Operating Instructions
Table Of Contents
- Inhoud
- Voor Gebruik
- Voorbereiding
- Basiskennis
- Gevorderd (Opname van beelden)
- Over de LCD-monitor
- Beelden maken met de ingebouwde flits
- Close-up’s maken
- Opnamen maken met de zelfontspanner
- Belichtingscompensatie
- Beelden maken die met de scène die opgenomen wordt overeenkomen (Scènefunctie)
- Bewegende beelden
- Nuttige functies op reisbestemmingen
- Het functiemenu [OPNAME] gebruiken
- Tekst Invoeren
- Geavanceerd (Terugspelen)
- Aansluiten op andere apparatuur
- Overige

- 71 -
Gevorderd (Opname van beelden)
Voor details over [OPNAME] functiemenu, P20 raadplegen.
Dit laat het aan de gevoeligheid voor licht (ISO-gevoeligheid) toe ingesteld te worden. Het
instellen op een hoger figuur, staat u in staat ook op donkere plekken beelden te maken
zonder dat de beelden donker worden.
Toepasbare functies:
·
[ ]/[80]/[100]/[200]/[400]/[800]/[1600]
Aantekening
• Wanneer u instelt op [ ], spoort de camera beweging op van het onderwerp en stelt
vervolgens de optimale ISO-gevoeligheid en sluitertijd in volgens beweging en helderheid van
het onderwerp.
• Om beeldruis te voorkomen, raden we aan dat u of het niveau van de maximum
ISO-gevoeligheid lager instelt of [KLEURFUNCTIE] instelt op [NATURAL] en dan beelden
maakt. (P77)
• De ISO-gevoeligheid verandert automatisch tussen [ISO1600] en [ISO6400] in
[H. GEVOELIGH.] in Scènefunctie.
[GEVOELIGHEID]
ISO-gevoeligheid
80 1600
Opnamelocatie (aangeraden) Wanneer het licht is (buiten) Wanneer het donker is
Sluitertijd Langzaam Snel
Ruis Minder Verhoogd










