Operating Instructions

Opnemen
- 48 -
Opzetten van [ ] (AF-opsporing)
Als AF-Lock niet werkt, zal het kader van AF tracking rood knipperen en vervolgens
verdwijnen. Voer opnieuw de AF Lock uit.
AF-opsporing zal niet werken wanneer het onderwerp niet gespecificeerd is, het onderwerp
verloren is gegaan of er niet in geslaagd is opgespoord te worden. Het beeld zal in dat geval
gemaakt worden met [ ] in [AF mode].
AF Tracking wordt gewist als Touch Shutter op [ ] wordt gezet.
Onder de volgende omstandigheden kan het niet op [ ] gezet worden
In [Panorama assist], [Sterrenhemel] en [Vuurwerk] in de Scènefunctie.
In [Zwart/wit], [Hoge dynamiek], [Speldenprik] en [Zandstraal] in de Mijn Kleur functie
In [B/W], [SEPIA], [COOL] of [WARM] in [Kleurfunctie]
Het mislukken van AF-vergrendeling zou zich, afhankelijk van de opname-omstandigheden, in
de volgende gevallen voor kunnen doen.
Wanneer het onderwerp te klein is
Wanneer de opnameplaats te donker of te helder is
Wanneer het onderwerp te snel beweegt
Wanneer een ander onderwerp of achtergrond in kleur op het onderwerp lijkt
Wanneer er zich golfstoring voordoet
Wanneer u de zoom gebruikt
Aantekening
Bediening door aanraking is rechtsboven op de LCD-monitor niet mogelijk, ook al wordt een
beeld weergegeven.