Operating Instructions
- 115 -
Opnemen
Toepasbare modussen:
Stelt verschillende kleureffecten in, inclusief het scherper maken van het beeld of het
toepassen van een sepia-tint.
¢1 Deze kan alleen ingesteld worden wanneer de Intelligent Automatische Functie ingesteld is.
¢2 Dit kan alleen ingesteld worden tijdens de Programme AE Modus of de Handmatige
Belichtingsmodus.
Toepasbare modussen:
•
Raadpleeg P82 voor details.
Toepasbare modussen:
De AF-hulplamp zal het onderwerp verlichten als de sluiterknop tot halverwege ingedrukt wordt
en maakt het zo gemakkelijker voor het toestel om scherp te stellen als een opname bij weinig
licht gemaakt wordt. (Al naargelang de opnameomstandigheden zal een grotere AF-zone
weergegeven worden.)
Instellingen: [ON]/[OFF]
•
De effectieve afstand van de AF-assistentielamp is een maximum van ongeveer
1,5 m.
• Wanneer u de AF-lamp A niet wenst te gebruiken (b.v. wanneer u opnamen
maakt van dieren op een donkere plek), de [AF ass. lamp] op [OFF] zetten. In dit
geval zal het moeilijker worden scherp te stellen.
• [AF ass. lamp] is in de volgende gevallen vastgezet op [OFF].
– [Landschap]/[Nachtl.schap]/[Nachtop. uit hand]/[Zonsonderg.]/[Achter glas Mode] (Scènemodus)
[Kleurfunctie]
Instellingen Beschrijving van instellingen
[STANDARD] Dit is de standaard instelling.
[Happy]
¢1
Beeld met verbeterde helderheid en levendigheid.
[VIVID]
¢2
De opname wordt scherper.
[B&W] Het beeld wordt zwart-wit.
[SEPIA] Het beeld wordt sepia.
[Kleurweergave]
[AF ass. lamp]










