Operating Instructions
2. Van Start – De batterij laden
48
De batterij verwijderen
1 Zet de aan/uit schakelaar van de camera op [OFF].
2 Open de batterijklep.
• Controleer of het toegangslampje van de kaart uit is en open vervolgens de
batterijklep. (ÎAanduidingen kaarttoegang: 60)
3 Duw het hendeltje (A) in de richting van de pijl en verwijder vervolgens de
batterij.
• Controleer of geen vreemde objecten op de binnenkant (rubber afdichting) van
de batterijklep zitten.
• Verwijder de batterij na gebruik.
(De batterij zal leeg raken als hij lange tijd in de camera blijft zitten.)
• De batterij wordt warm na het gebruik, tijdens het laden en onmiddellijk na het
laden.
De camera wordt ook warm tijdens het gebruik. Dit is geen defect.
• Wees voorzichtig bij het verwijderen van de batterij omdat de batterij naar buiten
springt.
(A)










