Operation Manual
47
22 23
6 Instelling/montage-instructies
Iedere rolstoelgebruik(st)er heeft zijn of haar eigen ideeën over de vraag welke rolstoelvariant 
met welke accessoires voor hem of haar de juiste is, over hoe hij of zij in een rolstoel wil zitten 
en hoe deze moet rijden en moet kunnen worden bediend.
Uw Start-rolstoel biedt u daarom veel mogelijkheden om de stoel naar uw persoonlijke wensen 
in te stellen. Bepaal samen met uw rolstoeldealer of therapeut hoe uw rolstoel het beste kan 
worden ingesteld.
Aanwijzing!
Voor reparatie en onderhoud is het volgende gereedschap nodig:
• inbussleutels in de maten 4 en 5 mm
• toraxsleutels in de maten x 30
• steeksleutels in de maten 19 en 24
• dopsleutels in de maten 10 en 19
• kruiskopschroevendraaier
• bandenlichter
• momentsleutel.
6.1. Zithoogte en zithoek instellen 
Hoe hoger de aandrijfwielen aan het frame worden bevestigd, des te sterker helt de zitting naar 
achteren. Het effect hiervan is tweeledig: enerzijds kantelt de rolstoel gemakkelijker achterover, 
maar anderzijds zit u dieper en daardoor steviger in de rolstoel. Doordat niet alleen de hoogte 
van de aandrijfwielen, maar ook die van de zwenkwielen instelbaar is, kan de zithoogte optimaal 
op uw individuele wensen worden afgestemd. 
Aanwijzing 
Houd er rekening mee dat door het veranderen van de stand van de aandrijfwielen 
ook de hoek van de zwenkwielas met de grond verandert. Deze moet echter altijd 
ca. 90° bedragen (zie »De zwenkwielen«). Ook de kniehevelrem moet opnieuw 
worden afgesteld (zie »De kniehevelrem«).










