Operation Manual

5
Stap 1:
Aansluitingen
2
Luidsprekers aansluiten
Belangrijk: Het netsnoer moet pas worden aangesloten
nadat alle andere aansluitingen zijn voltooid.
45
12
3
6
1 2
Voorluidsprekers
3
Middenluidspreker
4 5
Surround luidsprekers
6
Subwoofer
Maximaal twee subwoofers kunnen worden aangesloten.
Het is ideaal om de voorluidsprekers en de
middenluidspreker te installeren op een hoogte niet
te ver van die van het scherm. En voor de surround-
luidsprekers wordt het aanbevolen om ze te installeren
op een positie enigszins achter de luisterpositie en hoger
dan de oren van de luisteraar, aangezien het wenselijk
is een verspreid geluid te ontvangen in plaats van een
direct geluid. Omdat een basgeluid, gereproduceerd door
een subwoofer, minder directioneel is, is het mogelijk
deze op elke gewenste positie te plaatsen. Kies de beste
installatiepositie, waar een basgeluid duidelijk gehoord kan
worden, door naar werkelijke weergave te luisteren.
Sluitluidsprekersaanmet6Ωtot16Ωimpedantie.
Gebruik van een luidspreker met minder dan de
ondersteunde impedantie kan leiden tot storing.
12-15 mm
Subwoofer met ingebouwde
eindversterker
Surround R Surround L
Voorzijde R Voorzijde L
Aansluiten van elke
luidspreker: Sluit + en –
correct aan. Het gebruik
van gekleurde labels voor
luidsprekerkabels helpt
de juiste aansluiting.
Centrum
Knip en verwijder de plastic coating van het uiteinde van
de luidsprekerkabel, draai de kern en sluit aan op de
terminal. Maak juiste verbinding tussen de aansluitingen
van de unit en de aansluitingen van de luidsprekers (+ op
+en−op−)voorelkkanaal.Alsdeaansluitingverkeerd
is, kan een basgeluid misschien zwak worden als gevolg
van een omgekeerde fase. De meegeleverde gekleurde
luidsprekerkabel labels aan de +-kant van beide uiteinden