Operating Instructions

285
11. Beelden afspelen en bewerken
Sleep de schuifbalk of selecteer
met
de beelden die u wilt
combineren.
Druk op .
De geselecteerde beelden worden
in het geheugen opgeslagen en
het previewscherm verschijnt op de
display.
Selecteer de items met
en druk
op
om de volgende bewerkingen
uit te voeren.
[Volg.]: hiermee kunt u meer
beelden selecteren om te
combineren.
[Opn. select.]: hiermee wordt
het beeld dat
direct hiervoor
is geselecteerd,
genegeerd en kunt
u een ander beeld
selecteren.
Herhaal stap - om meer beelden te selecteren om te
combineren (van 3 tot 40 beelden).
Druk op om [Opsl.] te selecteren en druk vervolgens op .
We raden u aan een statief te gebruiken voor het opnemen van beelden
voor [Serie samenstelling].
Foto’s worden in JPEG-indeling opgeslagen. Opnamegegevens (Exif-
gegevens) van het eerste beeld zoals sluitertijd, diafragma en ISO-
gevoeligheid worden ook geregistreerd.