Operating Instructions

Beelden afspelen en bewerken [RAW-verwerking]
499
Items instellen ([RAW-verwerking])
[Start verwerking]
Slaat het beeld op.
[Witbalans]
Selecteert de witbalans en past die aan.
Door het item met [ ] te selecteren, kan het verwerkt worden met dezelfde instelling
als die van het tijdstip van de opname.
Als u op 4 drukt in het selectiescherm van [Witbalans], verschijnt het scherm voor
de afstelling van de witbalans. (ÎDe witbalans aanpassen: 305)
Als u op 3 drukt terwijl [ ] op [ ] van geselecteerd is, verschijnt het scherm
voor de instelling van de kleurtemperatuur. (ÎInstelling Kleur Temperatuur: 304)
[Helderheidcorrectie]
Corrigeert de helderheid.
Het [Helderheidcorrectie]-effect verschilt van het effect van de
belichtingscompensatie tijdens de opname.
[Fotostijl] (Î[Fotostijl]: 307)
Selecteert een Fotostijl.
Als u op [Q] drukt terwijl [Als709] is geselecteerd, verschijnt het scherm voor de
knie-instelling. (ÎOpnemen terwijl de overbelichting (Knee) gecontroleerd wordt:
360)
U kunt geen Fotostijl selecteren voor beelden die zijn opgenomen met [V-Log]. U
kunt [V-Log] niet selecteren voor beelden die niet zijn opgenomen met [V-Log].
U kunt geen andere Fotostijl selecteren dan [Cinelike D2] of [Cinelike V2] voor
beelden die zijn opgenomen met [Cinelike D2] of [Cinelike V2]. U kunt [Cinelike D2]
of [Cinelike V2] niet selecteren voor beelden die niet zijn opgenomen met Fotostijl
[Cinelike D2] of [Cinelike V2].
[Contrast]
Past het contrast aan.
1
4