Operating Instructions

13
1. Voor Gebruik
Namen en functies van de componenten
Camera
1
11
45
76632 8 9
16 1713 1514
1812
10
1
Instelknop (P40)
2
Sluiterknop (P38)
3
Toestel AAN/UIT (P33)
4
Zelfontspannerlampje (P170)/
AF-lamp (P146)
5
Intelligent Auto knop (P71)
6
Stereomicrofoon (P216)
Zorg ervoor de microfoon niet te bedekken
met uw vinger. Dat zou het geluid moeilijk
opneembaar kunnen maken.
7
Flits (P198)
8
Focusafstand referentiemarkering (P151)
9
[Wi-Fi]-knop (P250)/[Fn1]-knop (P59)
10
Lusje voor schouderriem (P19)
11
Statuslampje (P33)/
Lampje Wi-Fi
®
-verbinding (P250)
Het lampje gaat groen branden als de
camera ingeschakeld wordt en blauw als hij
met Wi-Fi verbonden is.
12
Intelligent Auto lamp (P71)
13
Pasmarkering voor de lens (P31)
14
Sensor
15
Bevestiging
16
Lensvergrendeling
17
Lensvrijgaveknop (P30)
18
Luidspreker
Pas op de luidspreker niet te bedekken met
uw vinger. Dat zou het geluid moeilijk
hoorbaar kunnen maken.