Operating Instructions
Table Of Contents
- Inhoud
- Voor Gebruik
- Voorbereiding
- Basiskennis
- Gevorderd (Opname van beelden)
- Over de LCD-monitor
- Beelden maken met de ingebouwde flits
- Close-up’s maken
- Opnamen maken met de zelfontspanner
- Belichtingscompensatie
- Beelden maken die met de scène die opgenomen wordt overeenkomen (Scènefunctie)
- Bewegende beelden
- Nuttige functies op reisbestemmingen
- Het functiemenu [OPNAME] gebruiken
- Tekst Invoeren
- Geavanceerd (Terugspelen)
- Aansluiten op andere apparatuur
- Overige

Overige
- 122 -
• LCD-monitor zal uitgaan wanneer [SLAAPSMODUS] (P24) geactiveerd is.
[Dit gebeurt niet wanneer u de AC-adapter (optioneel) gebruikt.]
• Deze camera laadt automatisch op voor flitsopname en de LCD-monitor zou donker kunnen
worden voor efficiënte oplading. De monitor zou donker kunnen worden in de volgende
gevallen;
– Net nadat u het toestel op ON zet
– Net nadat u op de Opnamefunctie instelt
– Wanneer u de zoom afstelt of de camera op een donker gedeelte richt
De LCD-monitor gaat weer aan om terug te gaan naar de conditie van gereed zijn voor opname
na het opladen van de flitser.
• Dit gebeurt als u tot de helft op de ontspanknop drukt om de lensopening in te stellen en heeft
geen invloed op de beelden.
• Dit fenomeen doet zich ook voor wanneer de helderheid verandert wanneer de zoom van het
toestel gebruikt is of wanneer het toestel bewogen wordt. Dit komt door de werking van de
automatische opening van het toestel en dit is geen storing.
• De LCD-monitor kan enkele seconden lang knipperen nadat u het toestel binnenshuis aanzet
in fluorescerend licht.
• [SPANNING LCD] of [GR. KIJKHOEK] is geactiveerd. (P24)
• Dit is geen storing.
Deze pixels beïnvloeden de opgenomen beelden niet.
• In donkere plaatsen, kan ruis verschijnen om de helderheid van de LCD monitor te behouden.
Dit beïnvloedt de beelden die u aan het maken bent niet.
• Als de LCD-monitor met een vinger ingedrukt wordt en er druk uitgeoefend wordt, zal er
vervorming (oneven kleuren) optreden op het scherm, maar dit is geen storing.
LCD-monitor
De LCD-monitor gaat uit ook al staat het toestel aan.
De LCD-monitor wordt donker tijdens het gebruik.
De LCD-monitor wordt even donkerder of helderder.
De LCD-monitor knippert binnenshuis.
De LCD-monitor is te helder of te donker.
Er verschijnen zwarte, rode, blauwe en groene stippen op de LCD-monitor.
Ruis op de LCD-monitor.
Er verschijnt vervorming in de LCD-monitor.










