Operation Manual
44
7. BEELD EN GELUID INSTELLEN
7.1 BEELDINSTELLINGEN VERANDEREN
Uw televisie heeft 3 af fabriek vooringestelde beeldinstellingen (STANDAARD, HELDER und ZACHT ). U
kunt deze instellingen selecteren door te drukken op de toets PIC.
Als u GEBRUIKER kiest, worden uw persoonlijke beeldinstellingen opgeroepen.
Beeldmodus definiëren
1. Druk op de toets MENU om het OSD-hoofdmenu te tonen.
U bevindt zich in het menu BEELD.
2. Kies met de toets ∞ de beeldinstelling die u wilt veranderen:
CONTRAST
HELDERHEID
TINT (wordt alleen bij NTSC-signalen geactiveerd)
KLEUR
SCHERPTE
3. Stel met de toetsen 2 / 3 de gewenste waarde in.
4. Herhaal stap 2 tot 3 om verdere beeldinstellingen te wijzigen.
5. Druk op de toets EXIT om he menu te verlaten en de instelling op te slaan.
TIPS: U kunt beeldinstellingen ook in de andere modi veranderen, de wijzigingen worden echter altijd in
de modus GEBRUIKER opgeslagen.
7.2 BEELDSCHERMFORMAAT VERANDEREN
Uw televisietoestel beschikt over 5 beeldschermformaten: 16:9, ZOOM, 14:9, 4:3 en PANORAMA. U kunt
deze instellingen selecteren door te drukken op de toets ASPECT.
7.3 KLEURTEMPERATUUR
Onder het punt KLEUR TEMPERATUR in het menu BEELD kunt u tussen verschillende instellingen
(NORMAAL, KOEL of WARM) kiezen.
7.4 BEELDRUIS REDUCEREN
Met deze functie kunt u de beeldstabiliteit bij fotoweergave aanpassen.
1. Druk op de toets MENU om het OSD-hoofdmenu op te roepen.
2. Kies met de toets 3 het menu FUNCTIE.
3. Kies met de toets ∞ het menupunt 3D NR.
4. Schakel met de toetsen 2 / 3 de sterkte van de functie in.
5. Druk op de toets EXIT om he menu te verlaten en de instelling op te slaan.
LCD 3272.book Page 44 Tuesday, August 28, 2007 4:32 PM










