Operation Manual
56
Storingen verhelpen
Wanneer het apparaat niet naar behoren functioneert, gelieve dan eerst na te gaan of u een
probleem zelf kunt verhelpen. Neem anders contact op met de klantenservice.
Probeer niet om een defect apparaat zelf te repareren!
Probleem Mogelijke oorzaak/oplossing
Het apparaat werkt niet.
• Zit de stekker goed in het stopcontact?
• Is het stopcontact defect?
Probeer een ander stopcontact.
• Controleer de zekering van uw netaansluiting.
• Is de kabel of de netstekker defect?
• Staat de aan-/uitschakelaar op positie I?
Er komt geen verf uit de
spuitkop.
• Staat de aan-/uitschakelaar op positie I?
• De spuitkop is verstopt. Reinig deze.
• De luchtslang is niet juist aangesloten. Controleer de
slangaansluitingen.
• De luchtslang is verstopt. Reinig deze.
• Het verfreservoir is niet correct op het spuitpistool
geschroefd.
• Het stelwiel voor de regeling van de hoeveelheid verf is te
vast aangedraaid. Maak deze iets losser.
De verf druppelt uit de
spuitkop.
• De spuitkop zit los. Trek de zwarte kunststof ring om de
spuitkop aan.
• Verf hoopt zich op achter de spuitkop. Reinig de spuitkop en
probeer het nogmaals.
Er wordt teveel verf
aangebracht.
• De hoeveelheid verf is niet juist afgesteld. Draai aan het
stelwiel, om de hoeveelheid verf te regelen.
• De vloeibaarheid van de verf is te dun. Controleer
de viscositeit (zie het hoofstuk ‘Gebruik’, paragraaf
‘Voorbereiding’).
Er worden lopers
gevormd op het object,
dat u wilt verven.
• De hoeveelheid verf is niet juist afgesteld. Draai aan het
stelwiel, om de hoeveelheid verf te regelen.
• De vloeibaarheid van de verf is te dun. Controleer
de viscositeit (zie het hoofstuk ‘Gebruik’, paragraaf
‘Voorbereiding’).
• Het spuitpistool is te dicht bij het oppervlak. Vergroot de
afstand.
De uittredende verfstraal
‘pulseert’.
• Het verfreservoir is bijna leeg. Vul deze.
• De luchtslang is verstopt. Reinig deze.