Operating Instructions

2. Opstarten/Basisbediening
42
Selecteer de functie door de functieknop te
draaien.
Draai de functieknop langzaam om de gewenste functie
te selecteren.
Modusknop (voor selectie van een opnamemodus)
Intelligent Auto modus (P75)
De onderwerpen worden opgenomen met behulp van instellingen die
automatisch gebruikt worden door het toestel.
Intelligent Auto Plus modus (P83)
Stelt u ook in staat om de helderheid en de kleurschakering in te stellen in
Intelligent Auto modus.
Programma AE-modus (P85)
Neemt op bij de lensopeningwaarde en de sluitertijd die door de camera
ingesteld zijn.
Lensopening-Prioriteit AE-modus (P88)
De sluitertijd wordt automatisch bepaald volgens de openingswaarde die u
ingesteld hebt.
Sluiter-Prioriteit AE-modus (P89)
De openingswaarde wordt automatisch ingesteld volgens de sluitertijd die u
ingesteld hebt.
Handmatige Belichtingsmodus (P90)
De belichting wordt aangepast aan de sluitertijd en de openingswaarde die u
handmatig hebt ingesteld.
Creatieve Videomodus (P118)
Neemt bewegende beelden op met een handmatig ingestelde waarden van
de lensopening en de sluitertijd.
¢ U kunt geen foto’s nemen.
Voorkeuzemode (P120)
Gebruik deze functie om opnamen te maken met eerder geregistreerde
instellingen.
Panorama Shot-modus (P95)
Met deze modus kunt u panoramafoto's maken.
Scene Guide modus (P98)
Hiermee maakt u beelden die passen bij de scène die u opneemt.
Creative Control modus (P107)
Opnemen terwijl het beeldeffect gecontroleerd wordt.