Operating Instructions

329
13. Overige
[Bewegend beeld]
[Fotostijl]
U kunt effecten selecteren om af te stemmen op het soort
beeld dat u wenst te maken.
U kunt de kleur- en beeldkwaliteit van de effecten
aanpassen.
P119
[Filterinstellingen]
Verandert de instellingen die op de beeldeffecten (filters)
betrekking hebben.
P121
[Snapfilm]
Stelt u in staat van tevoren de opnametijd in te stellen en
neemt films op alsof u fotografeert.
P212
[Opname-indeling] Stelt het bestandsformaat in voor de video’s die u maakt. P208
[Opn. kwaliteit] Dit stelt de beeldkwaliteit van bewegende beelden op. P208
[Focusfunctie] Stelt de focusmethode in. P135
[Foto/film]
Stelt de opnamemethode in voor foto’s tijdens het
opnemen van video’s.
P211
[Continu AF]
Gaat door met het scherpstellen op het onderwerp
waarvoor de focus verkregen is.
P210
[Meetfunctie]
Stelt de comptabele lichtmetingsmethode in voor het
meten van helderheid.
P160
[Int.dynamiek]
(bediening van het
intelligente dynamische
bereik)
Stelt het contrast en de belichting in.
P129
[I.resolutie]
Neemt beelden op met meer gedefinieerde omtrekken en
een groter gevoel van helderheid.
P129
[Ex. tele conv.] Doet het Tele-effect toenemen. P193
[Dig. zoom]
Doet het Tele-effect toenemen.
Hoe hoger het vergrotingsniveau, hoe groter de
verslechteringsgraad van de beeldkwaliteit.
P195
[Antiflikkering]
De sluitersnelheid kan vastgezet worden om flikkeren van
of strepen in het bewegende beeld te reduceren.
P215
[Micr. weerg.]
Stel in of de microfoonniveaus al dan niet op het scherm
weergegeven moeten worden.
P216
[Micr. instellen]
Stel het ingangsniveau van het geluid in op 4 verschillende
niveaus.
P216
[Windreductie]
Verlaagt de windruis daadwerkelijk als tijdens het
opnemen van geluid wind hoorbaar is.
P216