. (Als u niet wacht, kan de camera storingen vertonen en kunnen de kaart of opgenomen gegevens beschadigd raken.
Ingebouwd geheugen/kaarten Bestemming voor het opslaan van beelden (kaarten en ingebouwd geheugen) Beelden worden op een kaart opgeslagen indien er een is ingevoerd, of op het ingebouwde geheugen indien niet. ■■Ingebouwd geheugen (ongeveer 100 MB) ●●Beelden kunnen gekopieerd worden tussen kaarten en het ingebouwde geheugen. (→101) ●●De toegangstijd voor het ingebouwde geheugen kan langer zijn dan de toegangstijd voor een kaart.
Ingebouwd geheugen/kaarten Richtlijnen voor opnamecapaciteit (aantal beelden/filmopnameduur) Het aantal beelden dat u kunt opnemen en de opnameduur variëren met de capaciteit van de kaart (naast de opname-omstandigheden en het type kaart). Geschatte resterende capaciteit in aantal beelden of opnameduur (druk de [DISP.
Instellen van de klok Bij verzending van de camera is de klok niet ingesteld. ••Zorg dat u de lensdop losmaakt wanneer u de camera inschakelt. Druk op de [ON/OFF]-knop van de camera De camera wordt ingeschakeld. Als het taalkeuzescherm niet wordt weergegeven, gaat u naar stap .
Instellen van de klok Wijzigen van de tijdsinstelling Wanneer u de datum en tijd opnieuw moet instellen, selecteert u [Klokinst.] in het menu [Set-up] of [Opname]-menu. ••Als ongeveer 2 uur verstreken zijn na het plaatsen van de batterijen met voldoende capaciteit in de camera, dan worden de klokinstellingen bewaard gedurende ongeveer 120 uur zelfs als u de batterijen verwijdert. Selecteer [Klokinst.
Bedieningsvolgorde Zorg dat u de lensdop losmaakt wanneer u de camera inschakelt. Druk op de [ON/OFF]-knop van de camera 1 [ON/OFF]-knop van de camera Stel in op de gewenste opnamemodus Stel de modusknop correct in op de modus die u wilt gebruiken. → Modus [Intelligent auto] 2 Modus [Program AE] Modus [Handm. belicht.] Foto’s opnemen met automatische instellingen. (→29) Foto’s opnemen met uw eigen instellingen. (→33) Diafragma en sluitertijd instellen en vervolgens foto’s opnemen.
Bedieningsvolgorde Richt de camera en neem foto’s Ontspanknop Microfoon ■■Foto’s opnemen Druk de ontspanknop half in om scherp te stellen Ontspanknop indrukken en ingedrukt houden om een beeld op te nemen ■■Films opnemen (→35) Filmknop indrukken om te gaan filmen Filmknop nogmaals indrukken om te stoppen met filmen Filmknop 3 ■■De camera vasthouden Flitser (→55) AF-assistlampje ••Om te voorkomen dat de camera gaat trillen, houdt u deze met beide handen vast, houdt u uw armen strak langs uw l
Bedieningsvolgorde Druk op de afspeelknop 4 Afspeelknop Bekijk de beelden (→37, 75) 5 om een beeld te ••Druk op selecteren ••Druk op om films of panoramabeelden af te spelen ■■Opnieuw foto’s maken ••Druk op de afspeelknop om naar de opnamemodus te gaan Schakel de camera uit (Druk op de [ON/OFF]-knop van de camera) 6 ■■Schakel de camera aan in afspeelmodus Afspeelknop indrukken en ingedrukt houden. ••Beelden op de kaart of het ingebouwde geheugen worden weergegeven.
Foto’s opnemen met automatische instellingen Modus [Intelligent auto] Opnamemodus: U hoeft alleen de camera op het onderwerp te richten en automatisch worden instellingen gebruikt op basis van informatie zoals "gezicht", "beweging", "helderheid" en "afstand", dat wil zeggen dat u scherpe foto’s maakt zonder de camera handmatig in te stellen.
Foto’s opnemen met automatische instellingen Modus [Intelligent auto] Omtrent de flitser Druk op [ ] om de flitser te openen (→55). ●●Wanneer is geselecteerd, wordt de flitser automatisch ingesteld op de optimale lichtsterkte voor de omstandigheden ( , , , ). (→58) ●●Wanneer of is geselecteerd, wordt de rode-ogenreductiefunctie geactiveerd. ●●Wanneer of is gekozen, wordt de sluitertijd verkort.
Foto’s opnemen met automatische instellingen Modus [Intelligent auto] [Tracking AF] Deze functie stelt de camera in staat om scherpgesteld te blijven op het onderwerp en ook de belichting van het onderwerp te corrigeren terwijl het onderwerp beweegt. Druk op om AF mode in te stellen op [Tracking AF] ••Uitschakelen van de Tracking AF → Druk nogmaals op . Plaats het Tracking AF kader over uw onderwerp en druk dan op om het te vergrendelen ••Uitschakelen van de AF-vergrendeling → Druk op .
Foto’s opnemen met automatische instellingen Modus [Intelligent auto] Beperkingen [Intelligent auto]-modus Alleen de menu-onderdelen die worden weergegeven in de modus [Intelligent auto] kunnen worden ingesteld. De instellingen die zijn gekozen in [Program AE] of andere modi zijn weerspiegeld voor de niet weergegeven menu-onderdelen in het menu [Set-up].
Foto’s maken met uw eigen instellingen Modus [Program AE] Opnamemodus: In het menu [Opname] instellingen wijzigen en uw eigen opnameomgeving instellen. Stel in op (modus [Program AE]) Neem een beeld op Half indrukken (licht indrukken voor scherpstellen) Volledig indrukken (helemaal indrukken voor opname maken) ●●Als er een waarschuwing over beweging verschijnt, gebruikt u [Stabilisatie], een statief, Bewegingswaarschuwing of [Zelfontspanner].
Scherpstellen Als [AF mode] is ingesteld op (Scherpstellen op 1 punt), stelt u scherp op het AFgebied in het midden van het beeld. Volg onderstaande stappen als het gewenste onderwerp zich niet in het midden bevindt.
Filmen van bewegende beelden Opnamemodus: U kunt films met geluid (mono) maken. Microfoon Druk op de filmknop om te beginnen met filmen [Opn. kwaliteit] (→91) Verstreken opnameduur Resterende opnameduur (ongeveer) ●●Na indrukken laat u de filmknop onmiddellijk weer los. ●●U kunt de digitale zoom zelfs tijdens het opnemen van een film gebruiken. ••Stel [Dig. zoom] vooraf in op [ON].
Filmen van bewegende beelden ■■Films opnemen in Er wordt een film opgenomen zonder dat de automatische scènedetectie geactiveerd is. ■■Films opnemen in Hiermee neemt u een film op met uw voorkeursinstellingen. ••Diafragma en sluitertijd worden automatisch ingesteld. ■■Filmen in andere opnamemodi Zie voor nadere details de pagina’s over de betreffende opnamemodi. In de volgende gevallen kunnen er geen films opgenomen worden.
Uw beelden bekijken [Normaal afsp.] Wanneer er een kaart in de camera aanwezig is, worden de beelden van de kaart afgespeeld. Zonder kaart worden de beelden uit het ingebouwde geheugen afgespeeld. Druk op de afspeelknop ••Druk nogmaals om naar de opnamemodus te gaan. Gebruik de cursortoets om een beeld te selecteren dat u af wilt spelen ••Houd ingedrukt om snel vooruit/achteruit te bladeren.
Uw beelden bekijken [Normaal afsp.] Inzoomen en bekijken "zoom afspelen" Naar T draaien Huidige zoomstand 1x 2x 4x 8x 16x Naar T draaien Naar W draaien ••Zoompositie verplaatsen → ●●Zoom afspelen is niet mogelijk tijdens het afspelen van films.
Uw beelden bekijken [Normaal afsp.] Beelden zoeken volgens hun opnamedatum "Kalender" Geselecteerde datum Naar W draaien scherm met 1 beeld scherm met 12 beelden scherm met 30 beelden Kalenderscherm Naar W draaien Naar T draaien ••Wanneer u een opnamedatum selecteert met de cursortoets en op [MENU/SET] drukt, verandert de weergavemethode naar het scherm met 30 beelden. ●●Alleen maanden waarin beelden zijn opgenomen, worden op het kalenderscherm weergegeven.
Uw beelden bekijken [Normaal afsp.] Filmbeelden bekijken Selecteer een beeld met het filmpictogram en druk op Nu begint het afspelen. Filmopnameduur Nadat het afspelen begint, wordt de verstreken speelduur weergegeven in de rechter bovenhoek van het scherm.
Beelden verwijderen Beelden worden gewist van de kaart als er een kaart is geplaatst, of uit het ingebouwde geheugen als er geen kaart is geplaatst. (Verwijderde beelden kunnen niet worden teruggehaald.) Druk hierop om het weergegeven beeld te verwijderen ••Er verschijnt een verzoek om bevestiging. Selecteer [Ja] met de cursortoets en druk dan op [MENU/SET]. ●●Schakel tijdens de verwijdering de stroom niet uit. ●●Gebruik batterijen met voldoende capaciteit.
Beelden verwijderen Meerdere beelden wissen (tot 50 tegelijk)/Wissen van alle beelden Druk op [ ] terwijl er een beeld wordt weergegeven Gebruik om [Multi wissen]/[Alles wissen] te selecteren en druk op [MENU/SET] ■■[Multi wissen] Gebruik de cursortoets om een beeld te selecteren en druk dan op de [DISP.]knop ••Annuleren → Druk nogmaals op de [DISP.]-knop. ••Uitvoeren → Druk op [MENU/SET]. Geselecteerd beeld ••Er verschijnt een verzoek om bevestiging.
Het menu instellen Zie het onderstaande voorbeeld voor de menubediening. Voorbeeld: W ijzigen van de [AF mode] in het menu [Opname] in de modus [Program AE] Druk op [MENU/SET] Het menukeuzescherm verschijnt. Druk op om het [Opname]-menu te selecteren en druk op [MENU/SET] Druk op om [AF mode] te selecteren en druk op [MENU/SET] : Pagina’s De pagina’s zijn ook te kiezen met de zoomhendel.
Het menu instellen Menutype [Opname]-menu (Alleen in opnamemodus) Wijzigen van uw beeld-voorkeurinstellingen (→80) ••U kunt de kleur, fotoresolutie en andere onderdelen instellen. [Bewegend beeld]-menu (Alleen in opnamemodus) Filmen met uw eigen instellingen (→91) ••U kunt de beeldkwaliteit enz. selecteren. [Set-up]-menu De camera nog gebruiksvriendelijker maken (→46) ••U kunt de klokinstellingen, geluidsvolume enzovoort specificeren om de camera gebruiksvriendelijker te maken.
Het menu instellen Gebruik van het Quick-menu Tijdens het opnemen kunt u eenvoudig een aantal menu-onderdelen oproepen om die in te stellen. Druk op [Q.MENU]-knop Druk op om een menu-onderdeel te kiezen Druk op om de instellingen te selecteren Druk op [MENU/SET] ●●Welke menu-onderdelen en instellingen er worden weergegeven verschilt afhankelijk van de opnamemodus.
Gebruik van het menu [Set-up] [Klokinst.], [Besparing] en [Auto review] zijn belangrijk voor de klokinstelling en de batterijgebruiksduur. Controleer deze instellingen voordat u de camera gebruikt. ••Voor meer informatie over de instelprocedure in het menu [Set-up] (→43) Onderdeel [Accu] Specificeer het type batterij zodat het juiste resterende batterijvermogen wordt weergegeven. [Klokinst.] Instellingen, opmerkingen [Alkaline] / [Ni-MH] Selecteer het type batterijen.
Gebruik van het menu [Set-up] ••Voor meer informatie over de instelprocedure in het menu [Set-up] (→43) Onderdeel [Helderheid scherm] Het lcd-scherm beter zichtbaar maken. Instellingen, opmerkingen [Auto power scherm]: De helderheid wordt automatisch ingesteld, afhankelijk van de lichtsterkte rondom de camera. [Power scherm]: Hiermee maakt u het scherm helderder dan normaal (voor buiten). [Gr.
Gebruik van het menu [Set-up] ••Voor meer informatie over de instelprocedure in het menu [Set-up] (→43) Onderdeel Instellingen, opmerkingen [Histogram] Controleer de helderheid van het beeld in de grafiek. [ON] / [OFF] (Bijvoorbeeld) Een piek in het midden wijst op optimale helderheid (juiste belichting). Dit kunt u gebruiken als Donker ← OK → Licht vingerwijzing voor de belichtingscompensatie e.d.
Gebruik van het menu [Set-up] ••Voor meer informatie over de instelprocedure in het menu [Set-up] (→43) Onderdeel [Besparing] Schakel de camera uit of zorg dat het lcd-scherm donker wordt terwijl u de camera niet gebruikt, om de batterij te sparen. Instellingen, opmerkingen [Autom. uit] [2 MIN.] / [5 MIN.] / [10MIN.] / [OFF]: De camera automatisch uitschakelen wanneer deze niet in gebruik is. ••Herstellen → Druk op de [ON/OFF]-knop van de camera.
Gebruik van het menu [Set-up] ••Voor meer informatie over de instelprocedure in het menu [Set-up] (→43) Onderdeel [Auto review] Foto’s automatisch weergeven direct nadat u ze hebt gemaakt. [Resetten] Terugkeren naar de standaardinstellingen. [Output] Wijzig de instellingen die u wilt gebruiken wanneer de camera is aangesloten op een TV of ander apparaat.
Gebruik van het menu [Set-up] ••Voor meer informatie over de instelprocedure in het menu [Set-up] (→43) Onderdeel Instellingen, opmerkingen [Versie disp.] De huidige versie wordt weergegeven. [Formatteren] ••Gebruik batterijen met voldoende capaciteit. Verwijder de kaarten als u het ingebouwde geheugen gaat formatteren. (Bij gebruik van een geheugenkaart wordt alleen deze kaart geformatteerd: Als er geen kaart is, wordt het ingebouwde geheugen geformatteerd.
Weergave opnamegegevens wijzigen Wisselen tussen verschillende weergaven op het lcd-scherm, zoals histogrammen. Druk op de [DISP.]-knop om de weergave te wijzigen ■■In de opnamemodus Opname-informatie, aantal op te nemen beelden* Opname-informatie, beschikbare opnameduur* ■■In de afspeelmodus Beeldinformatie Opnameinformatie* Geen schermweergave Richtlijnen* Geen schermweergave ∗ Stel [Histogram] in om een histogram weer te geven.
Zoom gebruiken Opnamemodus: U kunt het gebied van een beeld dat u wilt opnemen, met de zoomfunctie aanpassen. In-/uitzoomen Groter gebied fotograferen (groothoek) Het onderwerp vergroten (tele) Wanneer de extra optische zoom is ingesteld Scherpstelbereik Zoomfactor Digitaal zoombereik Optisch zoombereik Zoombalk ●●Stel scherp nadat u de zoominstelling hebt aangepast. ●●Raak de lensbuis tijdens het zoomen niet aan.
Zoom gebruiken Zoomwerking en gebruik De zoomfactor verandert wanneer de fotoresolutie wordt gewijzigd. (→80) ■■Optische zoom Inzoomen tot 35x is mogelijk wanneer er beelden zonder [Fotoresolutie] in het menu [Opname]. worden geselecteerd via ●●Optische zoom kan in de volgende gevallen niet worden gebruikt: ••Scènemodus ([Panorama-opname]) ••[Macro zoom] ●●De optische zoomfactor kan niet meer gewijzigd worden als het filmen begonnen is.
Foto’s opnemen met een flitser Opnamemodus: Flitser-open-knop ■■De flitser openen Druk op ••Sluit de flitser altijd als u deze niet gebruikt. ■■De flitser sluiten Druk op de flitser tot deze klikt. ••De flitserinstelling is vastgesteld op [Gedwongen uit] terwijl de flitser gesloten is. ●●Zorg ervoor dat er geen vinger klem blijft zitten wanneer u de flitser sluit.
Foto’s opnemen met een flitser Druk op zodat er [Flitser] verschijnt Gebruik de cursortoets om het gewenste type te kiezen en druk dan op [MENU/SET] ∗1 Type, bewerkingen [Auto] •• Bekijkt automatisch wanneer de flitser moet worden gebruikt [Auto/rode-og]∗2 •• Bekijkt automatisch wanneer de flitser moet worden gebruikt (met rode-ogenreductie) [Flitser altijd aan] •• Altijd flitsen [Lngz. sync.
Foto’s opnemen met een flitser ●●Het effect van de rode-ogenreductie varieert, afhankelijk van het onderwerp, en wordt beïnvloed door factoren zoals afstand tot het onderwerp, of het onderwerp tijdens de voorflits naar de camera kijkt enzovoort. In sommige gevallen is het effect van de rode-ogenreductie verwaarloosbaar. Flitser ●●Let op dat u het flitsvenster niet met uw vingers bedekt en kijk niet van dichtbij in de flitser.
Foto’s opnemen met een flitser ■■Beschikbare typen in elke modus (○: beschikbaar, –: niet beschikbaar, : standaardinstelling) [Scènemode] ∗1 Stel in op ○∗1 ○ ○ ○ ○ – – – ○ ○ ○ – , , ○ ○ ○ ○ – – – ○ – – – ○ of ○ ○ ○ – ○ – ○ ○ ○ – – – afhankelijk van het onderwerp en de helderheid. ●●U kunt de flitser in de volgende gevallen niet gebruiken. ••Bij filmopnamen ••De volgende scènemodi: [Panorama-opname] [Nachtl.schap] [HDR] [Zonsonderg.
Close-upfoto’s opnemen Opnamemodus: Wanneer u het onderwerp van dichtbij beeldvullend wilt opnemen, kunt u door instellen op [Macro-AF] ( ) onderwerpen dichter benaderen dan bij het normale scherpstelbereik (tot op 1 cm in max. groothoekstand).
Close-upfoto’s opnemen Scherpstelbereik Wanneer het onderwerp zich te dicht bij de camera bevindt, kan er niet goed op het beeld worden scherpgesteld. De kortste opnameafstand is afhankelijk van de zoomfactor en de instelling in de macro-opnamemodus. ■■Kortste opnameafstand De kortste opnameafstand is de afstand van de voorkant van de lens tot het onderwerp. Deze afstand verandert geleidelijk, afhankelijk van de zoomstand.
Close-upfoto’s opnemen [Macro zoom] Om uw onderwerp nog dichter te benaderen, kunt u instellen op [Macro zoom] zodat uw onderwerp nog groter in beeld verschijnt dan bij de [Macro-AF]. Druk op zodat er [Macro stand] verschijnt Gebruik de cursortoets om in te stellen op [Macro zoom] en druk dan op [MENU/SET] Regel de vergroting van de digitale zoom met de zoomhendel De zoomstand is vastgelegd op max. groothoek. Het scherpstelbereik is 1 cm Terug .
Foto’s maken met de zelfontspanner Opnamemodus: We raden u aan een statief te gebruiken. Deze optie is ook effectief om bewegingen te voorkomen wanneer de ontspanknop wordt ingedrukt, door de zelfontspanner in te stellen op 2 seconden. Druk op zodat er [Zelfontspanner] verschijnt Gebruik de cursortoets om de tijdsduur te kiezen en druk dan op [MENU/SET] Neem een beeld op Druk de ontspanknop helemaal in om te beginnen met opnemen na de vooraf ingestelde tijd.
Foto’s opnemen met belichtingscompensatie Met deze functie kan de gebruiker de belichting handmatig aanpassen wanneer het automatisch bepalen van de belichting niet lukt. ■■Opnamemodus: Druk op zodat er [Belichting] verschijnt Gebruik de cursortoets om een waarde te kiezen en druk dan op [MENU/SET] ••Als het beeld te donker is, regelt u de belichting bij naar de "+" kant toe. ••Als het beeld te licht is, regelt u de belichting bij naar de "-" kant toe.
Foto’s opnemen met belichtingscompensatie [Auto bracket] Er worden 3 opeenvolgende foto’s gemaakt en de belichting wordt automatisch gewijzigd. Na de belichtingscompensatie wordt de compensatiewaarde als standaard ingesteld.
Het diafragma en de sluitertijd bepalen voor uw opname Modus [Handm. belicht.] Opnamemodus: In deze opnamemodus kunt u de diafragmawaarde en sluitertijd handmatig instellen. Het is handig wanneer het automatisch bepalen van de belichting de gewenste resultaten niet oplevert bij slechte lichtomstandigheden. Ook zijn opnamen met een lange belichting tot maximaal 15 seconden mogelijk. Voor lange belichtingstijden wordt een statief aangeraden. Stel de modusknop in op (Modus [Handm. belicht.
Foto’s maken met verschillende foto-effecten [Creatieve opties]-modus Opnamemodus: U kunt uw eigen instellingen selecteren uit diverse effecten en foto’s maken terwijl u deze effecten op het lcd-scherm controleert. Stel de modusknop in op Druk op om een effect te selecteren en druk op [MENU/SET] (→67 - 69) ••Wanneer u op de [DISP.]-knop drukt, wordt een beschrijving van het geselecteerde effect weergegeven.
Foto’s maken met verschillende foto-effecten [Creatieve opties]-modus Voor de instelprocedures voor het menu [Creatieve opties]. (→66) [Expressief] Dit foto-effect creëert een foto in popartstijl waarbij de kleur wordt versterkt. [Retro] Dit foto-effect creëert het zachte uiterlijk van een doffe foto. [Overbelichting] Dit foto-effect creëert een uiterlijk in helderdere en lichtere tinten voor de hele foto.
Foto’s maken met verschillende foto-effecten [Creatieve opties]-modus Voor de instelprocedures voor het menu [Creatieve opties]. (→66) [Sepia] Dit foto-effect creëert een foto met sepiatint. [Dynamisch zwart/wit] Dit foto-effect creëert een monochrome foto met een hoger contrast en een dramatischere sfeer. [Expressieve indruk] Geeft foto’s een expressieve toon met sterkere contrasten.
Foto’s maken met verschillende foto-effecten [Creatieve opties]-modus Voor de instelprocedures voor het menu [Creatieve opties]. (→66) [Kruisproces] Geeft foto’s een bezielend kleureffect. ■■Kleur aanpassen Gebruik de cursortoets om de kleur aan te passen en druk dan op [MENU/SET] ••Instellingen: Groenachtige kleuren / Blauwachtige kleuren / Geelachtige kleuren / Roodachtige kleuren [Kleuraccent] Versterkt uw persoonlijke indruk door een kleur te accentueren en andere te vervagen.
Beelden opnemen van mensen Modus [Portret] Opnamemodus: Verbetert de huidskleur van onderwerpen voor een gezonder uiterlijk in helder daglicht. Stel de modusknop in op ■■Tips ••Hoe meer de zoom wordt gedraaid naar T en hoe dichter u met de camera bij uw onderwerp komt, des te geprononceerder zal het effect zijn. ■■Films opnemen in Filmt met de optimale instellingen wanneer het onderwerp een persoon is.
Beelden opnemen van landschappen Modus [Landschap] Opnamemodus: Heldere foto’s maken van brede onderwerpen op afstand. Stel de modusknop in op ■■Films opnemen in Filmt met de optimale instellingen wanneer het onderwerp een landschap is. ●●De flitser wordt ingesteld op [Gedwongen uit].
Beelden opnemen van sportevenementen Modus [Sport] Opnamemodus: Foto’s maken van scènes met snelle bewegingen, bijvoorbeeld sport. Stel de modusknop in op ■■Tips ••Ga op minstens 5 m afstand staan. ■■Films opnemen in De opnamemodus wijzigt naar de normale filmopname. ●●Voor de modus Sport is voldoende belichting vereist om de kortere sluitertijd te kunnen gebruiken. Als u binnenshuis filmt met onvoldoende belichting, zal deze modus mogelijk niet de gewenste resultaten opleveren.
Foto’s maken die zijn afgestemd op de scène [Scènemode] Opnamemodus: Met [Scènemode] kunt u foto’s maken met optimale instellingen voor specifieke scènes (belichting, kleur enzovoort).
Foto’s maken die zijn afgestemd op de scène [Scènemode] ••Een scène selecteren (→73) ••Flitser gebruiken in scènemodi (→58) [Panorama-opname] Maakt één panoramabeeld door 3 foto’s aan elkaar te plakken. Gebruik de cursortoets om de opnamerichting te kiezen en druk dan op [MENU/SET] om die vast te leggen Controleer de opnamerichting en druk op [MENU/SET] Speciale richtlijnen voor panoramafoto’s worden tijdens de opname weergegeven.
Foto’s maken die zijn afgestemd op de scène [Scènemode] ●●De zoomstand is vastgelegd op max. groothoek. ●●De scherpstelling, belichting en witbalans worden vast ingesteld op de optimale waarde voor het eerste beeld. Als de scherpstelling of helderheid van volgende beelden die worden genomen als deel van de panoramafoto, aanzienlijk afwijken van die van het eerste beeld, is de scherpstelling en helderheid van de gehele panoramafoto (als alle beelden aan elkaar zijn geplakt) mogelijk niet overal gelijk.
Foto’s maken die zijn afgestemd op de scène [Scènemode] ••Een scène selecteren (→73) ••Flitser gebruiken in scènemodi (→58) [Nachtportret] Foto’s maken van mensen en nachtlandschappen met benadering van de werkelijke helderheid. ■■Tips ••Gebruik de flitser. ••Het onderwerp mag niet bewegen. ••Statief en zelfontspanner aanbevolen. [Nachtl.schap] Heldere foto’s maken van nachtscènes. ■■Tips ••Statief en zelfontspanner aanbevolen. ●●De sluitertijd kan langzamer worden, tot 8 seconden.
Foto’s maken die zijn afgestemd op de scène [Scènemode] ••Een scène selecteren (→73) ••Flitser gebruiken in scènemodi (→58) [HDR] De camera kan verschillende foto’s die zijn gemaakt met een verschillende belichting, combineren tot één goed belichte foto met een rijke gradatie. De individuele beelden die gebruikt worden voor het creëren van het HDR-beeld worden niet opgeslagen.
Foto’s maken die zijn afgestemd op de scène [Scènemode] ••Een scène selecteren (→73) ••Flitser gebruiken in scènemodi (→58) [Voedsel] Natuurgetrouwe beelden opnemen van voedsel. [Baby] Beelden opnemen van een baby met een gezonde gelaatskleur.
Foto’s maken die zijn afgestemd op de scène [Scènemode] ••Een scène selecteren (→73) ••Flitser gebruiken in scènemodi (→58) [Zonsonderg.] Heldere beelden opnemen van scènes als zonsondergangen. [H. gevoeligh.] Voorkomt dat onderwerpen in donkere omgevingen binnen onscherp worden. Selecteer de beeldverhouding en de fotoresolutie met de cursortoets en druk dan op [MENU/SET] ■■Instellingen: 3M / 2.5M / 2M / - 79 - 2.
Gebruik van het menu [Opname] ••Instelprocedures voor het menu [Opname] (→43) [Fotoresolutie] Kies het formaat (het aantal pixels of beeldpunten) voor uw foto’s. Het aantal beelden dat kan worden opgenomen is afhankelijk van deze instelling en van [Kwaliteit]. ■■Opnamemodus: ■■Instellingen: Type opnamepixelniveau 16M 10M 4608x3456 ∗ 3M 3648x2736 2560x1920 5M ∗ 2048x1536 640x480 0.
Gebruik van het menu [Opname] ••Instelprocedures voor het menu [Opname] (→43) [Kwaliteit] Stel de beeldkwaliteit in. ■■Opnamemodus: ■■Instellingen: hoge kwaliteit, prioriteit ligt bij beeldkwaliteit standaardkwaliteit, prioriteit ligt bij aantal beelden ●●De instelling wordt vast ingesteld op ••Scènemodi ([HDR] [H. gevoeligh.]) in de volgende gevallen: [Gevoeligheid] Stel de ISO-gevoeligheid (lichtgevoeligheid) handmatig in.
Gebruik van het menu [Opname] ••Instelprocedures voor het menu [Opname] (→43) [Witbalans] Pas bij onnatuurlijke kleuren de kleuring aan de lichtbron aan. ■■Opnamemodus: ■■Instellingen: [ AWB] (automatisch) / (buitenshuis, heldere hemel) / (buitenshuis, bewolkt) / (buitenshuis, schaduw) / (kunstlicht) / (gebruikt de waarden ingesteld in (handmatig instellen) )/ ●●Wanneer u de [AWB] (automatische witbalans) instelt, wordt de kleurbalans automatisch aangepast aan de gebruikte lichtbron.
Gebruik van het menu [Opname] ■■Witbalans handmatig instellen ( ) Selecteer en druk op [MENU/SET]. Richt de camera op een wit voorwerp (bijvoorbeeld papier) en druk op [MENU/SET]. ••De witbalans wordt ingesteld op . ••Zelfs als de camera OFF staat, blijft de ingestelde witbalans in het geheugen staan. ••Pas de helderheid aan en probeer de witbalans in te stellen.
Gebruik van het menu [Opname] ••Instelprocedures voor het menu [Opname] (→43) [AF mode] De scherpstelmethode kan worden gewijzigd afhankelijk van de positie en het aantal onderwerpen. ■■Opnamemodus: ■■Instellingen: / / Beelden opnemen van mensen van voren (Gezichtsdetectie)* Automatisch koppelen van de scherpstelling aan een bewegend onderwerp (Tracking AF)* Onderwerp niet in het beeld gecentreerd / / Herkent gezichten (max. 10 personen) en past de belichting en scherpstelling hierop aan.
Gebruik van het menu [Opname] ●●U kunt (Gezichtsdetectie) in het volgende geval niet instellen: ••Scènemodi ([Panorama-opname] [Nachtl.schap] [Voedsel]) ●●Als de camera een niet-menselijk onderwerp onjuist interpreteert als gezicht in de instelling (Gezichtsdetectie), schakelt u naar een andere instelling. ●●Als de omstandigheden de herkenning van gezichten bemoeilijkt, zoals wanneer de beweging van het onderwerp te snel is, schakelt de instelling [AF mode] over naar (Scherpstellen op 9 punten).
Gebruik van het menu [Opname] ••Instelprocedures voor het menu [Opname] (→43) [i. Exposure] Past bij groot contrast tussen achtergrond en onderwerp automatisch het contrast en de belichting aan voor meer levensechte kleuren. ■■Opnamemodus: ■■Instellingen: [ON] / [OFF] [Dig. zoom] 4x verder inzoomen dan met de optische/extra optische zoom. (De vergroting die de digitale zoom biedt, gaat echter wel ten koste van de beeldkwaliteit.
Gebruik van het menu [Opname] ••Instelprocedures voor het menu [Opname] (→43) [Burstfunctie] Er kan een hele Burst foto’s worden gemaakt terwijl u de ontspanknop volledig indrukt. ■■Opnamemodus: ■■Instellingen: Instelling Beschrijving Snelheid: Ongeveer 1 beeld/s ••U kunt een reeks foto’s na elkaar opnemen tot de kaart of het ingebouwde geheugen vol is, maar op een gegeven moment daalt de burstsnelheid.
Gebruik van het menu [Opname] ●●De Burst-snelheid kan minder worden als de sluitertijd langer wordt in een donkere omgeving. ●●Met herhaaldelijke opnamen, kan het even duren tussen opnamen, afhankelijk van de gebruiksomstandigheden. ●●De opslag van foto’s die zijn gemaakt met de Burst-functie kan enige tijd vergen. Als u doorgaat met opnemen tijdens het opslaan, kan het aantal beelden dat kan worden vastgelegd bij een burstopname worden beperkt.
Gebruik van het menu [Opname] ••Instelprocedures voor het menu [Opname] (→43) [Rode-ogencorr] Rode ogen worden automatisch gedetecteerd en de fotogegevens worden gecorrigeerd wanneer de foto wordt gemaakt met flitser en rode-ogenreductie ( ). ■■Opnamemodus: ■■Instellingen: [ON] / [OFF] ●●Deze instelling werkt alleen wanneer [AF mode] staat ingesteld op (Gezichtsdetectie). ●●De functie wordt in de volgende gevallen op [OFF] gezet: ••Scènemodi ([Panorama-opname] [Nachtl.
Gebruik van het menu [Opname] ••Instelprocedures voor het menu [Opname] (→43) [Datum afdr.] Foto’s kunnen worden opgenomen met de opnamedatum en -tijd afgedrukt in de foto. ■■Opnamemodus: ■■Instellingen: [ZON.TIJD] / [MET TIJD] / [OFF] ●●De datumafdruk in foto’s kan niet worden gewist. ●●De datum kan niet worden afgedrukt wanneer [Auto bracket] of [Burstfunctie] is ingesteld, tijdens het filmen of wanneer de scènemodus [Panorama-opname] is ingesteld.
Gebruik van het menu [Bewegend beeld] ••Instelprocedures voor het menu [Bewegend beeld] (→43) [Opn. kwaliteit] Stel het beeldformaat van films in. ■■Opnamemodus: ■■Instellingen: Beeldkwaliteit Fotoresolutie [HD] 1280x720 [VGA] 640x480 [QVGA]* 320x240 Aantal frames 30 frames/ seconde Beeldverhouding 16:9 4:3 * [QVGA] is vastgezet bij het opnemen in het ingebouwde geheugen.
Verschillende afspeelmethoden [Afspeelfunctie] Opgenomen beelden kunnen worden weergegeven op diverse manieren. Druk op de afspeelknop Druk op [MENU/SET] Gebruik de cursortoets om in te stellen op het menu [Afspeelfunctie] en druk dan op [MENU/SET] Gebruik de cursortoets om de afspeelmethoden te kiezen en druk dan op [MENU/SET] ••[Normaal afsp.
Verschillende afspeelmethoden [Afspeelfunctie] ••Voor overschakeling naar de [Afspeelfunctie] (→92) [Diashow] Beelden worden automatisch in volgorde weergeven. Aanbevolen voor het bekijken van uw beelden op een tv-scherm. Gebruik de cursortoets om de afspeelmethoden te kiezen en druk dan op [MENU/SET] [Alle] Alles weergeven. [Categorieselectie] De categorie selecteren en films of foto’s afspelen. (Selecteer de categorie met de cursortoets en druk dan op [MENU/ SET].
Verschillende afspeelmethoden [Afspeelfunctie] ••Voor overschakeling naar de [Afspeelfunctie] (→92) [Categorieselectie] U kunt de weergegeven beelden beperken om enkel een geselecteerde categorie te bekijken. Selecteer de categorie met de cursortoets en druk dan op [MENU/SET] Opnamegegevens zoals scènemodi [Portret] / / [Nachtportret] / [Landschap] / / [Baby] / [Panorama-opname] / [Zonsonderg.] / [Nachtportret] / / [Nachtl.
Foto’s retoucheren [Creatieve retouche] U kunt gemaakte foto’s retoucheren door het effect te selecteren dat u wilt toepassen. ••Er worden nieuwe foto’s gemaakt nadat u foto’s hebt bewerkt met [Creatieve retouche]. Controleer voordat u beelden gaat bewerken of er voldoende vrije ruimte is in het ingebouwde geheugen of op de geheugenkaart.
Foto’s retoucheren [Creatieve retouche] Meer informatie over de instelprocedures van [Creatieve retouche] (→95) [Speelgoedcam.effect] Dit foto-effect creëert een foto die lijkt op foto’s die zijn gemaakt met een speelgoedcamera met een verminderde hoeveelheid licht bij de randen.
Gebruik van het menu [Afspelen] U kunt het beeld bewerken (bijvoorbeeld bijtrimmen) en een beveiliging voor het beeld instellen. ••Voor weergave van het [Afspelen]-menu en de bedieningsmethoden (→43) ●●In de volgende gevallen worden er nieuwe beelden gemaakt nadat ze zijn bewerkt. Controleer voordat u beelden gaat bewerken of er voldoende vrije ruimte is in het ingebouwde geheugen of op de geheugenkaart. ••[Creatieve retouche] ••[Nw. rs.
Gebruik van het menu [Afspelen] ■■[MULTI] Gebruik de cursortoets om in te stellen op [MULTI] en druk dan op [MENU/SET] Gebruik de cursortoets om het formaat te kiezen en druk dan op [MENU/SET] Gebruik de cursortoets om foto’s te selecteren en druk dan op de [DISP.]-knop (tot 50 foto’s) Aantal pixels voor/na de resolutiewijziging Instelling Nw. rs. •• Annuleren →D ruk nogmaals op de [DISP.]knop. •• Uitvoeren → Druk op [MENU/SET]. ••Er verschijnt een verzoek om bevestiging.
Gebruik van het menu [Afspelen] ••Voor weergave van het [Afspelen]-menu en de bedieningsmethoden (→43) [Bijsnijden] Uw foto’s vergroten en ongewenste gebieden wegsnijden. Gebruik de cursortoets om een foto te kiezen en druk dan op [MENU/SET] Selecteer het gebied dat u wilt wegsnijden en druk dan op [MENU/SET] Vergroten Wijzigingspositie ••Er verschijnt een verzoek om bevestiging. Als u hierin [Ja] kiest, wordt de bewerking uitgevoerd. ●●Na het bijsnijden neemt de beeldkwaliteit af.
Gebruik van het menu [Afspelen] ••Voor weergave van het [Afspelen]-menu en de bedieningsmethoden (→43) [Beveiligen] Beveiliging instellen om te voorkomen dat beelden worden gewist. Voorkomt dat belangrijke beelden worden gewist. Gebruik de cursortoets om in te stellen op [ENKEL] of [MULTI] en druk dan op [MENU/SET] Gebruik de cursortoets om een beeld te kiezen en druk dan op [MENU/SET] ●●[ENKEL] ●●[MULTI] Beeld beveiligd Beeld beveiligd ••Annuleren → Druk nogmaals op [MENU/SET].
Gebruik van het menu [Afspelen] ••Voor weergave van het [Afspelen]-menu en de bedieningsmethoden (→43) [Kopie] U kunt beelden van het ingebouwde geheugen naar de geheugenkaart kopiëren en omgekeerd. Gebruik de cursortoets om de kopieermethode (richting) te kiezen en druk dan op [MENU/SET] : Alle beelden van het ingebouwde geheugen naar de kaart kopiëren (ga naar stap ). : 1 beeld tegelijkertijd van de kaart naar het ingebouwde geheugen kopiëren.
Beelden op tv bekijken U kunt beelden bekijken op een tv-scherm door de camera aan te sluiten op uw tv met de AV-kabel (bijgeleverd). ●●Gebruik geen andere AV-kabels, alleen de bijgeleverde kabel. Als u dat wel doet, kan de camera storingen vertonen. Voorbereiding: ••Stel [TV-aspect] in. (→50) ••Zet de camera en de tv uit. Sluit de camera aan op uw tv Controleer de richting van de stekker en sluit deze recht aan. (Schade aan de stekker kan leiden tot onjuiste werking.
Beelden op tv bekijken ■■Als uw tv, dvd-recorder of Blu-ray-recorder voorzien is van een SDkaartsleuf Schuif de SD-geheugenkaart in de SD-kaartgleuf ••U kunt foto’s afspelen. ••U kunt panoramafoto’s mogelijk niet afspelen. Ook kunt u panoramafoto’s mogelijk niet afspelen met automatisch bladeren. ••Afhankelijk van het model van de tv worden foto’s mogelijk niet schermvullend weergegeven. ••Raadpleeg de gebruiksaanwijzing van de compatibele apparatuur voor meer informatie over het afspelen van een film.
Gebruik met computer Foto’s/filmbeelden zijn te kopiëren van de camera naar uw computer, door de apparaten op elkaar aan te sluiten. ••Sommige computers kunnen rechtstreeks de geheugenkaart van de camera lezen. Zie voor nadere informatie de handleiding van uw computer. ••Als uw computer niet geschikt is voor SDXC-geheugenkaarten zal er een mededeling verschijnen met het verzoek om de kaart te formatteren. (Formatteer de kaart niet. Opgenomen beelden worden dan gewist.
Gebruik met computer Gebruik van de bijgeleverde software De bijgeleverde cd-rom bevat de volgende software. Installeer de software op uw computer voordat u deze gaat gebruiken. ■■PHOTOfunSTUDIO 9.0 LE (Windows XP / Vista / 7 / 8) Met deze software kunt u foto’s en films overzetten naar een pc en deze sorteren op basis van hun opnamedatum of de modelnaam van de gebruikte camera. U kunt ook beelden naar een dvd schrijven, de beelden bijwerken en aanpassen en films bewerken.
Gebruik met computer Installatie van de bijgeleverde software (PHOTOfunSTUDIO) Sluit alle lopende toepassingen voordat u de cd-rom in de computer plaatst. Controleer de omgeving van uw computer Besturingsomgeving van PHOTOfunSTUDIO 9.
Gebruik met computer Kopiëren van foto’s en filmbeelden Voorbereiding: ••Gebruik batterijen met voldoende capaciteit. ••Wanneer u beelden vanuit het ingebouwde geheugen importeert, dient u eventuele geheugenkaarten te verwijderen. ••Zet de camera en de computer aan. Sluit de camera aan op de computer Controleer de richting van de stekker en sluit deze recht aan. (Schade aan de stekker kan leiden tot onjuiste werking.
Gebruik met computer ■■Map- en bestandsnamen op de computer ●●Windows De stations worden weergegeven in de map "Deze computer" of "Computer". ●●Mac DCIM (Foto’s/films) 100_PANA (maximaal 999 beelden/map) P1000001.JPG : JPG: Foto’s P1000999.JPG MOV: Films 101_PANA : 999_PANA ∗ MISC De stations worden op het bureaublad weergegeven. (Weergegeven als "LUMIX", "NO_NAME", of "Untitled".
Afdrukken U kunt de camera rechtstreeks aansluiten op een PictBridge-compatibele printer om af te drukken. ••Sommige printers zijn in staat direct af te drukken vanaf de geheugenkaart van de camera. Zie voor nadere details de gebruiksaanwijzing van uw printer. Voorbereiding: ••Gebruik batterijen met voldoende capaciteit. ••Wanneer u foto’s vanuit het ingebouwde geheugen afdrukt, dient u eventuele geheugenkaarten te verwijderen. ••Pas desgewenst de afdrukkwaliteit of andere instellingen op uw printer aan.
Afdrukken ●●Gebruik geen andere USB-kabels, alleen de bijgeleverde kabel. Als u dat wel doet, kan de camera storingen vertonen. ●●Ontkoppel de USB-kabel na het afdrukken. ●●Schakel de camera uit voordat u geheugenkaarten plaatst of verwijdert. ●●Wanneer de batterijen tijdens de communicatie leeg raken, hoort u een waarschuwingspieptoon. Annuleer het afdrukken en maak de USB-kabel los. Gebruik batterijen met voldoende capaciteit. ●●Films kunnen niet worden afgedrukt.
Afdrukken Afdrukinstellingen maken op de camera Tot de instelopties behoren het aantal afgedrukte foto’s en hun formaat. Geef de instellingen op voordat u [Print start] selecteert. Gebruik de cursortoets om het onderdeel te kiezen en druk dan op [MENU/SET] Onderdeel Instellingen [Print met dat.] [ON] / [OFF] [Aantal prints] Hier stelt u het aantal beelden in (maximaal 999 beelden) [Papierafmeting] Wanneer [Lay-out pagina] is gekozen, krijgen de printerinstellingen voorrang.
Afdrukken Afdrukken met datum en tekst ■■In winkels afdrukken Alleen de opnamedatum kan worden afgedrukt. Vraag de winkel de datum af te drukken. ••Controleer of de winkel 16:9 ondersteunt als u foto’s in deze beeldverhouding wilt afdrukken. ■■Op de computer U kunt via "PHOTOfunSTUDIO" op de bijgeleverde cd-rom afdrukinstellingen voor de opnamedatum en tekstinformatie opgeven. ■■Op de printer U kunt de opnamedatum afdrukken door [Print met dat.
Lijst met symbolen op de lcd-schermen De schermen die hier worden afgebeeld, zijn alleen bedoeld als voorbeelden. De werkelijke weergave kan variëren. ••Druk op de [DISP.]-knop om de aanduiding te wijzigen. ■■Tijdens het opnemen 1 2 3 4 5 14 13 12 11 6 7 8 10 9 1 Opnamemodus (→26) 2 Opnamekwaliteit (→91) 3 4 5 6 7 8 9 Fotoresolutie (→80) Kwaliteit (→81) Flitser (→56) Beeldstabilisatie (→89) Bewegingswaarschuwing (→33) Witbalans (→82) Kleurfunctie (→88) Batterijcapaciteit (→17) i.
Lijst met symbolen op de lcd-schermen De schermen die hier worden afgebeeld, zijn alleen bedoeld als voorbeelden. De werkelijke weergave kan variëren. ••Druk op de [DISP.]-knop om de aanduiding te wijzigen.
Berichten Betekenis van en vereiste reacties op belangrijke berichten die op het lcd-scherm worden weergegeven. [Deze geheugenkaart kan niet worden gebruikt.] ●●Niet compatibel met de camera. → Gebruik een compatibele kaart. [Sommige foto's kunnen niet gewist worden] [Deze foto kan niet gewist worden] ●●Niet-DCF-beelden (→37) kunnen niet worden verwijderd. → Sla de benodigde gegevens op een computer of ander apparaat op en voer dan [Formatteren] uit op de camera.
Berichten [Plaats SD-kaart opnieuw] [Andere kaart proberen a.u.b.] ●●Geen toegang tot de kaart. → Schakel de camera uit en verwijder de kaart. Plaats de kaart weer in en schakel de camera opnieuw aan. ●●Probeer het met een andere kaart. [Parameterfout geheugenkaart] ●●Kaart is geen SD-standaard. ●●Bij gebruik van kaarten met een capaciteit van 4 GB of meer worden alleen SDHC of SDXCgeheugenkaarten ondersteund.
Vraag en antwoord Storingen verhelpen Controleer eerst de volgende onderdelen (→117 - 122). Als dit probleem blijft bestaan, kan [Resetten] in het menu [Set-up] het probleem wellicht verhelpen. (Onthoud wel dat hierbij bijna alle instellingen, behalve bijv. [Klokinst.] worden teruggesteld in de oorspronkelijke stand op het moment van aankoop.) Batterij, spanning Het toestel gaat onmiddellijk uit zelfs met volle batterijvermogen.
Vraag en antwoord Storingen verhelpen Opnemen (vervolg) Opgenomen beelden zijn onscherp. Beeldstabilisatie werkt niet goed. ●●De sluitertijd is langer op donkere plaatsen en de beeldstabilisatie werkt daar minder efficiënt. → Houd de camera stevig met beide handen vast en houd de armen strak langs uw lichaam. → Stel [Gevoeligheid] in op [AUTO] en [Dig. zoom] op [OFF]. (→81, 86) De [Auto bracket] is niet te gebruiken. ●●Er is slechts geheugencapaciteit voor maximaal 2 beelden.
Vraag en antwoord Storingen verhelpen LCD-scherm De helderheid is instabiel. ●●De diafragmawaarde wordt ingesteld als de ontspanknop half is ingedrukt. (Niet van invloed op het opgenomen beeld.) Dit verschijnsel kan zich ook voordoen wanneer de helderheid verandert omdat u de zoom bedient of de camera beweegt. Dit komt door de automatische diafragmaregeling van de camera; het duidt niet op storing. Het scherm knippert binnenshuis.
Vraag en antwoord Storingen verhelpen Afspelen (vervolg) Onjuiste datum weergegeven bij [Kalender]. ●●Beeld bewerkt op computer of opgenomen met ander toestel. ●●[Klokinst.] is onjuist (→25). (Mogelijk wordt er een foute datum weergegeven in [Kalender] op beelden die gekopieerd werden naar een computer en vervolgens terug overgezet werden naar de camera, als de data van de computer en de camera verschillen.) Het volume van afspelen en het volume van de pieptoon zijn laag.
Vraag en antwoord Storingen verhelpen Tv, computer, printer Geen beeld op de tv. Onscherp beeld of beeld niet in kleur. ●●Niet goed aangesloten (→102). ●●De ingang van de tv is niet op AUX gezet. ●●Controleer de instelling [Video uit] (NTSC/PAL) op de camera (→50). Weergave tv-scherm wijkt af van lcd-scherm. ●●Beeldverhouding is mogelijk onjuist en op bepaalde tv’s worden de randen van beelden afgesneden. Filmbeelden kunnen niet op tv worden afgespeeld. ●●Kaart is in tv geplaatst.
Vraag en antwoord Storingen verhelpen Diversen Menu niet weergegeven in gewenste taal. ●●Verander de instelling van [Taal] (→51). Camera rammelt als deze wordt geschud. ●●Dit geluid wordt veroorzaakt door beweging van de lens en is geen storing. Rood lampje gaat branden wanneer u de ontspanknop half indrukt op donkere locaties. ●●[AF ass. lamp] is ingesteld op [ON] (→88). AF-assistlampje brandt niet. ●●[AF ass. lamp] is ingesteld op [OFF] (→88). ●●Brandt niet op locaties met veel licht.
Waarschuwingen en opmerkingen tijdens gebruik Tijdens gebruik ●●De camera kan warm worden als deze lange tijd wordt gebruikt, maar dit is geen storing. ●●Houd dit apparaat zo ver mogelijk uit de buurt van elektromagnetische apparatuur (zoals magnetrons, tv’s, videospellen enzovoort). ••Wanneer u dit apparaat boven op of bij een tv gebruikt, kunnen de beelden en/of het geluid op dit apparaat vervormd raken door elektromagnetische straling.
Waarschuwingen en opmerkingen tijdens gebruik Geheugenkaarten ●●Schade voorkomen aan kaarten en gegevens ••Voorkom hoge temperaturen, rechtstreeks zonlicht, elektromagnetische golven en statische elektriciteit. ••Laat de camera niet buigen, vallen en stel deze niet bloot aan ernstige schokken. ••Raak de aansluitingen op de achterzijde van de kaart niet aan en laat deze niet vuil of nat worden.
Waarschuwingen en opmerkingen tijdens gebruik Batterijen ●●Verwijder de batterijen uit de camera indien u die gedurende een lange periode niet gebruikt. ••Als u de batterijen in de camera laat zitten, zal een kleine elektrische stroom blijven vloeien zelfs wanneer de camera uitstaat, en de batterijen zullen geleidelijk aan leeglopen. ••Als de temperatuur te hoog of te laag is, of als de vochtigheid hoog is, kunnen de aansluitingen roesten wat leidt tot storingen.
Waarschuwingen en opmerkingen tijdens gebruik Oplaadbare Ni-MH batterijen ●●U kunt Ni-MH batterijen gebruiken nadat u ze heeft opgeladen met de specifieke batterijoplader. Echter, het verkeerd behandelen van batterijen kan resulteren in lekkage, hitte opbouw, brand of een explosie. Neem het onderstaande in acht. ••Als er vuil op de batterijpolen zit kan het zijn dat u de batterijen niet meer normaal kunt opladen.
Waarschuwingen en opmerkingen tijdens gebruik Lens ●●De beelden kunnen enigszins wit lijken als de lens vuil is (vingerafdrukken enzovoort). Maak de lens voorzichtig schoon met een zachte droge doek voordat en nadat u opnamen maakt. ●●Stel de lens niet bloot aan direct zonlicht. ●●Oefen geen excessieve druk op de lens. Gebruik van een driepoot- of eenpootstatief ●●Oefen niet te veel kracht uit en draai de schroeven niet aan als ze krom zijn.
••SDXC logo is een handelsmerk van SD-3C, LLC. ••QuickTime en het QuickTime-logo zijn handelsmerken of gedeponeerde handelsmerken van Apple Inc., onder vergunning gebruikt. ••Windows en Windows Vista zijn geregistreerde handelsmerken of handelsmerken van Microsoft Corporation in de Verenigde Staten en/of andere landen. ••Mac en Mac OS zijn handelsmerken van Apple Inc., geregistreerd in de VS en andere landen.