Operating Instructions

422
14. Wi-Fi/Bluetooth
[Uit lijst]
Zoekt naar een draadloos toegangspunt dat gebruikt kan worden en
maakt daar verbinding mee.
Bevestig de coderingssleutel van het draadloze toegangspunt.
Selecteer het draadloze toegangspunt
waarmee u verbinding maakt.
Druk op [DISP.] om het zoeken naar een
draadloos toegangspunt opnieuw uit te
voeren.
Als geen draadloos toegangspunt
gevonden wordt, raadpleeg dan "Verbinden
via handmatige input" op pagina 422.
(Als de netwerkauthenticatie gecodificeerd is)
Voer de encryptiesleutel in.
Verbinden via handmatige input
Controleer de SSID, netwerkauthenticatie, codering en de coderingssleutel
van het draadloze toegangspunt dat u gebruikt.
Op het scherm in stap van "[Uit lijst]", selecteert u [Handmatige
invoer]. (422)
Voer de SSID in van het draadloze toegangspunt waarmee u
verbinding maakt en selecteer vervolgens [Inst.].
Selecteer het type netwerkauthenticatie.
[WPA2-PSK]
Ondersteund codering: [TKIP], [AES]
[WPA2/WPA-PSK]
[Niet coderen]
(Als iets anders dan [Niet coderen] geselecteerd is)
Voer de coderingssleutel in en selecteer vervolgens [Inst.].