Operation Manual

2) Verschuif de T-moer afhankelijk van de montagepositie van de klem. Draai hiervoor de langste van de twee stel
bouten los en zet hem na het verschuiven weer vast, zodat hij goed op zijn plaats blijft zitten (zie afb.34,
pos.2). De korte stelbout blijft in de T-moer zitten om deze in de sleuf te geleiden (zie afb.34, pos.1).
INFORMATIE: Deze T-moer voorkomt dat de framebuis bij het aandraaien van de inbusbouten door de
klem beschadigd raakt.
3) Monteer de klem met behulp van het montagemateriaal aan de framebuis (zie afb.34).
4) U kunt de remhouder van de schaarrem nu traploos in de klem verschuiven/instellen (zie afb.32, pos.2).
5) Monteer de schaarrem zo dat de rem optimaal werkt en de draaiende delen tegelijkertijd vrij kunnen bewegen
zonder ergens tegen aan te botsen.
De schaarrem mag in geopende toestand niet in aanraking komen met het frame (zie afb.32).
Als de rem is vastgezet, mag het niet mogelijk zijn de rolstoel te duwen (zie afb.33).
6) Draai de beide inbusbouten gelijkmatig aan met 12Nm (zie afb.32, pos.1).
De linker en de rechter schaarrem moeten na het instellen dezelfde remwerking hebben.
32 33
34
6.4.3 Afstellen van de kniehevelrem voor gebruiker en begeleider
Voorinstelling (indien gewenst)
1) Draai de inbusbouten los (zie afb.35).
2) U kunt de remhouder nu verschuiven/instellen.
De binnenwerkse afstand tussen de band en de remaandrukbout mag bij niet-bediende rem max. 5 mm bedra
gen (zie afb.36).
3) Draai de inbusbouten aan met 16 Nm.
Fijninstelling
1) Maak de bevestiging van de bowdenkabel los van de remaandrukbout (zie afb.37, pos.2).
2) Verschuif de bowdenkabel in de steekhuls (zie afb.37, pos.1).
3) Klem de bowdenkabel weer vast door de bevestiging vast te draaien.
De linker en de rechter kniehevelrem moeten na het instellen dezelfde remwerking hebben.
4) Indien nodig: Kort de bowdenkabel na het instellen in (niet afgeb.).
19Avantgarde 4
Instellingen