Operating Instructions
10. Gebruik van de Wi-Fi/Bluetooth-functie
276
∫ De instellingen van de functieknop van de camera, enz. veranderen met uw
smartphone
Stel de camera of de smartphone in als bedieningsapparaat dat de prioriteit heeft en
tijdens de remote opname gebruikt moet worden.
Selecteer het menu van de camera. (P55)
• De instelling van deze functie kan niet veranderd worden als de verbinding actief is.
∫ Een foto nemen terwijl u springt
Als u uw smartphone vasthoudt en springt, kan de sluiter
van de camera automatisch losgelaten worden als de
smartphone het hoogste punt van de sprong detecteert.
Bedien de smartphone.
[]> []> Selecteer de gevoeligheid.
• Raadpleeg voor details het help-gedeelte in het “Image
App”-menu.
> [Set-up] > [Wi-Fi] > [Wi-Fi setup] > [Prioriteit van apparaat op
afstand]
[Camera]
Stelt u tijdens de remote opname in staat handelingen met zowel de camera
als de smartphone te verrichten.
• De instellingen van de functieknop van de camera, enz. kunnen niet
veranderd worden met de smartphone
[Smartphone]
Stelt u tijdens de remote opname in staat handelingen met alleen de
smartphone te verrichten.
• De instellingen van de functieknop van de camera, enz. kunnen veranderd
worden met de smartphone
• Om de remote opname te beëindigen, drukt u op de camera op ongeacht
welke knop om naar het scherm terug te keren en selecteert u [Exit].
MENU










