Operating Instructions
10. Gebruik van de Wi-Fi/NFC-functie
262
∫ Veranderen van de verbindingsmethode
Druk voor het veranderen van de verbindingsmethode op [DISP.] en selecteer vervolgens
de andere verbindingsmethode.
Wanneer u verbindt met [Via netwerk]:
1 Selecteer [Via netwerk].
•
Volg de verbindingsprocedure die beschreven wordt op P293 om de camera verbinding
met een draadloos toegangspunt te laten maken.
2 Schakel de Wi-Fi-functie in.
3 Verbind de smartphone/tablet met het draadloze toegangspunt waarmee de
camera verbonden is.
4 Start “Image App”. (P258)
Wanneer u verbinding maakt met [WPS-verbinding]
¢
in [Direct]:
1 Selecteer [Direct].
•
Volg de verbindingsprocedure die beschreven wordt op P296 om de camera verbinding
met de smartphone te laten maken.
2 Start “Image App”. (P258)
¢ WPS is een functie die u in staat stelt gemakkelijk een verbinding met een draadloos LAN te
maken en veiligheid-gerelateerde instellingen te maken. Om na te kijken of uw smartphone
de functie ondersteunt, dient u de gebruiksaanwijzing van de smartphone te raadplegen.
∫ Eindigen van de verbinding
Eindig de verbinding met de smartphone na het gebruik.
1 Druk op de camera op [Wi-Fi]. (P256)
2 Sluit de “Image App” op de smartphone.
Op de camera
(Op uw smartphone)
Op de camera
(Op uw smartphone)
Als u een iOS-apparaat gebruikt
Druk op het scherm van de “ Image App” op de home-knop om de app te sluiten.
Als u een Android-apparaat gebruikt
Druk op het scherm van de “Image App” twee keer op de return-knop om de app te sluiten.










