Operation Manual

Nog eens zes hoogtestanden door omwisselen en ondersteboven monteren van de aandrijfwieladapters
1) Onthoud de horizontale montagepositie van de aandrijfwieladapter. Draai de inbusbouten/veerringen los en
verwijder ze (zie afb.1, pos.1).
2) Draai de aandrijfwieladapters 180°, zodat de onderkant boven komt te zitten, en verwissel ze van plaats:
Aandrijfwieladapter L (zie afb.2, pos.1) komt aan de rechterkant te zitten.
Aandrijfwieladapter R (zie afb.2, pos.2) komt aan de linkerkant te zitten.
3) Plaats de aandrijfwieladapters op de horizontale montagepositie van stap 1 (zie afb.3).
4) Breng de veerringen op hun plaats aan en draai de inbusbouten aan met 8 Nm (zie afb.4).
5) Zet de steekashouder op de gewenste hoogte (zie "Hoogte instellen binnen de aandrijfwieladapter" hierboven).
6.2.2.2 Instellen in de shock absorber
Het aandrijfwiel kan op drie verschillende hoogtes in de shock absorber worden gemonteerd.
1) Draai de moer aan de ene kant van de steekashouder (zie afb.11, pos. 1) los en verwijder de moer.
2) Verwijder de steekashouder en verzet hem.
3) Bevestig de moer weer en draai hem aan met 40 Nm.
De linker en de rechter steekashouder moeten na het verzetten op dezelfde hoogte in de shock absorber zitten.
Het instellen van een wielvlucht voor de aandrijfwielen is in combinatie met de shock absorber eveneens mogelijk.
Hiervoor moet er in de shock absorber een steekashouder met de gewenste hoek worden bevestigd (zie
pagina13).
11
6.2.3 Spoorbreedte instellen (aanvullende instelling)
Wanneer de bevestigingsmoeren worden losgedraaid, kan de steekashouder verder naar binnen of naar buiten
worden geschoven. Zo kan de afstand tussen het aandrijfwiel en het zijdeel traploos worden aangepast.
6.2.4 Wielvlucht van de aandrijfwielen instellen
Het modulaire systeem van het product omvat steekashouders met schuine boorgaten (zie afb.10) waarmee de
aandrijfwielen in verschillende standen kunnen worden gezet.
U kunt de wielvlucht van de aandrijfwielen veranderen door de steekashouders te vervangen door andere. Dit heeft
de volgende effecten:
Stand aandrijfwiel Effecten
0°-stand
Smalle spoorbreedte, rolstoel rijdt precies rechtuit
Geringe rolweerstand
Wielvlucht
Rolstoel wordt wendbaarder, draait gemakkelijker en heeft in zijwaartse
richting een grotere kantelstabiliteit
Wielstand beschermt de handen bij het draaien van de hoepel
Totale breedte neemt toe
Rolweerstand neemt toe
De vlucht van de aandrijfwielen kan worden ingesteld op , , en .
1) Schroef de bevestigingsmoeren aan de buitenkant van de steekashouder los (zie afb.7).
2) Verwijder de steekashouder (zie afb.8).
3) Bevestig de steekashouder met de boorgathoek voor de gewenste wielvlucht samen met de afstandsringen (zie
afb.9, pos.2 en 3) en de bevestigingsmoeren (zie afb.9, pos.4 en 5) en draai de moeren licht aan. De inke
ping moet omlaag wijzen.
13Avantgarde 4
Instellingen