Operating Instructions
2. Van Start – Kaarten plaatsen (optioneel)
62
Formatteren van kaarten (initialisatie)
Formatteer de kaarten met de camera voorafgaand aan het gebruik om
zeker te zijn van de optimale prestaties van de kaart.
¨ [ ] ¨ [ ] ¨ Selecteer [Kaart formatteren]
Instellingen: [Kaartslot 1]/[Kaartslot 2]
•
Als een kaart geformatteerd wordt, worden alle gegevens die op de kaart
opgeslagen zijn gewist en kunnen niet teruggewonnen worden.
Maak een back-up van alle benodigde gegevens voordat de kaart
geformatteerd wordt.
• Schakel de camera tijdens het formatteren niet uit en voer geen andere
handelingen uit.
• Zorg ervoor de camera niet uit te schakelen terwijl de formattering in uitvoering
is.
• Als de kaart op een PC of een ander apparaat geformatteerd is, formatteer hem
dan opnieuw met de camera.
• U kunt de kaart formatteren terwijl de informatie van de camera-instellingen op
de kaart blijven opgeslagen:
[] ¨ [ ] ¨ [Camera-inst. Opsl./Herstel.] ¨ [Houd inst. bij formatteren]
(Î[Camera-inst. Opsl./Herstel.]: 505)










