Operating Instructions
5. Instellingen van brandpunt en helderheid (belichting)
140
Plaatst het kader van de AF Tracking rond het onderwerp
en druk de sluiterknop tot halverwege in.
A AF-volgframe
• De AF-zone wordt groen zodra de camera het onderwerp
waarneemt.
• De AF-zone wordt geel als de sluiterknop wordt losgelaten.
• De vergrendeling wordt gewist als op [MENU/SET] wordt
gedrukt.
Raak het onderwerp aan.
•
Doe dit na de Touch-sluiterfunctie te hebben geannuleerd.
• De AF-zone wordt geel terwijl het onderwerp vergrendeld wordt.
• De vergrendeling wordt geannuleerd als [ ] aangeraakt wordt.
• Als het vergrendelen niet lukt, zal de AF-zone in het rood knipperen en verdwijnen. Probeer
nog een keer te vergrendelen.
• Als AF tracking mislukt, wordt [Ø] ingesteld.
Vergrendelen van het te volgen onderwerp ( [Tracking])
Knopbediening
Aanraakbediening
A










